Hierbij heb ik flashkaarten gemaakt van alle woorden die te vinden zijn in Hoofdstukken 2,7,8,9,14,15 en 16.
Voor het gebruiken heb ik op
Meeste kaartjes zijn letterlijk vertaald vanaf Google Translate. Hierdoor kunnen er fouten inzitten. Geef deze door als je ze vind, thanks!
Succes met ...
MAC1 - H2
Kosten worden veelal aangemerkt als de verbruikte
middelen om een bepaald doel te bereiken. De kosten
worden meestal berekend als de geldeenheden die
Kosten (Cost)
moeten worden betaald voor de aanschaf van goederen
of diensten.
MAC1 - H2
Een kostenobject is alles waarvoor een aparte
berekening van de kosten is gewenst. Een kostenobject
kan bijvoorbeeld een product, dienst, project of activiteit
Kostenobject (Cost object) zijn.
MAC1 - H2
Het verzamelen van kostengegevens op een
Kostenaccumulatie (Cost accumulation)
georganiseerde manier via een boekhoudsysteem
MAC1 - H2
Een algemene term voor het herleiden van directe
kosten tot een kostenobject en het toewijzen van
Kostentoewijzing (Cost assignment)
indirecte kosten aan een kostenobject.
MAC1 - H2
De gemaakte kosten (historische kosten), te
onderscheiden van gebudgetteerde of
Werkelijke kosten (Actual costs)
geprognosticeerde kosten.
, MAC1 - H2
Kosten die verband houden met het betreffende
Directe kosten van een kostenobject
kostenobject en daar op een economisch haalbare
(Direct costs of a cost object) (kosteneffectieve) manier naar herleidbaar zijn.
MAC1 - H2
Kosten die verband houden met het specifieke
kostenobject, maar er niet op een economisch
Indirecte kosten van een kostenobject
haalbare (kosteneffectieve) manier toe te herleiden
(Indirect costs of a cost object) zijn. Indirecte kosten worden via een
kostentoerekeningsmethode (cost-allocation) aan het
kostenobject toegerekend.
MAC1 - H2
Kosten traceren Het toekennen van directe kosten aan het gekozen
(Cost tracing) kostenobject.
MAC1 - H2
Kostentoewijzing Het toewijzen van indirecte kosten aan het gekozen
kostenobject.
(Cost allocation)
MAC1 - H2
De activiteiten die klanten ervaren als het toevoegen
van waarde aan de producten of diensten die zij
Activiteiten met toegevoegde waarde
kopen.
(Value-added activities)
, MAC1 - H2 Een kostendrijver is elke factor die de totale kosten
beïnvloedt. Bijvoorbeeld:
Kostendrijver
(Cost driver)
MAC1 - H2
Kosten die in totaal veranderen in verhouding tot
Variabele kosten
veranderingen in de kostendrijver.
(Variable cost)
MAC1 - H2
Kosten die in totaal niet veranderen ondanks
Vaste kosten veranderingen in de kostendrijver.
(Fixed cost)
MAC1 - H2
Relevante bereik Bereik van de kostendrijver waarbij een specifieke
relatie tussen kosten en drijver geldt.
(Relevant range)
MAC1 - H2
Berekend door een deel van de totale kosten (de teller)
Kosten per eenheid te delen door een aantal eenheden (de noemer). Ook
wel gemiddelde kosten genoemd (average cost).
(Unit cost)
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper marjoleindeboer. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,49. Je zit daarna nergens aan vast.