Tip: gebruik de kaartjes die staan in de leeromgeving.
Tip: maak de oefenexamens die beschikbaar zijn gesteld door Drogisterijcollege.nl.
Tip: maak gebruik van de online examentraining een paar dagen voor aanvang van het
examen.
1
,Hoofdstuk 1 Kennismaking
UAD = uitsluitend apotheek en drogist.
VWS = ministerie van volksgezondheid, welzijn en sport.
2007 = geneesmiddelenwet.
RVG = registratie verpakte geneesmiddelen.
CBG = college ter beoordeling van geneesmiddelen.
Belangrijkste voor CBG = eventuele bijwerkingen en risico’s van een geneesmiddel.
UR = uitsluitend op recept (via de arts).
UA = uitsluitend in de apotheek.
UAD = uitsluitend bij apotheek en drogist.
AV = algemene verkoop.
Toedieningsvormen = bijvoorbeeld tablet, siroop of capsule.
Hulp- of vulstoffen = worden gebruikt om de smaak te verbeteren, er een bepaalde kleur aan
te geven of als bindmiddel.
Ter hand stellen = officiële term voor het verkopen van of aanbieden van geneesmiddelen.
Zelfzorggeneesmiddelen = geneesmiddelen die in de drogisterij verkrijgbaar zijn.
Geen diploma? = geen advies!
Medisch advies = geeft de apotheker/is een zorgverlener.
Geen medisch advies = (assistent) drogist.
Minimaal 2 maanden = houdbaarheidsdatum controleren bij ontvangst medicijnen.
Medicijnen bewaren = maximaal 20 graden.
Apotheker verkoop medicijnen = UR, UA, UAD, AV.
Drogist verkoop medicijnen = UAD, AV.
Geen gediplomeerd drogist verkoop medicijnen = alleen AV.
Medische hulpmiddelen en voedingssupplementen = vallen onder de warenwet.
Medische hulpmiddelen = middelen die de gezondheid ondersteunen (zoals pleisters,
crème).
Herkenning geneesmiddel in drogisterij = RVG-nummer en afkorting UAD of AV.
Herkenning medisch hulpmiddel (Medical Device) = CE-markering.
Voedingssupplement = aanvulling (vitaminen, mineralen).
VMS = vitamines, mineralen en sporenelementen.
Aangeving voedingssupplement op verpakking = voedingssupplement, een evenwichtige
voeding bevat voldoende vitamines en bedoeld als aanvulling op de voeding.
ADH = aanbevolen dagelijkse hoeveelheid.
Werkzame stof uit de natuur = natuurlijke grondstoffen.
Homeopathische geneesmiddelen = plantaardige, dierlijke of minerale grondstoffen.
RVH = registratie van homeopathische geneesmiddelen.
St. Janskruid = natuurlijk middel tegen milde tot matige depressieve klachten met mogelijke
bijwerkingen zoals moeheid, duizeligheid, hoofdpijn. Mag niet gebruikt worden bij
bloedverdunners, epilepsie, hartklachten, bepaalde soorten ‘’de pil’’, maagzuurremmers.
2
,Hoofdstuk 2 Nederland
1865 = bestaan drogisterij.
BIG en NAN-normen = daar heeft de apotheek mee te maken.
BIG = beroepen in de individuele gezondheidszorg.
NAN = Nederlandse apotheek norm.
Drogmetica = woord gevormd uit drogisterij en cosmetica.
Taak assistent-drogist = voorlichting (zelfzorgvoorlichting of verantwoorde zorg).
Bijsluiter = hier staat alle belangrijke informatie op zoals (1) de aard of wat voor soort, (2)
het doel, (3) de gevolgen en (4) eventuele risico’s.
Indicatie = waar het geneesmiddel voor bedoeld is.
Contra-indicatie = wanneer een geneesmiddel niet gebruikt mag worden.
Dosering = de hoeveelheid die iemand van het geneesmiddel maximaal per keer of dag mag
gebruiken is afhankelijk van de werkzame stof, de sterkte maar ook de leeftijd.
Bijwerkingen en risico’s = onbedoelde werking die de werkzame stof met zich meebrengt.
Waarschuwingen = risico’s bij het gebruik van een geneesmiddel. Op elke buitenverpakking
staat ‘’buiten bereik van kinderen houden’’.
Houdbaarheid en bewaren = ‘’niet gebruiken na’’ of ‘’exp.’’ op de buitenverpakking.
THT = tenminste houdbaar tot.
CBG = college ter beoordeling van geneesmiddelen.
Bijsluiter = naam geneesmiddel, sterkte geneesmiddel, farmaceutische vorm
(toedieningsvorm) en gebruik van geneesmiddel.
Verschillende termen = zuigelingen, kinderen of volwassenen.
Chargenummer = productienummer of partijnummer. Geeft informatie weer wanneer het
product is gemaakt en eventueel door wie.
Toedieningsaard = wat voor soort geneesmiddel het is. Bijvoorbeeld tube crème, poeder,
buisjes of tabletjes.
Toedieningsvorm = de vorm waarin een geneesmiddel is gemaakt (farmaceutische vorm).
Tablet = een poeder wat machinaal wordt samengeperst tot een tablet.
Zitten meestal in een doordrukstrip (blister).
Soms zit er een breukstrip op een tablet om het gemakkelijk te breken.
Bijvoorbeeld: roter paracetamol.
Bruistablet = een tablet die je eerst moet oplossen in water voordat je deze kunt innemen.
Als de tablet in water wordt gedaan komen er bubbeltjes vrij: koolzuurgas.
Bruistabletten bevatten Natrium, dit zorgt samen met het zuur voor het bruisende
effect.
Natrium is een zout en dit mag niet gebruikt worden door mensen met een hoge
bloeddruk of bij een zoutarm/zoutloos dieet.
Bruistabletten worden vaak gebruikt door mensen die moeilijk een tablet kunnen
slikken.
Bijvoorbeeld: aspro bruis.
Smelttablet = een tablet die smelt op de tong waarbij een werkzame stof vrijkomt.
Worden gemaakt van granulaat en kunnen zonder water worden gebruikt.
Wordt vaak gebruik gemaakt van suiker om de smaak te verbeteren.
Bijvoorbeeld: imodium.
3
, Capsule = omhulsel gemaakt van gelatine met een werkzame stof erin.
Kan een poeder zijn maar ook een vloeibare oplossing.
Gelatinelaagje lost op in de maag waarna de werkzame stof vrijkomt en wordt
opgenomen.
Bijvoorbeeld: advil liquidcaps. In de vloeistof zit de werkzame stof ibuprofen al
opgelost.
Dragee = tablet met een of meerdere suikerlaagjes eromheen.
Door het gladde laagje kan het makkelijker worden ingenomen.
Het laagje beschermt ook de werkzame stof tegen lucht en vocht.
Er kunnen door het suikerlaagje, slecht smakende werkzame stoffen gecamoufleerd
worden.
Wees altijd alert op diabetici die een geneesmiddel in drageevorm willen gebruiken.
Bijvoorbeeld: nurofen.
Poeders = een fijn vermalen geneesmiddel.
Kan uitwendig worden gebruikt als strooipoeder zoals bij voetschimmel.
Kan opgelost worden in water zoals bij hoofdpijn.
Handig voor mensen die moeite hebben met het slikken van tabletten of capsules.
Poeder zit meestal handig verpakt in een zakje dat per dosering te gebruiken is.
Zo’n zakje wordt een sachet genoemd.
Bijvoorbeeld: DARO hoofdpijnpoeders of dermacure poeder tegen
zwemmerseczeem.
Granules = dit zijn kleine korreltjes.
De basis is een fijn poeder wat machinaal verwerkt wordt tot kleine korreltjes.
Soms zijn de korreltjes wat groter gemaakt (dan wordt het granulaat genoemd).
Meestal worden deze korreltjes onder of op de tong gelegd en worden ze langzaam
opgezogen.
Bijvoorbeeld: oscillococcinum.
Crème, zalf of gel = worden over het algemeen uitwendig gebruikt, maar soms ook inwendig
zoals een gel voor in de mond.
Zalf = bevat alleen vetstoffen (water in olie). Huid voelt vet aan.
Crème = olie in water mengsel. Huid voelt niet vettig aan.
Gel = bevat bijna geen vettige stoffen en is vaak op basis van water. Meer geschikt
voor een behaarde huid.
Bijvoorbeeld: tantum crème, zinkzalf en SRL-gelei.
Emulsie = een vloeibaar mengsel van twee of meer (vloei-)stoffen.
Voor gebruik moet een emulsie goed geschud worden om de (vloei-)stoffen te laten
mengen.
Dit is mogelijk door een emulgator.
Bijvoorbeeld: calendulan emulsie.
Zetpil = een pil die niet via de mond maar via de anus wordt ingenomen (anaal of rectaal).
De spitse kant van de zetpil is de bovenkant en deze wordt rechtop ingebracht.
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper irisvanduinen. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,99. Je zit daarna nergens aan vast.