100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Burgerlijk Procesrecht van het gehele vak €6,49
In winkelwagen

Overig

Samenvatting Burgerlijk Procesrecht van het gehele vak

 150 keer bekeken  3 keer verkocht

Voorbeeld 3 van de 24  pagina's

  • 20 november 2014
  • 24
  • 2014/2015
  • Overig
  • Onbekend
Alle documenten voor dit vak (20)
avatar-seller
Nathalie1
Samenvatting Burgerlijk procesrecht en Geschiloplossing

Deel I Geschil en burgerlijk proces (procedure)
Oplossen van een geschil
- ADR: alternatieve vormen van geschilbeslechting
o Arbitrage (1020): Is de meest formele vorm van ADR want kent eigen procesregeling (art.
1020 Rv). Je legt je geschil voor aan het scheidsgerecht/Arbiter. Partijen zoeken een
oplossing naar billijkheid (1054 lid 3).
o Mediation (richtlijn): partijen brengen zelf hun belangen in en komen zo samen met een
mediator tot een oplossing die aanvaardbaar is voor alle partijen. Vaak omdat ze
verhoudingen willen behouden (win/win)
o Bindend advies art. 7:904 (procedures geschillencommissies): ligt een
opdrachtovereenkomst aan ten grondslag. Vaststelling gebeurt via art 7:900 BW ->
beslissing van een derde, vormt een afspraak tussen twee partijen. Misleidend, want het
is dus geen advies, maar een vaststelling. Zie je vaak in algemene voorwaarden. Vraag is
of dit niet in strijd is met art. 6 EVRM (toegang tot rechter)? Nee partijautonomie en
contractsvrijheid rechtvaardigen dat.
 Stel: niet nakomen van bindend advies? Dan wanprestatie (art. 6:74) en kan leiden
tot alsnog een procedure
- Via procesrecht -> procesrecht verandert constant.

Verschillen: je wilt dat iemand voor jou de knoop door hakt
o Rechterlijke beslissing -> onmiddellijk afdwingbaar (430 Rv) -> overheidsmacht (art. 112 -
> grondwettelijke basis)
o Andere beslissing (arbitrage) -> eerst exequatur aanvragen (wordt past dwingend als de
rechter er naar kijkt -> is namelijk gewoon een overeenkomst)

Waarom kiezen voor ADR?
- Tijdsverloop proces duurt lang (1 tot 1,5 jaar)
- Kosten: proces is duur
- Proces is formeel, ADR is informeel -> lagere drempel

Artikel Holbrook: in onderhandelingssituatie kun je bepaalde theorieën/modellen gebruiken. Zijn
stelling is: onderhandeling vereist een strategie.
- Volgens hem zijn er drie dynamics ->
onderhandelingen worden
gekenmerkt door 1)proces,
2)communicatie en 3)dat er een
uitkomst is.
- Uitkomst: kan het twee kanten
opgaan. 1)behoud wederzijds relatie
of 2) financiële oplossing. Stel:
werknemer wordt door werkgever
gepest. Hij gaat gesprek aan met
werkgever -> ze gaan onderhandelen die er toe leiden dat verhouding tussen de werknemers
behouden blijft. Maar stel: een zakenpartner van de werkgever pest hem. De werkgever kan
niet veel doen want wil zijn zakenpartner graag behouden. De werknemer ziet dat niet zitten en
wil zijn arbeidsrelatie verbreken. Nu ziet de werknemer meer in financiële oplossing en gaat hij
heel anders onderhandelen (is een hele andere instelling tot onderhandelen)
- Proces en strategie: gaat over de proceshouding. Holbrook onderscheid vier fundamentele
onderhandelingssituaties die een oplopende graad van conflicten kennen


1

, 1. Performatief: is nog geen sprake van constructieve communicatie. Zijn nog niet aan het
onderhandelen, meer vertellen van hun verhaal (emotionele fase)
2. Distributief/positioneel: puur onderhandelen, je begint hoog met inzet en eindigt in het
middel (win-lose) -> gebruik je als je enkel financiële oplossing wilt
a. Nadeel: risico dat verhoudingen weer op scherp worden gezet, escalatie
3. Integratief/probleemoplossend: met elkaar om de tafel zitten en oplossing zoeken (win-
win) -> gebruik je als je behoudt wilt van wederzijdse relatie
a. Nadeel: je moet er goed in zijn, creatief zijn, welwillendheid om te praten
4. Transformatief: waarin partijen in het belang van ander gaan onderhandelen (niet relevant
voor dit vak)
dus eerst vaststellen: wat is de gewenste uitkomst? Daarna kijken welke techniek. Stel ze werken
samen op een afdeling, dan beter integratief (ook al willen ze schadevergoeding)

Drie minimale eisen aan een procedure:
- Inhoud: goede uitspraak die inhoudelijk juist is, correcte feiten bevat en rechtvaardig is
- Procedurele rechtvaardigheid: fair trial, redelijkheid en billijkheid (R&B)
- Tijd: redelijk termijn -> hierdoor rechtszekerheid.
Efficiency: overheid wil ook dat een proces efficiënt en
snel klaar is, want kost te veel geld anders.
Basismodel geschilbeslechting (zie figuur).

Beginselen Burgerlijk procesrecht:
- Institutionele vereisten (art. 6 EVRM)
o Onafhankelijke rechter (art. 117 Gw)
o Onpartijdigheid (art. 36-41 Rv)
o Openbaarheid (art. 27-28 Rv)
- Procesvoering (art. 6 EVRM, maar uitgewerkt in Rv)
o Fair trial/behoorlijk proces
o Hoor en wederhoor (art 19) -> als een partij bewijs mag leveren, mag de ander dan ook +
recht op mondelinge behandelingen (wordt wel begrenst door redelijk termijn)
o Goede procesorde (ongeschreven recht)
o Lijdelijkheid van de rechter: de rechter verleent een dienst om uitspraak te geven. Dit
doet hij alleen op verzoek -> partijen bepalen dus omvang van geschil= partijautonomie.
De rechter beslist enkel waar partijen het oneens over zijn (art. 23-26 Rv), maar wel
begrenzing door rechterlijke activisme:
 Rechter kan beïnvloeden -> kan partijen helpen via art. 19 t/m 22
 Belangvereiste -> hij mag onzin weigeren als je bijv. onvoldoende belang hebt bij
uitspraak
 Rechter moet rechtsgronden aanvullen via. art. 25
 Waarheidsplicht (art. 21)
o Redelijk termijn (art. 6 EVRM) -> efficiëntie (art. 20)
o Motiveringsplicht (art. 30)

Ontwikkeling procesrecht:
- tot 1975 vooral aandacht voor distributieve rechtvaardigheid: kwaliteit van beslissing zelf
- daarna procedurele rechtvaardigheid: invloed kunnen uitoefenen op procedure
- en nu ook wetenschappelijke aandacht voor interactieve rechtvaardigheid: de relatie tussen
partij en geschiloplosser.

- Vanaf 2002 herziening -> nu hebben partijen maar recht op één schriftelijk ronde (dagvaarding
+ conclusie van antwoord)


2

, - Toekomst: procedure moet digitaal worden. Willen ook deelgeschilprocedure: biedt de
mogelijkheid om een deel van hun geschil voor te leggen. (bijv. aansprakelijkheidszaak: dan laat
men de rechter enkel uitspraak doen of er sprake is van aansprakelijkheid en bepalen ze zelf de
omvang van de schade) -> men wil het toegankelijker maken voor de burger

Aritkel Tyler: zijn vier elementen die burgers belangrijk vinden in een procedure
1. Voice/participation: gedachte dat je invloed hebt en iets mag zeggen in de procedure
2. Trust/justification: je hebt vertrouwen in de rechter en de rechter moet dat ook bevestigen
3. Interpersonal respect: dat je elkaar fatsoenlijk bejegend.
4. Neutrality: onpartijdigheid rechters
 Deze zie je dus ook terug in beginselen.

EU heeft invloed gehad op ons procesrecht, dat blijkt onder andere door art. 6 EVRM. -> daaruit
blijkt dat we recht hebben op: eerlijk proces, openbare behandeling, binnen redelijk termijn, door
onafhankelijk en onpartijdig gerecht dat bij de wet is ingesteld en de uitspraak openbaar is.
Maar in de rechtspraak is dit nog uitgebreid (verplichte literatuur HC2A Handbook). Hierin staat wat
in wat er uit de rechtspraak blijkt uit art. 6 EVRM
 Access to a court
 Finality/Timely enforcement: kan beslissing hebben gekregen, maar als je die niet ten uitvoer
kan leggen/of kan worden aangetast, heb je er niets aan.
 Adversial principle, equality of arms: dat je tegenover elkaar staat, hoor en wederhoor
 Personal presence and publicity: persoonlijke aanwezigheid en openbaarheid
 Right to a reasoned decision and reliable evidence: recht en motivering
 En niet genoemd in handbook: undue formalism/proportionaliteit) het verbod op onnodig
formalisme, formalisme speelt met name een rol in het procesrecht.
Terug naar de beginselen van procesrecht. Hier heb je dus weer een andere bron. Maar EVRM is niet
volledig want goede procesorde en partijautonomie staat er niet in, maar goede procesorde zit al in
de andere beginselen dus dat hoef je niet apart te noemen. Partijautonomie kan je wel een beetje
nuanceren want de rechter moet ook aansturen.
 Dus komt onze beginselen komen overeen met art. 6 EVRM.

Problemen bij buitenlandse gedaagden:
- Je wil dat de betekening makkelijk gaat (eenvoudige toegang tot de rechter)
- Maar anderzijds: belang dat de gedaagde verweer kan voeren
dus je moet vertrouwen op elkaars systeem van betekening.
Taalvereisten: in welke taal moet de dagvaarding? is vastgelegd in betekeningsverordening II ->
taalvereiste art. 56 Rv jo art. 8 lid 1 sub a en b verordening.
- Göts Leffler/Berlin Chemie AB: ging over dagvaarding die door de Nederlandse deurwaarder
aan Duitse deurwaarder werd gegeven -> gaat dus niet snel en is vervelend als je termijn wilt
halen. Dus je kan dagvaarding uitbrengen in eigen taal en hopen dat de wederpartij het
begrijpt. Zo niet, dan mag hij weigeren. Gevolg is dat dagvaarding niet is uitgebracht. Je mag
het dan nog herstellen (in verordening is geregeld dat je niet aan termijn verliest hierdoor)

Omvang van het geschil:
- Wat wordt er geëist/gevorderd (petitium) + het verweer
- Welke gronden (blote feiten= natuurwetenschappelijke feiten & rechtsgronden)
- Regels van openbare orde.
 Dus was niet wordt aangedragen of geen verweer over, dan hoort het niet bij het geschil.

Vergissing bij erfdienstbaarheden-> men wilde primair verklaring voor recht dat erfdienstbaarheid
nog bestaat, na vergissing in reconstructiewet. Subsidiair werd gevorderd een veroordeling tot
medewerking aan nieuwe vestiging erfdienstbaarheid. Maar hier moet natuurlijk een grondslag voor
3

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Nathalie1. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 51683 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 15 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€6,49  3x  verkocht
  • (0)
In winkelwagen
Toegevoegd