Maatschappijleer H4 samenvatting
Kathy Yang V4d
Hoofdstuk 4.1 – Zijn we verschillend of zijn we gelijk?
o Pluriforme samenleving => samenleving waarin veel verschillende opvattingen,
levensbeschouwingen, religies, culturen, gebruiken en levensstijlen mogelijk zijn.
o Nature/nurture-debat => debat over of eigenschappen van mensen aangeboren (nature) of
aangeleerd (nurture) zijn.
Waarden en normen (cultuur) leer je meestal van de groep mensen om je heen
(nurture)
Socialisatie => proces van aanleren van normen en waarden en andere culture
gebruiken en gewoonten en eigen maken.
o Socialisatieproces =>
Impliciete socialisatie Expliciete socialisatie
Onbewust gedrag overnemen & Bewuste aansturing/beinvloeding
aanpassen, zonder duidelijke van het gedrag, normen en regels
dwang maken en zorgen voor naleving
Imitatie Sancties (formeel/ informeel)
Groepsdruk Sociale controle
Media invloed
Internalisatie => het gewenste gedrag is
‘eigen’ geworden, ongewenst gedrag wordt
vermeden (zelfcontrole)
Impliciete socialisatie Expliciete socialisatie
Socialiserende instituties => vrienden, media,
gezin/ familie, ouders, vereniging, school,
werk, overheid (politie etc)
Formele sancties => maatregelen die Informele sancties => maatregelen die op
op geschreven regels gebaseerd zijn, ongeschreven regels gebaseerd zijn, zoals
bijv. de wet sociale controle
o Cultuurverschillen?
Enculturatie Acculturatie
Vanaf je geboorte (vroege kindertijd opgroeien Op later leeftijd een nieuwe cultuur moeten
in culltuur/ groep waardoor je helemaal thuis aanleren en je aanpassen, eerder aangeleerde
bent in de gebruiken en N&W van die cultuur gebruiken/ N&W ‘afleren’
- Vanzelfsprekend - Tegennatuurlijk => moeilijker
- Met name in dominantie cultuur - Migranten/ expats
, makkelijk
o 4 opvoedingsstijlen =>
Autoritait Autoritatief
- Veel controle/ sturing => veel regels - Veel controle/ sturing => veel regels,
opgelegd door ouder (zij zijn baas) maar meestal samen afgesproken
- Minder ruimte voor betrokkenheid en (onderhandelingshuishouden)
genegenheid: minder ruimte om te - Veel ruimte voor betrokkenheid en
praten over gevoelens, uitleg van regels genegenheid: bijv. veel gesprekken,
en gedrag interesse, discussie, opheid
- Gehoorzaamheid & discipline belangrijk - Zelfstandigheid & zelfvertrouwen
belangrijk
Permissief Verwaarlozend (laissez-faire)
- Weinig controle/ sturing => zeer weinig - Weinig controle/ sturing => weinig
regels, kind mag heel veel en ouders regels, weinig controle hierop, kind
volgen moet het maar ‘uitzoeken’
- Veel ruimte voor genegenheid => kind - Weinig ruimte voor betrokkenheid en
staat centraal, de ouders steunen genegenheid => weinig interesse, steun
onvoorwaardelijk en veiligheid (incosequent)
- Gelijkwaardigheid en vrijheid belangrijk - Zelfredzaamheid belangrijk
o Persoonlijke identiteit => Het beeld dat je van jezelf hebt en naar buiten uitdraagt.
Aangeboren kenmerken (uiterlijk) & aangeleerde kenmerken (wat je leuk vindt)
o Sociale identiteit =>groepen waarvan je deel uitmaakt & waarmee je je verbonden voelt, je
voelt je vaak met meerdere tegelijk verbonden, heb je meerdere sociale identiteiten
Paragraaf 4.2 – zijn we gelijkwaardig?
o Discriminatie => ongelijk behandelen van mensen op grond van kenmerken die op dat
moment niet van belang zijn. (Oorzaak = stereotypen)
o Racisme & xenofobie =>
Vorm van discriminatie
Ongelijk en minderwaardig behandelen van mensen op grond van hun ras.
Feitelijk onjuiste benaming => wel in rechtsbronnen opgenomen
Xenofobie => angst voor het vreemde of voor vreemdelingen
o Stereotypen => vaststaand beeld van een groep mensen gebaseerd op een versimpeling/
overdrijving van de werkelijkheid
Toeschrijven van bepaalde kenmerken aan een hele groep mensen
o Vooroordelen => oordeel over een persoon zonder dat je deze persoon kent. Je oordeelt op
basis van stereotype, mening of emotie, ipv feiten
o ‘Nut’ van stereotypen & vooroordelen =>
1. Helpt je te catagoriseren (cognitief) =>
Gevaarlijk/ ongevaarlijk, bekend/ onbekend
2. Helpt bij identiteitsvorming (sociaal) =>
Waar hoor je wel/ niet thuis
Wij/ zij
o Institutionele discriminatie/ racisme =>
Systematische uitsluiting/ discriminatie van mensen op basis van (ongeschreven)
regels, tradities, omgangsnormen of organisatiestructuren
- Moeilijker aan een baan komen
- Etnisch profileren bij politie