HOOFDSTUK 16 algemene inleiding ondernemingsrecht:
Er zijn verschillende rechtsvormen, deze kan je onderscheiden in rechtsvormen met een
rechtspersoonlijkheid en zonder een rechtspersoonlijkheid.
De volgende rechtsvormen zijn er (2:3 bw): vereniging, cooperatie,
onderlingewaarborgmaatschappij, naamloze vennootschap, besloten vennootschap,
stichting, eenmanszaak, maatschap, vof, cv.
Naast de privaatrechtelijke rechtvormen zijn er ook publiekrechtelijke rechtsvormen, de
staat provincies (2:1 BW) En er zijn nog kerken (2:2 bw).
Wetgeving over de handelsnaam is opgenomen in de handelsnaamwet (hnw). Een
handelsnaam is de naam waaronder een bedrijf word gedreven (art1 hnw). Het recht op een
handelsnaam ontstaat als je het als eerste gebruikt. (art 5 hnw). Een handelsnaam is een
juridisch beschermde naam dat betekent dat jij de naam van een ander niet mag gebruiken
ook niet als het tot verwarring kan lijden. (het kan niet tot verwarring lijden als je bijv in een
andere branche of stad actief bent).
Als je een handelsnaam verkoopt moet je de onderneming erbij verkopen, andersom hoeft
dit niet (art 2 hnw). Je kunt wel een licentie krijgen om onder iemand anders handelsnaam
te voeren.
Een handelsnaam kan ook een merk zijn. Het merkenrecht is opgenomen in het BVIE. Een
merk is alle manieren hoe een onderneming een product onderscheid. Je mag je merk
registeren bij het BBIE.
Veel ondernemingen moeten zich in schrijven bij de kvk in het handelsregister.
Als feiten onjuist of onvolledig zijn ingeschreven, dan kan dit aan derden die hiervan
onkundig zijn, niet worden tegengeworpen. Bij de inschrijving wordt geregeld wie welke
bevoegdheden heeft etc, als de bevoegdheden niet zijn bepaald of ingeschreven dan gelden
ze ook niet en geld een eventuele overeenkomst voor alle maten. Het niet inschrijven in het
handelsregister terwijl het wel moet is een dilect op de WED.
Een onderneming moet op grond van het privaatrecht, het fiscale recht, en het sociale recht
een adiministratie bijhouden. Een ondernemer moet de administratie 7 jaar bewaren
Voor rechtspersonen geldt er een speciale adiministratie plicht ze moeten een jaarrekening
uitbrengen. Deze bestaat uit een balans, winst en verliesrekening, het gevoerde beleid van
de onderneming. Naast de jaarrekening bestaat er ook het jaarverslag, een textuele
uitwerking van de jaarrekening. De jaarrekening moet jaarlijks worden gecontroleerd door
een accountant. Na onderzoek worden de resultaten voorgeschoteld aan de RVC en het
bestuur. Deze stukken moeten binnen een bepaalde termijn worden gepubliceerd meestal 5
,a 6 maanden deze kunnen worden verlengt tot maximaal 13 maanden.
De ondernemingsraad:
WOR is de wet op de ondernemingsraad. Deze geeft de or bevoegdheden. Een ondernemer
is verplicht een or in te stellen wanneer hij meer dan 50 mensen in dienst heeft.
Werknemers kiezen de leden. De OR heeft twee bevoegdheden:
- Adviesrecht (art 25 WOR): de OR heeft adviesrecht bij bedrijfsorganisatorische en
financiele besluiten. Als het besluit van de ondernemer afwijkt van het advies van de OR dan
moet de ondernemer een maand wachten met het besluit. In deze tijd kan de OR een
beroep doen bij de OK.
- Instemmingsrecht art 27 wor
De OR heeft instemmingsrecht op het terein van het sociale beleid tot de secundaire
arbeidsvoorwaarden. Als de or weigert in de stemmen dan moet er een bedrijfscommissie
worden ingesteld om te bemiddelen. Als de bemiddeling niet succesvol was kan de
ondernemer bij de kantonrechter om toestemming vragen. Een besluit dat is genomen
zonder toestemming is nietig.
De WED:
de wet waarmee de overheid de opsporing en vervolging regelt van handelingen van
ondernemingen die schadelijk zijn voor het economische verkeer. Deze wet valt onder het
publiekrecht.
Wet controle op de rechtspersonen: deze wet is van toepassing op de vereniging met
volledige rechtsbevoegdheid, de cooperatie, de owm, de nv , de bv en de stichting
, DE EENMANSZAAK:
De eenmanszaak is een natuurlijke persoon. In het ondernemersrecht is er geen wetgeving
speciaal gemaakt voor de eenmanszaak. Voor de eenmanszaak is geen speciale
oprichtingshandeling nodig (wilsovereenstemming is dus voldoende). Wel moet de eigenaar
de opgerichte eenmanszaak inschrijven in het handelsregister anders vindt zich er een delict
plaats op basis van de WED.
AANSPRAKELIJKHEID:
De ondernemer is met zijn gehele vermogen aansprakelijk voor de schulden van de
eenmanszaak. Zijn privé en zakelijk vermogen vormen juridisch gezien een geheel. Als je in
gemeenschap van goederen bent getrouwd is je partner dus ook aansprakelijk 1:80b bw.
CONTINUITEIT:
persoonsgebonden. De erfgenamen worden eigenaar bij overlijden als ze dit willen en of
kunnen. Een koper van de eenmanszaak is pas eigenaar als er voldaan is aan de formele
aspecten van eigendomsoverdracht 3:84 e.v. BW.
FINANCIERING, BELASTING EN UITKERING:
Als de ondernemer winst maakt dan hij daarover inkomsten belasting betalen. Maximum
percentage is 52%. Een ondernemer ontvangt geen werkloosheidsuitkeringen zoals de WW ,
WIA of dergelijke omdat hij geen werknemer is.
MAATSCHAP
De maatschap is een overeenkomst tot samenwerking. De definitie van de maatschap is: Een
overeenkomst tot samenwerking voor de gemeenschappelijke rekening van twee of meer
personen, in welke de samenwerking gericht is op het behalen van een vermogensrechtelijk
voordel ten behoeve van alle maten door middel van inbreng door ieder van de maten.
In de wet staat niet een bepaalde oprichtingseis. Het is een vormvrije overeenkomst,
bewijstechnisch is het beter om een maatschap schriftelijk op te richten. Als het schriftelijk
gebeurd spreek je van een maatschapscontract, hier staat in: Inbreng, winstverdeling,
bevoegdheden etc. De maatschap onstaat wanneer de overeenkomst wordt gesloten tenzij
de maten besluiten dat de maatschap op een ander moment wordt opgericht.
Een maatschap moet worden ingeschreven in het handelsregister anders is een een delict op
basis van de WED
Er zijn twee soorten maatschappen de stille en de openbare.
INBRENG EN WINSTVERDELING:
iedere maat moet iets inbrengen dit kan bestaan uit geld, goederen , gebruiksrecht op
goederen(je blijft eigenaar), arbeid. Als je goederen juridsich inbrengt worden de andere
