Jeej er komt weer een maatschappijleer examen aan waar niemand naar uitkijkt. Mocht je niet er in
komen, omdat je toestemming nodig hebt: Laat het even weten aan Pascal. Als je niet weet wie dat is,
je kan 't vast wel via degene die dit gestuurd heeft weten. Contact info staat ook helemaal onderaan!
Volg Nos Stories op Instagram trouwens, zet berichtmelding aan.
Wees je a.u.b. bewust dat dit een samenvatting is die je niet moet ‘scannen’
maar echt goed moet lezen. Ik heb persoonlijk alle 7 hoofdstukken gescand
dus dit is echt wel de stof die je goed moet kennen.
Politiek betekent ‘het nemen van allerlei belangrijke besluiten voor een land’. Wij,
Nederland, zijn een democratie. Dat betekent dat het volk direct of indirect invloed heeft op
besluiten in de politiek. Soms is er een referendum, dat is wanneer burgers direct mogen
stemmen over een besluit. Dan beslissen politici dus niet in de 2e kamer, maar dan bepaal
je het direct als volk.
Nederland is een indirecte democratie, waarbij we als volk op onze politici stemmen en
niet direct op de wetsvoorstellen. Bij ons doen politici dat, zo’n indirecte democratie heet
ook wel een parlementaire democratie omdat de gekozen volksvertegenwoordigers samen
het parlement vormen. Als burger heb je passief en actief kiesrecht. Actief is het recht om
te stemmen, passief is het recht om gekozen te worden.
Grondwet:
Voor burgers: Stemrecht op je 18e, iedereen mag politieke partij beginnen en vrijheid van
meningsuiting
Voor besluiten in politiek: Regering en parlement maken samen de wetten en wetten
gelden pas als de meerderheid van het parlement het ermee eens is.
Overig: Ondanks dat meerderheid iets, wordt er wel rekening gehouden met de minderheid.
Zoals dat grondrechten niet zomaar worden afgeschaft, ook al is de meerderheid het hier
mee eens.
In een dictatuur is alle macht in handen van 1 persoon of een kleine groep. Er zijn landen
waarin de dictatuur is gebaseerd op een ideologie. Dat zijn dan landen die geregeerd
worden met een soort ideaal beeld over hoe ze geregeerd moeten worden, dat is bijna altijd
communistisch. In andere landen is een religieuze dictatuur, dat is een land dat dezelfde
wetten heeft qua stemmen op politici etc. maar dan wordt elk wetsvoorstel gekeurd door een
niet-gekozen geestelijk leider. Tenslotte is er nog een militaire dictatuur, hierin heeft het
leger alle macht.
Kenmerken van een dictatuur:
- Geen machtenscheiding (trias politica)
- Grondrechten worden niet gehandhaafd
- Gee vrije pers
- Geen oppositiepartijen
- Militairen spelen politieke rol
- Vaak verkiezingsfraude
- Regering is snel en efficiënt in keuzes maken omdat niemand tegen werkt
-
-
, Bijna elke politiek partij ontstaat uit een ideologie, dat zijn simpel gezegd ‘het geheel van
ideeën over de gewenste inrichting van de samenleving’. De term ‘linkse partij’ en ‘rechtse
partij’ heb je ongetwijfeld al een keer gehoord. Links betekent dat de overheid een grote rol
speelt bij onderwerpen in de maatschappij en recht een kleine. Politieke cultuur betekent
de manier waarop politici met elkaar omgaan.
Politieke ideologieën (belangrijk):
Liberalisme: Liberalen willen persoonlijke en economische vrijheid. Ze willen dus dat je
als burger veel mag en kan, dus dat betekent een kleine rol van de overheid. Liberalen zijn
dus rechts, bekende liberale partijen zijn de VVD en de D66.
Socialisme: Socialisten noemen we tegenwoordig sociaal-democraten en zij willen eerlijke
verdeling van inkomen, kennis en macht. Ook willen ze bescherming voor de
zwakkeren. Ze willen dus dat de overheid een grote rol speelt, dus ze zijn links. Bekende
partijen zijn de PvdA en GroenLinks.
Confessionalisme: Dit zijn de partijen die gebaseerd zijn op geloof, in Nederland is dat
vooral het Christendom. Ze geloven in rentmeesterschap, dat betekent dat wij als mensen
de taak hebben om voor de aarde te zorgen want wij hebben ‘m in bruikleen van God. Ze
vinden naastenliefde ook belangrijk, dat je zorgt voor elkaar. Omdat ze wel willen dat de
overheid wat doet, maar ook vertrouwen op dat mensen zorgen voor elkaar horen ze niet bij
links of rechts, maar bij het midden. Dat betekent dus letterlijk dat ze er tussen in zitten.
Bekende partijen zijn CDA en SGP.
Populisme: Dit is geen ideologie, maar meer dat ze de politiek minder in beeld willen. Ze
willen dat de burger volledig in de spotlight staat en ze zetten zich af tegen de elite. Ze
vinden hen corrupt en kiezen daarom de kant van het volk als een soort redder in nood.
Omdat hun opvattingen lastig te plaatsen zijn, zijn ze NIET links en NIET rechts. Ze hebben
vaak nationalistische standpunten, zoals minder immigranten en het buitenland moet zich
niet met hen bemoeien. Bekende partijen zijn de PVV.
Dus we hebben links, rechts en midden. Daarnaast hebben we ook conservatief en
progressief. Conservatief betekent dat ze de maatschappij zoveel mogelijk willen behouden
zoals het is en progressief betekent vooruitstrevend/meer verandering willen.
Pressiegroepen (groepen die invloed uit oefenen op politiek bestuur) :
Actiegroep: Dit zijn groepen die 1 bepaalde doelstelling willen halen en voeren actie, zoals
Wakker Dier
Belangengroep: Dit zijn groepen die belangen van 1 bepaalde groep verdedigen, zoals
LAKS die scholieren verdedigd. Zij geven voorlichting en gaan in gesprek met politici.
Politieke partijen: Dit zijn partijen die echt willen regeren, die hun ideeën over de
samenleving echt willen invoeren. Dit is dan ook de enige groep die meedoet aan
verkiezingen.
Soorten politieke partijen:
- Partijen die ontstaan zijn uit die ideologieën van net, nogmaals POPULISME IS
GEEN IDEOLOGIE.