100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
1A2 De gezonde mens - complete samenvatting alle colleges €6,49
In winkelwagen

Samenvatting

1A2 De gezonde mens - complete samenvatting alle colleges

1 beoordeling
 49 keer bekeken  2 keer verkocht

Dit is de uitgebreide en complete samenvatting van de lesstof van het vak 1A2 De gezonde mens dat relevant is voor het tentamen van 1A2. Dit bestand bevat de duidelijke en uitgebreide samenvattingen van de colleges van week 7 tot en met 11.

Voorbeeld 4 van de 122  pagina's

  • 9 augustus 2021
  • 122
  • 2020/2021
  • Samenvatting
Alle documenten voor dit vak (13)

1  beoordeling

review-writer-avatar

Door: Fiscaaltje96 • 3 jaar geleden

Goede en uitgebreide samenvatting

avatar-seller
Geneeskundestrijder
HC.1 Inleiding: milieu interieur homeostase – week 7
Het hart is nodig om bloed rond te pompen en de longen zijn nodig om zuurstof te vervoeren.

1 Functies van het bloed
• Transportfunctie
o Gassen/voedingsstoffen/afvalstoffen/signaalstoffen
o Thermoregulatie
• Afweerfunctie (bloedstolling, immuniteit)

2 Milieu interieur
Het milieu interieur is de extracellulaire vloeistof (weefselvocht, interstitiële vloeistof); dat
wil zeggen de vloeistof waarin de cellen/organen zich bevinden. Het totale volume is
ongeveer 10-15 liter bij een volwassen mens. De samenstelling van het interieur milieu is
heel anders dan van de vloeistof in zweetklieren, darmstelsel, urine, die tot het milieu
exterieur worden gerekend.

Homeostase is het constant houden van het milieu interieur. Het constant houden gebeurt
via een regelsysteem. Er is een te meten grootheid (bijvoorbeeld de temperatuur) die
verstoord kan worden. Dit is vergelijkbaar met de temperatuur die in een huis wordt
gemeten. De sensor is de thermometer. De temperatuur moet worden vergeleken met een
setpoint, dus een ingestelde waarde. De vergelijking wordt gedaan door de thermostaat die
in dit geval de comparator wordt genoemd. Als er verschillen zijn wordt de CV-installatie
aangezet; de CV-installator is dus de effector.

De centrale sensor van ons lichaam bevindt zich in de hypothalamus. Dit meet de
kerntemperatuur.

3 Lichaamstemperatuur
De normale rectale temperatuur is ongeveer 36,8 graden. Het is lager in de vroege ochtend
en hoger in de namiddag. Er is sprake van een constante temperatuur als de
warmteproductie gelijk is aan warmteafgifte. Hyperthermie wil zeggen dat de
warmteproductie de warmteafgifte overtreft. Hypothermie wil zeggen dat de
kerntemperatuur lager is dan 35 graden (warmteafgifte overtreft warmteproductie). De
lichaamstemperatuur wordt geregeld door de hypothalamus. Dit hele proces werd
onderzocht door Dr. Charles Blagden.

In een sauna is de temperatuur al snel boven de 100 graden Celsius. De omstandigheden
moeten echter essentieel zijn. Essentieel wil zeggen dat de vochtigheidsgraad laag is.
Verdamping van warmte met behulp van zweet gaat moeilijker als de luchtvochtigheid groter
is. Wanneer iemand zich gedurende lange tijd in een sauna bevindt zal de persoon zweten
en zal er veel bloed naar de huid worden gestuurd. Het is belangrijk dat het hart genoeg
bloed rond kan pompen om een functionerend koelingsproces te kunnen verzorgen.

Warmteafgifte wordt gereguleerd door de volgende mechanismen:
• Straling (= radiatie): met voorwerpen op afstand
• Geleiding (= conductie): door contact met stilstaand medium
• Stroming (= convectie): door contact met bewegend medium, bijvoorbeeld door een
ventilator
• Verdamping (= evaporatie): onttrekking van verdampingswarmte, kan alleen als de
omgevingstemperatuur hoger is dan je lichaam.

Regulatie door het autonome zenuwstelsel
• Verhoogde huiddoorbloeding: hierdoor wordt iemand rood


1

, • Zweten

Hoe voorkomt een mug dat zij te warm wordt als zij bloed zuigt? verdamping/evaporatie

Acetylcholine is de neurotransmitter die verantwoordelijk is voor de orthosympathische
activatie van zweetklieren. Acetylcholine wordt bij de neuromusculaire overgang gebruikt,
maar ook centraal wordt acetylcholine gebruikt. Acetylcholine is een postganglionaire
neurotransmitter in zweetklieren. Normaal gesproken is de neurotransmitter van de
sympathicus noradrenaline, maar bij de zweetklieren is er een uitzondering! Zweetklieren
worden namelijk aangezet door acetylcholine.

4 Sympathische regulatie van de huid
• Activatie van cholinerge sympathische (postganglionaire) huidvezels leidt tot
zweten (en eventueel vasodilatatie. Hoe dat laatste tot stand komt is nog
onduidelijk.)
• Activatie van adrenerge sympathische vezels leidt in de huid tot vasoconstrictie,
dus er zal minder bloed naar de huid gaan.

Postganglionaire sympathische vezels gebruiken (nor)adrenaline als neurotransmitter met
uitzondering van de innervatie van de zweetklieren.

5 Temperatuurregulatie
In het lichaam hebben we een sensor; dit zijn neuronen die harder gaan vuren als de
kerntemperatuur hoger wordt. Ze meten dus de kerntemperatuur van het lichaam. Als dit
te laag wordt, kunnen ze er ook voor zorgen dat de warmteproductie te verhogen. Bruine
vetcellen worden geactiveerd, want ze worden gebruikt om energie te verbranden. Ook kan
het lichaam ervoor zorgen dat er minder warmte wordt afgegeven. Je zult dus niet gaan
zweten.

In de huid kan de temperatuur ook (perifeer) worden gemeten. De warmtesensoren kunnen
de temperatuur meten en het lichaam waarschuwen als het lichaam bijvoorbeeld te veel
afkoelt.

De centrale sensor bevindt zich in de hypothalamus. In de hypothalamus zitten de
temperatuurgevoelige neuronen die de hele dag door blijven vuren. De frequentie dat ze
vuren is afhankelijk van de temperatuur. De activiteit verandert dus onder invloed van de
temperatuur. Warmtegevoelige neuronen kunnen hun activiteit sterk aanpassen onder
invloed van de temperatuur.

6 Perifere thermosensoren
Er is een tonische respons als de temperatuur lange tijd hetzelfde blijft. De fasische respons
wordt gegenereerd als de temperatuur verandert. Bij verandering van de temperatuur wordt
een fasische respons gegenereerd. De perifere thermosensoren zijn dus vooral gericht op
veranderingen, maar ze hebben ook een tonische component die ook informatief is.

Ook zijn er ionkanalen die gevoelig zijn voor de kou (en menthol). Menthol werkt verkoelend
doordat het ionkanalen kan activeren en op die manier actiepotentialen kan genereren.
Ook zijn er ionkanalen die gevoelig zijn voor warmte. De cel wordt actief als de temperatuur
stijgt. De cel zal depolariseren en de Ca -concentratie neemt toe.
2+




In de zenuweindigingen bevinden zich kanalen die gevoelig zijn voor warmte of kou. De
kanalen zullen open staan als het warm is of als het koud is. Hierdoor ontstaat er een
actiepotentiaal die wordt voortgeleid naar de thalamus.




2

,7 Warmteproductie
Bij verhoogde spiertonus (via de gamma-lus, formatio reticularis in de hersenstam) kan de
temperatuur worden verhoogd. Dit kan ook door te rillen, klappertanden of willekeurige
bewegingen te maken. Verder kan dit ook met behulp van bruin vetweefsel via de
orthosympathicus.

Warmte wordt geproduceerd bij inspanning en deze warmte wordt door het lichaam gebruikt.
Bruin vetweefsel is te vinden in onder andere de nek, boven het schouderblad. Bruin
vetweefsel staat onder invloed van het orthosympathische zenuwstelsel. Ze hebben bèta-
adrenerge receptoren.

Wat gebeurt er bij activatie van de alfa-1-receptoren van glad spierweefsel in de vaatwand?
→ vasoconstrictie

Enkele effecten van sympathische activatie:
• Verlaagde bloedflow naar bijvoorbeeld spijsverteringsorganen (alfa-1-receptor)
• Relaxatie van gladde spieren in bronchiën (beta-2-receptor)
• Verhoogde geleidingssnelheid en contractiekracht van hartspier (beta-1-receptor).

In de apicale huid is er nog een extra mechanisme. Glomus bodies hebben arteriële en
veneuze anastomosen. Via glomus bodies ga je via arteriën direct naar de venen. Deze
kunnen worden dichtgezet door de orthosympathicus, waardoor het lichaam veel warmte
kan afgeven.

Wat gebeurt er met de adrenerge sympathische activiteit bij lokaal koelen? De sympathische
activiteit gaat omhoog.

Koorts gaat gepaard met een ontstekingsreactie. Er wordt prostaglandine E2 gevormd en
die remmen de warmtegevoelige neuronen, waardoor de setpoint hoger wordt gemaakt. Je
denkt dus dat de temperatuur te laag is, waardoor er een ontsteking ontstaat. Aspirine kan
de reactie verlagen.

8 Koorts
Pyrogene cytokines veranderen warmtegevoeligheid van centrale thermosensoren via
prostaglandine E. Setpoint wordt hoger gezet. Vasoconstrictie (bleekheid), stoppen
zweetsecretie, verhogen stofwisseling (onder andere rillen). Na aanpassing temperatuur,
verhoogde doorbloeding van de huid en versterkte zweetsecretie. Vorming van
prostaglandine E2 geremd door cyclo-oxygenase remmers zoals aspirine.

Een infectie leidt tot de productie van cytokines. Endotheelcellen maken prostaglandine E2
en die bereiken via een messenger de cellen in de hypothalamus. Het setpoint wordt hoger
gemaakt door de sensoren te remmen. Hierdoor heb je meer warmte nodig om hetzelfde
vuur gedrag te krijgen.

Iemand heeft 38 graden en rilt. Waarvan is sprake? → Koorts. Het setpoint is hierbij verhoogd.




3

, HC.2 Anatomie hart – week 7
1 Mediastinum
Het hart ligt in het mediastinum. Dit is een wetenschappelijke term voor de ruimte tussen
de twee longen in de thorax. Behalve het hart liggen in het mediastinum ook nog andere
structuren. Het mediastinum loopt van borstbeen naar wervelkolom. Het mediastinum kun
je onderverdelen in vier gebieden: bovenste mediastinum (met grote vaten), voorste
mediastinum (met veel vetweefsel en de thymus, middelste mediastinum (met het hart),
achterste mediastinum (achter het hart, ruimte wordt gevuld door de oesophagus en de
aorta).

in het voorste mediastinum ligt de thymus (zwezerik). Dit is een klier en speelt een
belangrijke rol bij de afweer. Vooral bij jonge dieren is de thymus vrij groot om de afweer
in orde te maken. Naarmate een dier of mens ouder wordt vervet dit en wordt de thymus
steeds kleiner.

In een röntgenfoto is het hart te zien, omdat dit een dikke spier is. De punt van het hart
wijst naar links. Het hart ligt niet los in de thorax, maar ligt in een hartzakje dat het pericard
wordt genoemd. Deze structuur maakt het mogelijk dat het hart kan kloppen en bewegen
ten opzichte van zijn omgeving. Anders zou er veel wrijving ontstaan. Het pericard is een
vrij ingewikkelde structuur. Het hartzakje is dubbelwandig. Er is dus een binnenlaag, een
holte en een buitenlaag. De binnenlaag loopt direct strak om het hart. De buitenlaag is ook
bekleed met stevig weefsel met collagene vezels. Dit wordt de fibreuze laag van het
pericardium genoemd. De fibreuze laag stopt bij de grote vaten. De sereuze laag stopt niet
en loopt strak langs het hart heen. Hierdoor ontstaat er een pericardruimte die gevuld is
met vocht, waardoor de binnenlaag goed kan bewegen ten opzichte van de buitenlaag.

Het pericard bestaat uit
1) Fibreus pericard
2) Sereus pericard
a. Pariëtaal blad (vergroeid met fibreus pericard)
b. Visceraal blad (tegen hart) = epicard

Aan de bovenkant van het hart bevinden zich de grote vaten. Tussen de venen die uit de
longen komen wordt er een ruimte gecreëerd binnen de pericardholte als een soort
omgekeerd vetzakje die de sinus obliquus wordt genoemd. Verder is er ook een ruimte die
de veneuze vaten van de arteriële vaten scheidt. Sinus transversus en sinus obliquus.

Ontwikkeling pericard sinussen
In eerste instantie is het een buis met een zakje eromheen. Tijdens de ontwikkeling gaat
het hart omvouwen. Het veneuze gedeelte buigt omhoog en dit betekent dat er tussen de
veneuze pool en arteriële pool een ruimte in het zakje ontstaat. Deze ruimte is de sinus
transversus en is in volwassen staat nog goed aanwezig.

De opvouwing zijn ook te zien bij de verschillende vertebraten. Het vissenhart is een vrij
simpel hart dat bestaat uit een enkele buis. Die heeft dus ook geen dubbele bloedsomloop.
Er is een ontvangstgedeelte dat zuurstofarm bloed uit het lichaam ontvangt en een gedeelte
die zuurstofarm bloed omzet in zuurstofrijk bloed. In de kieuwen wordt het bloed van
zuurstof voorzien.

Bij de amfibieën en reptielen gebeurt dit op een andere manier. Dit systeem maakt contact
met de atria. Er is dus al een soort dubbele bloedstroom. De ventrikel is nog enkelvoudig,
maar er zijn twee atria die de bloedsomloop scheiden. Pas bij het zoogdierenhart zijn de
twee bloedsomlopen echt van elkaar gescheiden. Er is een rechterkant van het hart die het


4

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Geneeskundestrijder. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 48072 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 15 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€6,49  2x  verkocht
  • (1)
In winkelwagen
Toegevoegd