Studiewijzer Loopbaan & burgerschap
Sociaal-maatschappelijke dimensie
Opdracht 1
a. Waarden en normen waar denk ik aan?
Geduld en respect naar elkaar hebben en iedereen laten zoals die is. Elkaar
accepteren hoe diegene is.
b. Cultuur, waar denk ik aan?
Het gedrag dat we met namen door onze opvoeding en scholing hebben
ontwikkeld, noemen we cultuur.
c. Waarden is iets wat een persoon of samenleving wenselijk vindt. Een
waarde geeft aan wat men wenselijk vindt, zoals bijvoorbeeld goed gedrag
tonen. Het woord waarde wordt vaak met het woord normen genoemd.
Normen zijn concrete richtlijnen voor het handelen.
Cultuur of beschaving is het geheel aan gewoontes en (gedrags)regels dat
bij een volk of stam hoort.
Cultuur omvalt de gewoonten en gebruiken waarover een volk in het land zelf
beschikt of die een volk meeneemt uit het land van herkomst. Hieronder vallen
onder andere het geheel van normen en waarden, de voeding, eetgewoonten,
kleding, godsdiensten en muziek en dans. Ook gaat het hierbij om gebruiken
zoals lichaamsversiering met henna, wat vooral voorkomt in de Arabische
cultuur. De betekenis van een kleur kan ook verschillen van cultuur tot
cultuur. In Nederland bijvoorbeeld is zwart de rouwkleur, terwijl dit in China
de kleur wit is. Lichaamstaal speelt ook een rol, gedrag en non-verbale
communicatie verschillen.
Opdracht 2 waarden en normen
a. In mijn woonomgeving: binnen ons gezin gaan we liefdevol en met respect
met elkaar om. Ook accepteren we elkaar zoals hoe je bent.
b. Op het werk zorgvrager: respecteren de mening van een cliënt, we gaan
liefdevol, betrouwbaar, betrokken en gastvrij met elkaar om.
c. Op het werk collega’s: respectvol, samenwerking, betrouwbaarheid,
betrokken.
d. Opgevoed met: respect, zorgzaam, eerlijkheid, betrouwbaarheid, betrokken,
sorry zeggen als je fout bent geweest, humor, veel liefde aan elkaar geven.
e. In omgaan met familie en vrienden: elkaar helpen, dingen voor elkaar doen,
betrouwbaarheid, zorgzaamheid.
,Opdracht 3 diversiteit binnen etnische groepen
1. Om welke verschillende redenen komen migranten naar Nederland?
Om te werken, om te studeren
2. Welke verschillende etnische groepen wonen er in Nederland?
Marokkaans, Turks, Irakees, Afghaans.
3. Uit welken landen zouden de meeste migranten komen?
Marokko, Turkije, Irak, Afghanistan.
4. Schat eens hoeveel niet-westerse migranten in Nederland wonen.
Ik schat rond de 1,5 miljoen. Het zijn er 2 miljoen.
5. Schat eens hoeveel westerse migranten in Nederland wonen.
Ik schat rond de 500.000. Het zijn er 1,5 miljoen.
6. Schat eens hoeveel immigranten zich vorig jaar in Nederland hebben gevestigd?
Ik schat rond de 100.000. Het zijn er 150.00.
7. Schat eens hoeveel Nederlanders zich vorig in een ander land gevestigd hebben?
Ik schat rond de 50.000. Het zijn er 150.000.
8. Hoeveel vluchtelingen zijn er wereldwijd?
79,5 miljoen. Mensen die op de vlucht zijn voor oorlog of geweld.
9. Welk percentage van alle vluchtelingen wordt in Nederland opgevangen?
85% van de vluchtelingen wereldwijd wordt opgevangen in een ontwikkelingsland.
10. Ken je collega’s op je bpv, die uit een andere cultuur komen? Uit welk cultuur?
Niet op het werk. Maar een hele goeie vriendin van mij is Marokkaans.
11. Welke verschillen in interculturele communicatie ben je tegengekomen in contact
met mensen van een andere etnische achtergrond? En om welke cultuur ging het
dan?
De Marokkaanse cultuur.
, Opdracht 4 interviewopdracht
1. Waar bent u geboren? Als u in Nederland geboren bent, waar zijn uw ouders
geboren?
Ik ben in Marokko geboren.
2. Hoe lang woont u in Nederland?
Ik woon al 31 jaar in Nederland.
3. Bent u (of uw ouders) om economische redenen, om politieke reden of om
persoonlijke reden naar Nederland gekomen?
Mijn vader woonde al in Nederland, hij was gastarbeider hier en wij (moeder en 4
kinderen) zijn in 1990 met gezinshereniging hier komen wonen.
4. Wat vindt u grote verschillen tussen uw herkomstland en Nederland?
De taal, cultuur, tradities en de mensen. In het begin was alles nieuw en anders
voor ons, het was erg wennen.
5. Wat vindt u voordelen van Nederland? Wat vindt u goed in Nederland?
Op werkgebied en zorggebied zijn er veel voordelen, in Marokko is dat anders.
Dat zijn de voordelen die meteen opvielen toen wijn hier kwamen wonen.
6. Wat vindt u nadelen van Nederland? Of: wat vindt u niet goed in Nederland?
Geen nadelen!
7. Wat zij voor u belangrijke waarden en normen?
Respect, vriendelijkheid, acceptatie en behulpzaamheid.
8. Zijn deze waarden en normen dezelfde als van uw familie? Zijn deze veranderd?
Kunt u hiervan een voorbeeld geven?
Ja, zijn hetzelfde.
9. Wat denkt u dat Nederlanders belangrijke waarden en normen vinden?
Respect, geluk, veiligheid en eerlijkheid.
10. Komt u veel in contact met mensen van een andere cultuur?
Ja, ik kom veel in contact met andere culturen. Wij hebben veel vrienden met
ander nationaliteit. Zo leer je andere culturen en tradities kennen.
11. Wat vindt u bijzonder of opvallend aan de Nederlandse cultuur?
Eerlijkheid van de mensen, recht voor de raap en alles op afspraak.
12. Wat vindt u grote verschillen tussen de Nederlandse cultuur en de cultuur van uw
herkomstland? Kunt u voorbeelden geven?
Wat mij heel erg opviel in de eerste jaren dat wij hier zijn komen wonen is dat bij
de Nederlanders toch veel ieder voor zich is en bij ons waren wij gewent om alles
met de familie te doen, zoals voor elkaar zorgen, wij woonden immers bij opa en
oma thuis. Het afspreken om bij iemand op bezoek te gaan was ook erg wennen,
wij kenden dat niet. Bij ons stonden de deuren altijd open en de familieleden
liepen in en uit.
13. Wat vindt u verschillen tussen de cultuur van uw herkomstland en de cultuur van
landgenoten van u, die hier in Nederland wonen?
Er was een groot cultuurverschil maar met de jaren is er veel veranderd valt mij