op de balans zie je de bezittingen van het bedrijf en hoe die zijn gefinancierd.
op de resultatenrekening staan de opbrengsten en kosten van het bedrijf. Dit is het overzicht
van opbrengsten en kosten in een bepaalde periode.
Liquiditeitsbegroting: ontvangsten en uitgaven.
jaarrekening = balans en resultatenrekening in 1.
Vaste activa: meer dan een jaar vb: bedrijfspand, inventaris, computers en bedrijfsauto.
- materiele vaste activa, - financiële activa, -immateriële vaste activa.
vlottende activa (ook wel werkkapitaal): bezittingen die binnen jaar weer in geld worden
omgezet.
- voorraden, -debiteuren, -vooruitbetaalde kosten, -liquide middelen
Eigen vermogen: is door ondernemers of financiers in het bedrijf gestopt het is risicodragend
inbreng ondernemers of aandelenkapitaal, ingehouden winst/winstreserve, voorzieningen en
achtergestelde leningen.
Het eigen vermogen groeit als de onderneming winst maakt. Andersom idemdito.
Vreemd vermogen: vb: banklening, is door buitenstaanders aan het bedrijf ter beschikking
gesteld in ruil voor rente.
lang vreemd vermogen (5), middellang vreemd vermogen (1-5) en kort vreemd vermogen (1).
natuurlijke rechtsvormen: eenmanszaak, en v.o.f. Er is juridisch geen scheiding tussen
ondernemer privé en zijn of haar zaak. In dit geval is de ondernemer zelf aansprakelijk voor
eventuele schulden van het bedrijf. Zij moeten IB betalen inkomstenbelasting.
rechtspersonen: BV, hierbij is bedrijf alleen met zijn eigen bedrijfsvermogen aansprakelijk.
Zij moeten VpB betalen vennootschapsbelasting.
balanstotaal: is precies gelijk aan elkaar in principe beide kanten van de balans dus.
Vaste kosten: zoals kosten voor personeel, rente, telefoon, internet en verzekeringen. Deze
kosten veranderen niet dagelijks.
variabele kosten: deze hangen direct samen met de omzet. Zoals inkoopwaarde.
Liquide middelen: kasgeld, bank of girosaldi
Aanloopkosten: worden in het eerste jaar van een beginnen onderneming op de balans gezet en
verdwijnen daarna weer.
rekening-courant-krediet: tot een bepaald bedrag rood staan.
Crediteuren: zijn de bedrijven of personen aan wie een rekening betaald moet worden. De
crediteuren hebben iets op rekening aan het bedrijf geleverd wat nog niet is betaald. Zij vragen
geen rente tenzij er te laat betaald wordt.
afschrijvingen: zijn kosten maar geen uitgaven
, Cashflow: is winst + afschrijvingen. Het is het geldsaldo dat na een bepaalde periode is
vrijgekomen door de directe bedrijfsvoering.
kasstromen: zijn alle ontvangsten en uitgaven van een bedrijf
VAR (verklaring arbeidsrelatie) alleen geldig bij natuurlijke rechtspersonen.
KOR (kleine ondernemersregeling) vormt een apart kopje op de resultatenrekening
Een goede liquiditeit betekend dat een bedrijf steeds kan voldoen aan de betalingsverplichtingen
op de korte termijn.
Een positieve netto werkkapitaal betekend dat er op korte termijn niet alleen geld genoeg is om
aan de betalingsverplichtingen te voldoen, maar ook extra geld.
een negatief netto werkkapitaal is andersom: er moet op korte termijn meer betaald worden dan
dat er aan geldmiddelen beschikbaar is.
in de praktijk ligt een gezonde current ratio tussen de 1.5 en 2.5. Het moet in ieder geval groter
dan 1 zijn, omdat de voorraden ook onderdeel vormen van de vlottende activa. Debiteuren
leveren eerder geld op dan voorraden
een gezonde quick ratio ligt rondom de 1, dan zijn de schulden op korte tormijn ong. even groot
als de liquide middelen plus het debiteurensaldo.
Debiteuren: Bij verkoop op rekening ontstaan debiteuren. Hoe meer klanten hoe meer omzet
hoe meer debiteuren. Debiteuren betalen het bedrijf nog.
Crediteuren: die ontstaan doordat het bedrijf kosten maakt, kun je het best zo laat mogelijk pas
betalen zodat je in de tussentijd geld hebt voor het bedrijf.
incassobeleid: omvat alle actie die ondernomen moet worden om de rekeningen betaalt te
krijgen.
omloopsnelheid van de voorraad: Gemiddelden over de verhouding van jaaromzet en
gemiddelde voorraad.
de terugverdientijd: hoeveel tijd is er nodig om alle kosten van de investering incl. de
financieringskosten terug te verdienen door extra opbrengsten die eruit voortkomen.
(NCW) netto contante waarde: hier wordt als eerst voor de looptijd van de investering alle
netto kasstromen geschat die voortkomen uit de investering. Vervolgens worden al deze
kasstromen contact gemaakt en opgesteld. Contact maken betekend dat er rekening moet
worden gehouden met de tijdswaarde van geld. De contante waarde laat zien wat een bedrag dat
je in de toekomst gaat ontvangen nu waard is ofwel toekomstige eindwaarde.
Als de NCW positief is betekend dit dat de investering geld oplevert.
solvabiliteit: kan een bedrijf aan zijn of haar aflossingverplichtingen voldoen? Een daling van
het vreemd vermogen is een stijging van de solvabiliteit.
debt ratio en solvabiliteit : 2 formules hierover.
het eigen vermogen moet minimaal 30 % van het totaal zijn. En vreemd vermogen max. 70%.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Svenjadk. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.