In dit document staat alles wat je moet weten voor het tentamen van handschriftontwikkeling.
Het document is geordend per hoofdstuk. Aan het einde van het document zit een lijst met belangrijke begrippen.
Handschriftontwikkeling A
Marnix academie leerjaar 1
Hoofdstuk 1 – Schrijven en schrijfonderwijs
Handschriftvaardigheid is een basisvaardigheid.
Handschriftonderwijs wordt kennelijk noodzakelijk gevonden, want anders zou men het de kinderen in groep 3 niet
aanleren.
Maar… als enige van alle basisschoolvakken levert het vak handschriftontwikkeling een product met dalende
kwaliteit. Geen enkele onderwijsgevende kan en mag echter met dalende onderwijskwaliteit genoegen nemen.
3 belangrijke momenten waarop handschriftonderwijs kan ontsporen:
1. Te vroeg beginnen
2. Verkeerd aanleren
3. Niet goed genoeg onderhouden begeleiden van het handschrift
Kinderen moeten op de basisschool de basis van vaardigheden en kennis kunnen verwerven.
Elk kind kan goed leren schrijven, mits dit op een juiste wijze gebeurt en de bereikte vaardigheid op een juiste wijze
wordt onderhouden.
Het schrift is voor het kind ook een onmisbaar ‘schoolgereedschap’, een leermiddel.
Daarnaast is er uit vele onderzoeken gebleken dat je de leerstof dieper doet verwerken en beter doet onthouden
wanneer je het opschrijft. Zo gezien is het handschrift behalve een gereedschap eigenlijk ook een ‘leerkatalysator’.
1.1 “Schrijven”
Schrijven= een grafisch-instrumentele vormgevende vaardigheid, waarbij cultureel bepaalde tekens worden
gebruikt, bedoeld om schriftelijke communicatie mogelijk te maken.
Schrift wordt vaak gekoppeld aan taal. Een fout die ook tot uiting komt in de positie die het ‘schrift’ totnogtoe in de
kerndoelen heeft gekregen.
Hoofdstuk 2: Leerlijn schrijfonderwijs
In de kerndoelen en de kennisbasis staat waar het handschriftonderwijs aan moet voldoen en wat de kinderen
moeten kennen en kunnen.
De tussendoelen zijn gerelateerd aan de 3 hoofdfasen:
1. Fase van de ontwikkeling van de schrijfvoorwaarden (groep 1&2)
Het jonge kind ontwikkelt eerst inzicht in de letters die qua vormgeving passen bij het niveau van zijn
tekenontwikkeling. Deze letters, kapitalen, bestaan uit losse streken en zijn de enige lettervormen die
aansluiten bij de manier waarop een kind een huis tekent. Ze hebben ook geen trajecten. Het zijn echte
kleuterletters: je kunt ze op verschillende manieren construeren zonder dat de vorm eronder lijdt.
Daarna worden de schrijfvoorwaarden verder ontwikkeld. Instrumentele vaardigheid is hierbij een belangrijk
onderdeel. Het richt zich op vaardigheid(uitvoering) en waarneming, vanuit een goede greep en houding.
2. Fase van het driezone-niveau met trajecten; het verwerven van het verbonden schrift (groep 3&4)
In groep 3 leren de kinderen de kleine-letter-vormen (minuskels) en in groep 4 de hoofdletter- of
kapitaalvormen. De minuskels in groep 3 hebben stokken en staarten, 3 zones/lijnen. Voortgezette oefening
in vaardigheid, waarneming en zelfreflectie blijft van belang.
3. Fase van de ontwikkeling en onderhoud van het handschrift (groep 5-8)
Handschrift volwassene uitontwikkeld en stabiel, goed vormgegeven of niet.
Handschrift kinderen tot en met voortgezet onderwijs in ontwikkeling.
Om de verworvenheden van de eerste 2 fasen te nemen/borgen, is een cognitieve ontwikkeling (leren wat
de kenmerken van een goed handschrift zijn) hard nodig. Er moet kennis worden aangebracht over
verantwoorde lettervormgeving en hoe het kind daar invloed op kan uitoefenen. Groep 5-6 nemen
belangrijke plaats in: hier daalt de handschriftkwaliteit vaak dramatisch.
,Fasen in het schrijfonderwijs:
Voorbereidende fase schrijfvoorwaarden kleuters
Instructiefase letters met drie zones groep 3 en 4
Onderhoudsfase uitdaging groep 5 tot en met 8
Toetsenbordvaardigheid is in de kennisbasis opgenomen. Ook hierbij is goede houding en handmanipulatie, goede
vingerzetting belangrijk om ze aan te leren.
Groep 1:
Beginnend lettergebruik en het voorbereiden van het schrijven.
Schrijfvoorwaarden, nauwkeurige werkhouding en beginnende materiaalgreep/materiaalbeheersing worden
geoefend.
Open voor opnemen van nieuwe mogelijkheden en vaardigheden.
Inhoudelijke feedback is van belang.
Groep 2:
Letterverkenning van kapitalen(hoofdletters) en minuskels (=kleine letters).
Leerlingen moeten de transfer tussen beide lettersoorten kennen en oefenen. Geen blokletters meteen in
verbonden schrift (aan elkaar) pas in groep 3.
Letterconstructie kan pas verantwoord plaatsvinden als de ruimtelijke oriëntatie in het platte vlak voldoende is
ontwikkeld.
Dys-kinderen; dysgrafie, dyslexie) bijv. het eerst blokletters gebruiken en dan aan elkaar schrijven is verwarrend
voor deze kinderen.
Groep 3:
Verder ontwikkelen schrijfvoorwaarden, daarna leren schrijven van cijfers en minuskels (=instructiefase).
1e half jaar houding en greep.
2e halfjaar leren schrijven op methodische wijze van het woord verbonden lopende schrift, bestaan niet alleen
uit traject. Ze hebben ook een vorm en deze wordt voor een belangrijk deel gevormd door de toepassing van
rechte en gebogen lijndelen.
Groep 4:
Het leren schrijven (= voortgezette instructiefase) van hoofdletters in de oude ‘hoofdlettervorm’ of in de vorm van
KAPITALEN als hoofdletters.
Het leren verzorgen van de rompzone (= de ‘kleine letter’-hoogte) d.m.v. het juist positioneren van de boven- en
onderkant tegen de romp- en grondlijn.
Leren construeren en toepassen van hoofdletters.
Groep 5:
Het handschrift wordt eigen gemaakt door de vele toepassingen ervan.
Het is belangrijk dat automatisering zoveel mogelijk wordt tegengegaan door bewustmakingsoefeningen.
Leerling moet zicht krijgen op eigen handschriftontwikkeling.
Het leren zien van belangrijke vormkenmerken van letters die veel invloed hebben op de herkenbaarheid ervan.
Blijvende aandacht voor rompzone zijn:
- Letterlessen
- Criteriumlessen
- Gelijkmatige penpuntsnelheid
- Blindtypen
Groep 6:
De handschriftkwaliteit daalt plotseling. Verschillende oorzaken:
- Aantal schrijflessen vermindert van 2 naar 1 keer per week.
- Zonder overgang wordt de hulpliniëring verlaten (grondlijn + romplijn)
- Alleen nog maar standaard 8 mm liniatuur (taalschriften 7.7 mm)
Overstap moet dus goed begeleid worden. Begrippen als rompzone en neerhaal moeten duidelijker worden
toegepast. Aan de orde zijn het leren beoordelen van het eigen handschrift en het leren vaststellen van de eigen
ontwikkeling in het handschrift en hoe je die positief kunt beïnvloeden.
, Ongeveer 2e helft groep 6: onverbonden schrift
Leren blokschrift schrijven
Letterspatiëring
Groep 7:
Leerlingen moeten leren het eigen handschrift te beoordelen en de eigen ontwikkeling in het handschrift leren vast
te stellen en hoe ze die ontwikkeling positief kunnen beïnvloeden.
Naast het leren naast elkaar gebruiken van verbonden en onverbonden schrift is er algemeen aandacht voor
bijzondere lettervorming; sierschrift en kalligrafie.
Te oefenen onderdelen:
- Woord- en letterafstand verhoudingen binnen de letters
- Lay-out van de bladzijde
- Los en verbonden naast elkaar oefenen
- Oefenen in de belangrijkste handschriftcriteria.
Het blokschrift moet ook eigen gemaakt (= geconsolideerd) worden.
Groep 8:
Het leren van de plaats die het handschrift in de maatschappij inneemt en het opdoen van (letter)kennis om het
eigen handschrift zo goed mogelijk te kunnen beoordelen en onderhouden.
3 schriftsoorten, verbonden, onverbonden en sierschrift, worden op elkaar betrokken en functioneel gebruikt. En
aandacht voor versnelling met behoud van kwaliteit.
Hoofdstuk 3: Didactiek van het handschriftonderwijs
Schrijven = instrumentele vaardigheid er moet voortdurend begeleiding en bijsturing aanwezig zijn.
Procesaspecten van het beginnend schrijven:
Intentioneel niveau: kind heeft het plan om iets te schrijven.
Linguïstisch niveau: het kind formuleert de tekst.
Lexicaal niveau: het kind kiest het te schrijven woord.
Foneem-grafeem conversie niveau: de juiste letters worden voor de juiste klank gekozen.
Allograafselectie en motorprogrammeringsniveau: kiezen van de juiste lettervorming + het uit te voeren traject
vaststellen.
Parametrisch niveau: de prikkels worden naar de spieren verstuurd.
Initiatieniveau: de vingers komen in beweging.
Allograaf
= Een teken in een schriftsysteem
Bij allograafselectie gaat het om lettertype, constructie en verhoudingen (zie blz. 23).
Voor het leren schrijven is het ADI-model het meest geschikt:
Stappenplan:
1. Terugblik
2. Oriëntatie
3. Uitleg
4. Begeleidende inoefening
5. Zelfstandige verwerking
6. Evaluatie
7. Terug- en vooruitblik
Als er feedback wordt gegeven, moet er altijd aangegeven worden wat er beter kan. De feedback moet op
productniveau gegeven worden.
Goed voordoen is essentieel bij het hele handschriftonderwijs.
6 belangrijke instructiewijzen en -middelen bij het leren schrijven:
1. Een goede oefenbladzijde:
- Overdracht van kennis.
- Uitdagende opdrachten.
- Goede voorbeelden die voldoende grafische informatie geven over de verwachten kwaliteit.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper daniquevanderwerf. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,49. Je zit daarna nergens aan vast.