essay voor het vak planning theory beoordeeld met een 7,5. Het topic voor het essay was nummer 7: robuustheid en flexibiliteit in planvorming. Gebruik dit voor je eigen essay wanneer je voor dit onderwerp kiest.
Kernwaarden in planvorming
over de inachtneming van robuustheid en flexibiliteit bij planontwikkeling
Auteur: Christian Janssen (3843319)
Universiteit Utrecht
Planning Theory (GEO2-3117)
november, 2014
,ABSTRACT
Bij de vorming van ruimtelijke plannen moeten er door de verschillende betrokken actoren
regelmatig concessies worden gedaan. Dit heeft als consequentie dat plannen uit de ruimtelijke
ontwikkeling vaak pas worden gevormd gedurende de looptijd: het komt zelden voor dat een
ruimtelijk plan precies wordt uitgewerkt zoals deze in eerste instantie op de tekentafel lag. De reden
hiervoor is een belangenkwestie. Actoren met inspraak en invloed van externe ontwikkelingen
hebben invloed op de uitwerking en planvorming. Deze belangen worden gevat in twee
kernwaarden, te weten: robuustheid en flexibiliteit. Het hanteren van robuustheid in de vorming van
een ruimtelijk plan zorgt ervoor dat het conceptplan wordt doorgevoerd in de eindversie, hetgeen
effect heeft op de looptijd van de planvorming. Het zorgt voor een snelle inpassing van het plan en
heeft weinig aanpassingsmogelijkheden om een snelle uitvoering te waarborgen. Flexibiliteit heeft
daarentegen veel aanpassingsmogelijkheden waardoor het bij een ruimtelijk plan optimale kwaliteit
nastreeft. Het wijkt daarbij af van de conceptuele plannen om tot die optimalisering te geraken. In de
praktijk van de ruimtelijke planontwikkeling is een combinatie van beiden vaak noodzakelijk. De
opdrachtgever heeft daarbij een doorslaggevende invloed op de uiteindelijke implementatie van het
plan alsmede op de prioriteit van de kernwaarden. De planner heeft als mediator de taak de
verschillende belangen af te wegen om de ultieme eindversie te genereren.
INLEIDING
Ruimtelijke planvorming is een belangrijk onderdeel in de ruimtelijke ordening. Het ontwikkelen van
deze ruimtelijke plannen gaat vaak niet zonder slag of stoot. Naast de druk van de
verantwoordelijkheid die de ruimtelijke planner met zich meedraagt, heeft hij niet zelden te maken
met externe invloeden op die planvorming. In de periode tussen de start van de ontwikkeling van het
plan en de implementatie ervan kunnen externe ontwikkelingen de planner dwingen tot
planwijzigingen. Een voorbeeld hiervan is wijziging van wet- en regelgeving met betrekking tot de
ruimtelijke ordening. Zo heeft een aanpassing van de woningwet in juli 2008 onmiskenbaar invloed
gehad op de milieuaspecten in de ruimtelijke planvorming (Netwerk Externe Veiligheid, 2014). Ten
tijde van zo’n externe ontwikkeling wordt van de ruimtelijke planner een zekere mate van flexibiliteit
in de planvorming gevraagd, om toch het gewenste doel te bewerkstelligen (van der Steen en van
Twist, 2011). Naast flexibiliteit is ook robuustheid een kernwaarde in de ruimtelijke planvorming.
Deze robuustheid zorgt ervoor dat er zo min mogelijk van de oorspronkelijke, conceptuele vorm
wordt afgeweken. De consequentie hiervan is dat een snelle uitvoering van het plan wordt mogelijk
gemaakt (Korteweg & Rienstra, 2010). Beide kernwaarden hebben betrekking op de ruimtelijke
planvorming, maar zijn desondanks contradictoir. Het gevolg hiervan is de vraag om concessies om te
komen tot een consensus. In dit paper wordt onderzoek gedaan naar deze consensus aan de hand
van een centrale vraagstelling:
In hoeverre worden de kernwaarden robuustheid en flexibiliteit in acht genomen bij de vorming van
ruimtelijke plannen en in hoeverre is een combinatie van beide mogelijk?
In dit paper zal eerst de invloed van externe ontwikkelingen op de ruimtelijke planvorming worden
weergegeven. Vervolgens worden beide kernwaarden geduid, waarna de mate van inachtneming
wordt beschreven. Aan de hand van concrete voorbeelden wordt gepoogd het belang van beide
kernwaarden te beschrijven.
Auteur: Christian Janssen (3843319)
, Externe invloeden op ruimtelijke planvorming
In de ruimtelijke ordening is op ieder schaalniveau het belang van een planontwikkeling aanwezig. In
de fase van planontwikkeling heeft de opdrachtnemer te maken met een doelstelling van de
opdrachtgever, waar naartoe gewerkt wordt bij het schrijven van de planvorming. In de praktijk
wordt echter in principe nooit exact het plan geïmplementeerd zoals het in eerste instantie door de
ruimtelijk planner was opgesteld. De reden hiervan is de invloed van externe ontwikkelingen die van
invloed zijn in de periode tussen de geschreven planvorming en de uitvoering ervan. Deze bestaan uit
effecten waarop de planoloog geen invloed uitoefent, maar desalniettemin grote veranderingen
teweeg brengen waarop de planvorming moet worden aangepast (Walker, 2000). Een voorbeeld van
hiervan is de ontbering van financiële middelen tijdens de uitvoering.
Er zijn twee manieren om met externe ontwikkelingen om te gaan in de ruimtelijke planvorming. De
eerste is om bij het opstellen van het plan een aantal stabiele besluiten op te nemen. Wanneer zich
dan een externe ontwikkeling voordoet die van invloed is op één of meerdere besluiten, wordt het
plan in overeenstemming met de opdrachtgever herzien en herschreven (flexibiliteit). De andere
methode is om direct bij de planvorming een variabele scenariovorming op te nemen, waardoor het
plan in het geval van externe invloeden wendbaar is (robuustheid). Beide manieren hebben
betrekking op de situatie van conflicterende visies op ruimtelijke ontwikkeling en zorgen ervoor dat
plannen veerkrachtig zijn. Conflicterende visies in ruimtelijke planning zijn bijvoorbeeld financiële
haalbaarheid versus de ruimtelijke kwaliteit (van Eck, 2012).
Kernwaarden: Robuustheid en flexibiliteit
Robuustheid is het vermogen om het oorspronkelijke plan zo
goed mogelijk intact te houden (Laumanns, 2011). Het gaat
erom het plan in de hoofdlijnen zo te vormen dat het zich
wapent tegen eventuele veranderingen van buitenaf. Het plan
wordt zo opgesteld dat veranderingen geen invloed hebben de
kern. Onzekerheden worden daarbij als het ware ingecalculeerd
(Korteweg & Rienstra, 2010). Flexibiliteit is daarentegen het
vermogen om zo goed mogelijk in te spelen op de
veranderingen wanneer deze zich ook daadwerkelijk voordoen.
Het plan wordt dan aangepast zodra de externe ontwikkeling
van invloed is. Walker (2000) omschrijft dit als adaptieve
beleidsvorming.
Flexibele planvorming is in tegenstelling tot robuuste
planvorming wel vatbaar voor aanpassing. Hierdoor vervreemdt
de uiteindelijke realisatie zich van de oorspronkelijke versie,
doch het gestelde doel in beide planningsvormen wordt
nagestreefd. Hierdoor is in beide gevallen dan ook sprake van
een veerkrachtige planontwikkeling (figuur 1,Husdal, 2010). Figuur 1: Robuustheid, flexibiliteit en
veerkracht (Husdal, 2010)
Auteur: Christian Janssen (3843319)
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper chrisbosuil. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.