100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten
logo-home
Hoorcollege week 6Privaatrechtelijke overheidsrechtspersonen (woord voor woord uitgetikt) €3,99
In winkelwagen

College aantekeningen

Hoorcollege week 6Privaatrechtelijke overheidsrechtspersonen (woord voor woord uitgetikt)

 0 keer verkocht

Hoorcollege week 6Privaatrechtelijke overheidsrechtspersonen (woord voor woord uitgetikt)

Voorbeeld 2 van de 10  pagina's

  • 4 juli 2021
  • 10
  • 2020/2021
  • College aantekeningen
  • Prof. f. van ommeren en p.j. huisman
  • Hoorcollege week 6
Alle documenten voor dit vak (15)
avatar-seller
madiha_e
Hoorcollege week 6 Privaatrechtelijke overheidsrechtspersonen

 Ook tijdens dit hoorcollege komen de drie hoofdvragen aan bod
1. Privaatrechtelijk of publiekrechtelijk overheidshandelen?
2. Is de privaatrechtelijke weg geoorloofd?
3. Wat is het toepasselijk recht?
 Als we het hebben over privaatrechtelijke overheidsrechtspersonen dan gaan we uit van de
overheidsvennootschap en overheidsstichting.
 De regels voor de overheidsvennootschap in boek 2 BW zijn veel uitvoeriger dan voor de
overheidsstichting.

Soorten overheidsrechtspersonen
• Publiekrechtelijke rechtspersonen
– Staat, provincie, gemeente, waterschap etc.
– Openbare lichamen met eigen rechtspersoonlijkheid o.g.v. bijzondere wet
• SER, NWO, Kadaster, CvdM, CBR, Politie etc.
• Privaatrechtelijke overheidsrechtspersonen
– Overheidsvennootschap
– Overheidsstichting
– Etc. (zie art. 2:3 BW)

Publiekrechtelijke rechtspersonen
 Publiekrechtelijke rechtspersonen: ook de publiekrechtelijke overheid heeft
rechtspersoonlijkheid. Als de overheid geen rechtspersoonlijkheid had dan had het ook geen
grond kunnen verkopen, contracten kunnen sluiten etc. Dus ook de vorige weken gingen we
er steeds vanuit dat de overheid over rechtspersoonlijkheid bezit want anders kan het niet
privaatrechtelijk handelen.
 De Staat, provincie, gemeente en waterschap hebben publiekrechtelijke
rechtspersoonlijkheid rechtstreeks op grond van art. 2:1 lid 1 BW.
 Welke overheidsinstellingen hebben nog meer publiekrechtelijke rechtspersoonlijkheid? Zie
art. 2:1 lid 2 BW: ‘’Andere lichamen, waaraan een deel van de overheidstaak is opgedragen,
bezitten slechts rechtspersoonlijkheid, indien dit uit het bij of krachtens de wet bepaalde
volgt’’. Voorbeelden van publiekrechtelijke rechtspersonen o.g.v. art. 2:1 lid 2 BW: SER,
NWO, Kadaster, CvdM, CBR en Politie.
 Twee belangrijkste manieren om publiekrechtelijke rechtspersoonlijkheid toegekend te
krijgen: rechtstreeks o.g.v. art. 2:1 lid 1 BW of via een bijzondere wet (art. 2:1 lid 2 BW).
 Art. 2:5 BW: publiekrechtelijke en privaatrechtelijke rechtspersonen kunnen
vermogensrechtelijk handelen. Dus via de wettelijke constructie van 2:1 en 2:5 BW kunnen
overheidsrechtspersonen privaatrechtelijk handelen.
 Het woordje ‘rechtspersoon’ in art. 1:1 lid 1 sub a Awb moet je lezen in verbinding met art.
2:1 BW.

Privaatrechtelijke overheidsrechtspersonen
 Er zijn twee varianten van de privaatrechtelijke overheidsrechtspersonen:
overheidsvennootschap en overheidsstichting
 Voorbeelden overheidsvennootschap: NS (100% van de aandelen heeft de Staat in handen),
netbeheerders (TenneT), ABN AMRO (privatiseren), ProRail, KLM (de Staat heeft slechts 14%
van de aandelen  staatsdeelneming!).
 Wat opvalt is dat de overheid behoorlijk stevig beleid voert t.a.v. de
overheidsvennootschappen (aantal in NL: ongeveer 30). Op dit moment zit de Nederlandse
Staat voor 345 miljard euro in staatsdeelnemingen (overheidsvennootschappen en
overheidsstichtingen). Dat doet de Staat niet om hier veel dividend aan over te houden maar

1

, dat doet de Staat om invloed uit te kunnen oefenen als aandeelhouder. Als aandeelhouder
heb je zeggenschapsrechten en daar gaat het primair om. Het is niet aan de Staat om te gaan
beleggen.
 Voorbeelden overheidsstichtingen: NOS, AFM, musea, stichting Juridisch Loket, stichting
Nederlandse Filmfonds, NPO, openbaar onderwijs.
 Bij de AFM is iets bijzonders aan de hand want die kan een heleboel. De AFM kan bijv. boetes
opleggen of aanwijzingen opleggen. De bevoegdheden van de AFM gaan erg ver. De AFM
heeft publiekrechtelijke bevoegdheden.
 Verschil tussen publiekrechtelijke en privaatrechtelijke rechtspersonen: publiekrechtelijke
rechtspersonen hebben in tegenstelling tot privaatrechtelijke rechtspersonen geen statuten.

Overheidsrechtspersonen




a-organen




b-organen b-organen


Publiekrechtelijke Privaatrechtelijke Toegelaten of erkende
rechtspersonen overheidsrechtspersonen maatschappelijke instellingen



 In de wereld van de overheidsstichtingen is de AFM bijzonder.
 Nu gaan we twee dingen combineren. De meeste overheidsvennootschappen en
overheidsstichtingen zijn niet ook een bestuursorgaan maar dat kan wel.
 Dat is een groot verschil met de publiekrechtelijke rechtspersonen. Daar zijn alle organen
bestuursorgaan (art. 1:1 lid 1 sub a Awb). De Staat is een publiekrechtelijke rechtspersoon en
de minister een bestuursorgaan. Bij de gemeente is dat het college van B&W, burgemeester
etc. Dat geldt ook voor SER. NWO etc. De organen ervan zijn a-bestuursorganen.
 Wat er soms gebeurt is dat het orgaan van de overheidsvennootschap of overheidsstichting
de status heeft van b-bestuursorgaan. Dat is vaak niet het vak. Dit is uitzonderlijk. Een goed
voorbeeld hiervan is de AFM. De AFM is namelijk bekleed met allerlei publiekrechtelijke
bevoegdheden en dan is het bestuur van de AFM een b-bestuursorgaan. Dat geldt dus niet
voor de musea, openbaar onderwijs, NOS, NPO etc. Maar af en toe komt het voor dat een
overheidsvennootschap of overheidsstichting publiekrechtelijke bevoegdheden toebedeeld
hebben gekregen op grond van een publieke wet en dat zijn dan tegelijkertijd ook b-
bestuursorganen.



2

Dit zijn jouw voordelen als je samenvattingen koopt bij Stuvia:

Bewezen kwaliteit door reviews

Bewezen kwaliteit door reviews

Studenten hebben al meer dan 850.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet jij zeker dat je de beste keuze maakt!

In een paar klikken geregeld

In een paar klikken geregeld

Geen gedoe — betaal gewoon eenmalig met iDeal, creditcard of je Stuvia-tegoed en je bent klaar. Geen abonnement nodig.

Direct to-the-point

Direct to-the-point

Studenten maken samenvattingen voor studenten. Dat betekent: actuele inhoud waar jij écht wat aan hebt. Geen overbodige details!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper madiha_e. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 68175 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 15 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Begin nu gratis
€3,99
  • (0)
In winkelwagen
Toegevoegd