Samenvatting van alle hoorcolleges van het vak aquatische ecologie. Hiernaast een samenvatting / belangrijke stukken uit de bronnen die ook onder de leerstof vallen. Het document bevat dus alle leerstof voor de toets.
,Inhoud
Aquatische ecologie: HC 1: Introductie ................................................................................................... 2
Aquatische ecologie: HC 2: Waterkwaliteit ........................................................................................... 15
Aquatische ecology HC3: Waterkwantiteit ........................................................................................... 56
HC Europese kaderrichtlijn water (KRW) .............................................................................................. 79
HC Mariene Ecosystemen...................................................................................................................... 86
IC Stilstaande wateren........................................................................................................................... 97
IC Stromend water .............................................................................................................................. 124
HC Wetlands ........................................................................................................................................ 147
1
,Aquatische ecologie: HC 1: Introductie
- Naarmate je dieper gaat neemt de hoeveelheid licht af → het wordt moeilijker voor planten
om aan fotosynthese te doen → wanneer het water troebel is wordt het dus ook lastig om te
groeien;
- Veel predatoren in het water jagen op zicht → als het water troebel is kunnen ze dus minder
goed jagen;
- Zuurstofconcentratie en temperatuur hebben invloed op de nutriëntenhuishouding →
hierdoor treden er andere chemische processen op in het water dan op het land;
- In het water is stroming (beken en rivieren) en golfslag (grotere meren) → organismes die
hierin leven moeten hierop zijn aangepast;
- Andere stoffen in water (zoutgehalte, alkaliteit, macro-ionen) → deze stoffen bepalen voor
een groot deel welke organismen daar voorkomen;
- Zuurstof kan beperkende factor zijn in water;
- Bodemkwaliteit kan verschillen → water heeft hierdoor verschillende eigenschappen → er
zijn interacties tussen het water en de bodem;
- Temperatuur is meestal lager in water dan op land → organismen moeten hun levenscyclus
hierop aanpassen.
Water op aarde
- 70% van het oppervlak is bedekt met water;
- Hiervan is 97% zeewater;
- 1% van deze 3% is zoet oppervlakte water;
- Vrijwel al het leven op aarde is afhankelijk van het zoete water.
Belang van water
- Mens en natuur is sterk afhankelijk van (zoet) water;
- Menselijk watergebruik is de afgelopen eeuw sterk toegenomen (landbouw, industrie en
huishoudens);
o Leidt tot veranderingen in waterkwantiteit → gebruik zorgt voor ontbossing,
kanalisatie etc → overstromingen en droogte;
o Leidt tot veranderingen in waterkwaliteit → vervuiling en eutrofiëring (teveel aan
voedingstoffen) door gebruik;
- Globaal dreigt een zoetwatertekort en ook rampen zijn aan de orde van de dan → kennis om
watersystemen robuuster te maken is belangrijk.
Water dat neervalt infiltreert in de bodem en wordt daar opgeslagen als grondwater. Later kan het
dan richting een rivier stromen. Bij verstedelijking is er sprake van een hard oppervlak waardoor het
water niet infiltreert en het direct naar een rivier stroomt. Hierdoor moet de rivier in korte tijd veel
water afstromen en dit kan ervoor zorgen dat het waterpeil snel omhoog gaat en de rivier buiten zijn
oevers treedt.
2
, Ontstaan van watersystemen in Nederland
Pleistoceen – gelasien / calabrien
- Ijstijden waarin Noordzee deels bevroren is: toendra’s;
- Tussenperioden: subtropisch, warm, rivierbossen. Deel
Nederland: bestaat uit zee;
- Allerlei exotische soorten (makaken, mamoet, hyena’s,
wisent);
- Eind gaan rivieren domineren;
- Vorming rivierterassen Maas door opheffing van het
land → in koude periode stroomt de maas vrij snel en
door platentektoniek snijdt de rivier zich in → hierdoor
worden rivierterassen gevormd;
- Ook vorming deel van stuwwallen.
Midden-pleistoceen
- Korte warme periode, daarna
ijstijden;
- Gletsjers reiken tot de lijn Den Helder
– Assen en daarna Haarlem –
Nijmegen: stuwwallen;
- Eind: extreem koud (salien).
Laat – pleistoceen
Begin (emien): wamr (18,5 in juli, nu 17):
- Weelderige begroeing;
- Rijn stroomt nog via ijssel de Zuiderzee in;
Later: koud (laatste glaciaal, weicheselien): vlechtende rivieren (5 C in juli):
- Steppe en toendras;
3
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper baukje5729. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,99. Je zit daarna nergens aan vast.