3. Bekken, heup en bovenbeen
Colleges:
HC.1 Anatomie van het bekken, de heup en het bovenbeen
HC.2 Stoornissen in de kraakbeenopbouw
HC.3 Artrose
HC.4 Farmacologie van anesthetica
HC.5 Perioperatieve anesthesiologische zorg
HC.6 Heupafwijkingen bij kinderen
HC.7 Coxartrose/osteonecrose en leven met een totale heupprothese
HC.8 Sportgeneeskunde, een nieuw specialisme: wat doet een sportarts? Vervalt definitief
LM.9 Een pijnlijke geschiedenis
HC.10 Metabole botziekten
HC.11 Heupfracturen
VO’s:
VO.1a & VO.1b - Anatomie en chirurgie bekken, heup en bovenbeen
VO.2 - Radiologie bekken, heup en bovenbeen
VO.3 - Het overbelaste gewricht
ZO’s:
ZO.1 - Bloedvaten en zenuwen onderste extremiteit
ZO.2 - Osteonecrose
ZO.3 - Histologie en (patho)fysiologie van het gewrichtskraakbeen
Judith Bus – samenvatting week 3 – blok 2C1
, 2
HC.1 Anatomie van het bekken, de heup en het bovenbeen
Er wordt wanneer er het over gewrichten gaat gesproken over slijtage. Een hele lange tijd dacht men
dat er geen herstel kon plaatsvinden van het kraakbeen, omdat er geen mitose plaatsvindt. Dit is
echter wél zo: er kan herstel plaatsvinden. Echter, bij ‘’slijtage’’ is er sprake van afbraak > opbouw.
Het gewricht in bijvoorbeeld de heup is goed te vervangen in functie. Echter, het herstellende
mechanisme (het biologische repair gedrag) is niet na te bootsen. Het vervangen van de heup lukt in
90% van de gevallen de eerste keer. Echter, de prothese verslijt ook. Na 15-20 jaar is er een nieuwe
prothese nodig. Helaas is het slagingspercentage bij een tweede operatie nog maar 50%. Dit komt
doordat er al schade is toegebracht aan het weefsel de eerste keer.
Anatomie ‘in vivo’
De inspectie is het belangrijkste onderdeel van LO. Men kijkt bijvoorbeeld naar de contouren van het
lichaam, die worden bepaald door de spieren. Bij het onderste deel van het lichaam kijkt de arts
bijvoorbeeld naar de linker en rechter bil (m. gluteus maximus). Hierbij wordt er gekeken naar
symmetrie tussen links en rechts.
Botstructuren
Het bekken (os coxae) bestaat uit drie onderdelen: os ilium, os pubis en os ischium. Deze drie
botstukken komen samen in het acetabulum (heupkom), waar de kop van de femur ligt in de
heupkom. Dit is een kogelgewricht.
De bekkengordel is een volledige gordel. Er zitten verschillende gewrichten in het bekkengordel.
- Articulatio sacroiliaca: synoviaal gewricht tussen het os coxae en os sacrum. Het gewricht
beweegt heel lichtjes, maar niet heel erg. Het gewricht is bewegelijker tijdens de
zwangerschap (en de geboorte).
- Symphysis pubica: dit is een gewricht aan de ventrale zijde van het bekken. Is is qua vorm
gelijk aan een tussenwervelschijf, alleen dan verticaal geplaatst.
De verschillende gewrichten in het bekkengordel staan in verbinding met elkaar: een beweging in het
ene gewricht leidt tot beweging in het andere gewricht.
De drie botonderdelen (os ilium, os pubis en os ischium) groeien aan elkaar vast in verloop van tijd.
Het kind voet zelf aan wanneer het kan gaan lopen; dus wanneer deze onderdelen goed aan elkaar
vast zitten. Wanneer een kind laat gaat lopen is dat dus niet zo ‘’omdat er iets mis is met het kind’’,
maar omdat het nog niet goed aanvoelt voor het kind om zijn/haar bekken zo te gaan belasten.
Judith Bus – samenvatting week 3 – blok 2C1
, 3
De heupkom
De heupkom is niet in zijn geheel omkleed met kraakbeen. Dit heeft te maken met de synoviale flow
in het gewricht. Het kuiltje in het bot op de locatie waar geen kraakbeen zit functioneert als
synovium reservoir (fovea capitis femoris). Het synoviale vocht wordt bij beweging uitgeperst; dit
gebeurt bij veel kraakbeen-kraakbeen contact om schade te voorkomen.
Het femur
De kop van de femur kan van vorm veranderen: afvlakken of scherper worden. in de kop zitten
botbalkjes, om compressie en trekkrachten te kunnen doorstaan. Botbalkjes vormen in allerlei
richtingen. Het femur heeft twee verschillende hoeken:
- Inclinatiehoek: de hoek die de hals met het femur maakt.
- Anteversiehoek: in het transversale vlak.
Judith Bus – samenvatting week 3 – blok 2C1
, 4
In deze hoeken bestaan variatie. Bij het plaatsen van een pen in de femur is het belangrijk dat deze in
een bepaalde hoek geplaatst wordt. Dit wordt tegenwoordig berekent door een computer.
Kapsel en ligamenten
Het sterkste gewricht in het lichaam is het ligamentum iliofemorale en kan maar liefst 3000 N
verdragen. Het ligament heeft de vorm van een spiraal en kan veel belasting weerstaan.
De ligamenten in het bekken is het ligamentum sacrospinale en het ligamentum sacrotuberale.
Spieren
De m. iliopsoas komt vanaf de wervels ‘en vanaf de binnenkant van de bekkenkam naar de femur
toe. Het moet over de bekken heen een hoek van 60 graden maken. In deze spier zit niet tot
nauwelijks collageen, waardoor de spier heel veel kracht kan leveren. Het loopt als het ware als een
katrol over het bekken heen, waardoor dit een groot moment oplevert.
Judith Bus – samenvatting week 3 – blok 2C1
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper judithbus. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.