Klinisch redeneren bij ouderen
§7 ADL en IADL
ADL activiteiten van het dagelijks leven (baden, aankleden, eten, toilet, etc)
IADL instrumentele activiteiten van het dagelijks leven (reizen, huishouden, medicatie
gebruiken planning en inzicht nodig)
Beperking functioneren ontstaat door chronische ziekte (70% oud) of acute gebeurtenis
(70% jong).
Prevalentie aantal mensen dat op een bepaald moment beperkingen in functioneren
ervaart.
Incidentie aantal nieuwe mensen met beperkingen in functioneren gedurende een
bepaalde periode
Vrouwen >80 thuiswonend hogere prevalentie
Ouderen in het ziekenhuis acute opname hogere prevalentie (i.v.m. voor geplande
ingreep)
Functieverlies is prognostische factor voor het naderende levenseinde.
Beperking in functioneren is combi van vermindering spiermassa, onderliggende oorzaken
en geriatrische problemen (geheugenprobleem, depressie, duizeligheid).
Anamnese:
Kijk niet alleen naar ADL en IADL functioneren, maar ook naar domeinen van
functioneren die aangetast zijn en welke compensatiemogelijkheden een oudere
heeft.
Aantal cardiovasculair verstoringen die kunnen leiden tot problemen bij ADL:
Ritmestoornissen korte tijd minder toevoer van bloed naar hersenen flauwvallen
terughoudend in activiteiten
Pompfunctie kost het lichaam meer moeite om bloed te pompen snel buiten
adem en bewegen wordt zwaarder
Oedeem Steunkousen zijn moeilijk aan te trekken en bemoeilijkt lopen door de
druk op de benen
Breinfuncties die kunnen leiden tot problemen bij ADL:
Dementie moeilijk de volgorde van activiteiten weten. Vaak eerst IADL taken en
daarna ADL taken aangetast
Delier
o Hypoactief delier apathisch, moe en heeft aansporing en structuur nodig
o Hyperactief delier druk en verward, moet afgeremd en gestructureerd
worden
CVA (herseninfarct of – bloeding)
, o Halfzijdige verlamming
o Apraxie niet meer weten hoe het moet
o Aangetaste spraak moeite met hulp vragen bij boodschappen en
deelnemen sociale activiteiten, etc.
Depressie interesse neemt weg. Structuur en beweging kunnen helpen
Motorisch orgaansysteem:
Spiermassa neemt af en wordt vet- en bindweefsel
Knijpkracht neemt ver af
Door cytokinen (ontstekingshormonen) versnelde spierafbraak
Tekort aan vitamine D leiden tot versnelde botafbraak bij vrouwen versneld door
de menopauze
Endocriene systeem:
Verstoring in glucoseregulatie kan ontstaan dor verschillende factoren en ziekten.
Afname van spiermassa heeft gevolgen voor glucoseregulatie
Zintuiglijk orgaansysteem:
Pijn
Polineuropathie (beschadiging zenuwuiteinden)
Duizeligheid (door verminderde werking van cardiovasculair systeem of storing in het
evenwichtsorgaan)
Verminderde visus en verminderd gehoor
Externe- en persoonlijke factoren:
Restcapaciteit compensatiemechanisme die beperkingen opvangt. Kan zowel
fysiek als mentaalgebied.
Persoonlijkheidsfunctie kenmerken
o Leeftijd spiermassa neemt bv. af
o SES wordt bepaald door woonomgeving, opleiding en inkomen. Hebben
vaker slechte gezondheid, meer ziekten en slechtere leefstijl (preventie moet
wijkgericht zijn)
o Persoonlijkheid en copingstijl bepaald hoe je met moeilijke situaties
omgaan
Belevingsfunctie kenmerken Self-efficacy (vertrouwen in eigen kunnen). Als vpk
niet altijd helpen, maar motiveren en stimuleren
Sociale omgevingskenmerken sociale netwerk geeft ondersteunende rol en kan
het compenseren.
Hulpmiddelen kunnen ondersteuning bieden. Ouderen krijgen niet altijd instructie
of hebben een andere reden om het niet te gebruiken
Specifieke risicosituatie determinanten die bepalen of ouderen bij acute
ziekenhuisopname achteruitgaan of herstellen
o Pre-existence factoren die kwetsbaarheid en restcapaciteit bepalen leeftijd,
mobiliteit, cognitie, sociaal functioneren, etc.
, o Ernst van acute ziekte shock of hoge koorts doen aanslag op
immuunsysteem, dat gevolgen heeft voor ouderen met weinig
reservecapaciteit
o Omgevingsfactoren in het ziekenhuis ondervoeding, bedrust, gebruik
geneesmiddelen, kwaliteit ontslagplan,
Diagnostiek:
Multidisciplinair (verpleegkundige, art, fysiotherapeut, etc.)
Competentie meten datgene wat iemand zou kunnen (zelf-rapportage). Kan ook
invullen van Katz of Barthel-index (ADL-schaal). Lawton en Body (IADL-schaal) of
GARS-4/gemodificeerd Katz (ADL en IADL-schaal)
Prestatie meten Datgene dat iemand daadwerkelijk doet (bepaald door
observatie)
Aandachtspunten:
Risicofactoren beperking ADL en IADL in kaart brengen
ADL en IADL functioneren regulier meten
Nagaan of ouderen zelf vinden dat ze achteruit gaan
In kaart brengen wanneer de achteruitgang is ontstaan en waardoor
Interventies:
Stimuleren om te bewegen
o bewegen in groepsverband kan stimulerend werken
o Vb pianotrap of buitenplekje in woonwijk
Vermijd bedrust
Voorlichten over functieverlies als gevolg van ziekenhuisopname
Trainen voorafgaand ziekenhuisopname
Revalidatie/functioneel trainen
Pijnmanagement
Inzet van hulpmiddelen
Interventies op maat ( NIC, toolkits)
§8 Visus- en gehoorproblematiek bij ouderen
Vijf zintuiglijke waarnemingen: zien, horen, voelen, ruiken, proeven.
Vier niveaus:
Normale visus
Matige visuele beperking **
Ernstige visuele beperking ** gezichtsvermogen minder dan 0,3 (30%).
Kijkhoek minstens 10 graden, maar minder dan 20 graden.
Blindheid gezichtsvermogen minder dan 0,05 (5%)in het beste oog met de
beste correctie of een kijkhoek van dan 10 graden
, 65% met visuele handicap is 50 jaar of ouder
Anatomie en fysieke functies:
Bij verminderd gezichtsvermogen kan er sprake zijn van
o Verminderde diepteperceptie
o – contrastgevoeligheid
o – gezichtsscherpte
Motorisch systeem lens kan minder flexibel worden/ minder snel bol
(ouderdomsverziendheid of presbyopie). Gerelateerd aan motorische functie
van de oogspieren. Ook aanpassen aan veranderd licht en onderscheiden van
contrast word hierdoor moeilijker
Zintuiglijk systeem
o glaucoom (verlies in werking van de zenuwvezels van het netvlies). Dit
kan komen door verhoogde oogboldruk. (niet behandelen is kokervisie
of blindheid).
o Cataract/staar (vertroebeling ooglens) onscherp beeld op netvlies,
wazig zien
o Maculadegeneratie achteruitgang van netvlies (middelste deel is een
donkere vlek en buitenste zicht blijft meestal scherp.
Atrofische maculadegeneratie (droge vorm) geleidelijke
degeneratie van de gele vlek
Neovasculaire maculadegeneratie (natte vorm)vaatvorming
onder de gele vlek, waardoor er een lekkage is van plasma en
bloed die leiden tot ernstige daling van gezichtsscherpte.
Diabetische retinopathie ziekte van kleine bloedvaten in het netvlies
o Vaatwandlekkage en nieuwvorming van vaten die de functie van het
oog en het gezichtsvermogen bedreigen.
o Door diabetes mellitus
o Symptomen: wazig gezichtsveld, vlekken zien, gevoeligheid voor fel
licht en nachtblind
o Gerelateerd aan verstoring endocriene orgaansysteem en het
vaatstelsel
Slechthorendheid onvermogen om te horen/ verminderde waarneming van geluid
en een verminderd verstaan van spraak.
Gehoorverlies kan aangeboren of verworden, van tijdelijke aard of blijvend zijn.
Ouderdomsslechthorendheid is het gevolg van volgende factoren:
Verminderde zuurstofvoorziening van de haarcellen in het binnenoor
Degeneratie van haarcellen en andere structuren in het binnenoor
Degeneratie van de gehoorzenuw