DEPTH model
Casus 1
prikkelbare darmsyndroom; Kan pas gediagnosticeerd worden wanneer de
andere aandoeningen zijn uitgesloten. Hierbij kan het om diarree of juist
obstipatie gaan. Er zijn verschillende vormen. Mensen kunnen dus chronisch
diarree of juist opstoppingen hebben, maar ook het afwisselen van deze twee
vormen is kenmerkend voor PDS.
gastro-enteritis; Buikgriep in de volksmond, ontsteking van maag en/of
darmvlies. Het is een verzamelnaam voor verschillende ontstekingen aan de
tractus digestivus. Geneest meestal vanzelf en er is een versterkte auscultatie.
urineweginfectie; Ontstekingen van de binnenbekleding van de blaas en of
urineleiders. Dit wordt vaak veroorzaakt door de bacteriën die vanuit de darm
komen. Ook kan er opstopping plaatsvinden in de urinewegen, dit zorgt voor
koliekpijnen.
obstipatie; verstopping van de darm, moeilijke stoelgang, de ontlasting is vaak
minder en verloopt moeizaam.
diverticulitis; ontsteking van de darmuitstulping(en) in de dikke darm. Dit kan
gepaard gaan met complicaties zoals perforatie. Divertikels kunnen gaan
ontsteken als er ontlasting achterblijft in de uitstulping.
cholecystitis; ontsteking van de galblaas. Komt vaak doordat een galsteen de
afvoer van de galvloeistof naar de galwegen afsluit. Andere oorzaken kunnen een
infectie na een operatie, een zware verwonding, een tumor in de lever en/of
alvleesklier of verbranding zijn. De pijn bevindt zich rechts in de bovenbuik en er
is koliekpijn aanwezig.
cholelithiasis; galsteenziekte, de aanwezigheid van galstenen. Dit veroorzaakt
vaak cholecystitis.
cholangitis; ontsteking van de galwegen. Kan veroorzaakt worden door een
bacterie, een virus, galstenen, een tumor.
appendicitis; blindedarmontsteking. Dit ontstaat vaak spontaan. De ontsteking
kan soms zeer heftig verlopen en een buikvliesontsteking veroorzaken. Begint als
difuus boven de navel en daarna 1 plek rechtsonder.
pelvic inflammatory disease; infectie aan de vrouwelijke
voortplantingsorganen (eierstokken, eileiders en baarmoeder). Als deze niet
wordt behandeld kan het zich uitbreiden en jarenlang terugkomen. Oorzaken zijn
soa’s, virussen, bevalling, abortus.
hernia inguinalis; liesbreuk. Een b uikorgaan, meestal een stukje buikvlies of
een deel van de darmen, stulpt via het lieskanaal uit in de lies of de balzak.
Casus: Janneke, een meisje van 13 jaar, komt samen met haar moeder, een
voormalige verpleegkundige, bij jou (co-assistent bij de huisarts) op het
spreekuur. Janneke komt zelden, ze is eigenlijk altijd gezond. Nu zit ze in de
brugklas van het VWO. Janneke is de oudste in een gezin met drie kinderen. Er
zijn ook nog twee katten in huis, maar gisteren is haar lievelingskat plotseling
dood gegaan. Ze was er helemaal ontdaan van. Toen begon gisteravond ook nog
die buikpijn en dat misselijke gevoel. Moeder had haar een beker melk gegeven
en een warme kruik, en later ook nog een ibuprofentablet, maar het heeft
allemaal niet erg geholpen. ‘’ Jij moet maar even kijken naar haar kijken…want zo
gaat het toch ook niet...".
Vraag 1: Wat bedoelt moeder waarschijnlijk met: “zo gaat het toch ook
niet…?”
,De klachten waren er niet voordat de kat overleed. Als je zulke klachten hebt en
niks helpt dan moet er naar gekeken worden. Dat zegt niet dat er iets is.
De moeder maakt zich zorgen.
Antwoord: (Hf 2.6 en 5.2 Geneeskundig proces) Janneke kan zo toch niet verder
met die pijn en misselijkheid. De klachten waren er niet voordat de kat overleed.
Als je zulke klachten hebt en niks helpt dan moet er naar gekeken worden. Dat
zegt niet dat er iets is.
2.6: Hierin staat dat de hulpvraag altijd goed verhelderd moet worden. Dit zorgt
ervoor dat de patiënt zich gehoord voelt. Het lijkt soms wat onzinnig om hier tijd
aan te besteden, maar het kan heel veel doen voor het vertrouwen tussen arts en
patiënt. Daarnaast zorgt het ervoor dat de patiënt meer therapietrouw blijft en
ook andere adviezen opvolgt. Daarnaast moet de arts de patiënt ruimte geven
om zijn gehele verhaal te vertellen, hierdoor voelt de patiënt zich ook gehoord en
zal er meer bruikbare informatie op de tafel komen. Dit kan de arts ook doen
door af en toe een stilte te laten vallen, dit zorgt ervoor dat de patiënt ruimte
krijgt om alles te vertellen. Daarnaast is doorvragen ook een essentiële factor in
de juiste informatie te verschaffen van de patiënt. Dit hebben wij ook vaak gezien
bij CA, hierbij moet je goed doorvragen om tot de kern te komen.
5.2: Informatie verzamelen vanuit patiëntenperspectief, dit wordt gedaan om de
patiënt zich op zijn gemak te brengen. De arts kan hierop inspelen door
bijvoorbeeld de zorgen van de patiënt te noemen in de samenvatting. Maar om
ook daarbij te vertellen dat jij als arts daar niet aan denkt met onderbouwing.
Daarnaast kan men nog de thuisarts website geven om verder te lezen over zijn
ziekte.
Vraag 2: Aan welke oorzaken van de buikpijn van Janneke denk je als
leek:
De melk, kruik, ibuprofentablet helpen niet.
- appendicitis, iets verkeerds gegeten hebben, ontsteking in het MDK,
verstopping, afsluiting
Vraag 3: Je weet nog niet op welke plaats in de buik Janneke pijn heeft.
Verdeel de buik in 9 compartimenten en geef aan welke organen op
welke plaatsen pijn kunnen veroorzaken.
Rechterbovenbuik Maagregio Linkerbovenbuik
Lever, colon Lever, galblaas, maag, duodenum, Linkernier en
ascendens, rechternier colon transversum, pancreas, bijnier, milt, colon
en bijnier oesophagus
Rechter flank Navel Linker flank
Colon ascendens Jejunum, ileum, deel van colon Colon descendends,
transversum beetje dunne darm
Rechter Midden onderkwadrant Linker
onderkwadrant Appendix vermiformis, jejunum, onderkwadrant
Caecum ileum, canalis analis, rectum, Colon sigmoideum
blaas, ovaria, prostaat, uterus
Vraag 4: Noem voor elk van de in vraag 3 beschreven compartimenten
twee
aandoeningen die tot pijn in de buik kunnen leiden.
,Rechterbovenbuik Maagregio Linkerbovenbuik
- gastro-enteritis
- cholecystitis
- cholelithiasis
- cholangitis
Rechter flank Navel Linker flank
Rechter Midden onderkwadrant Linker
onderkwadrant - urineweginfectie onderkwadrant
- hernia inguinalis - appendicitis - hernia inguinalis
- appendicitis(?) - pelvic inflammatory disease
Over de gehele dikke darm mogelijk:
prikkelbare darmsyndroom; Kan pas
gediagnosticeerd worden wanneer de
andere aandoeningen zijn uitgesloten.
Hierbij kan het om diarree of juist
obstipatie gaan. Er zijn
verschillende vormen. Mensen kunnen dus
chronisch diarree of juist opstoppingen
hebben, maar ook het afwisselen van deze
twee vormen is kenmerkend voor PDS.
obstipatie; verstopping van de darm,
moeilijke stoelgang, de
ontlasting is vaak minder en verloopt
moeizaam.
diverticulitis; ontsteking van de
darmuitstulping(en)
in de dikke darm. Dit kan gepaard gaan
met complicaties zoals perforatie.
Divertikels kunnen gaan ontsteken als er
ontlasting achterblijft in de
uitstulping. De pijn zit vaak links onderin de
buik
Vraag 5: Aan ‘pijn’ kunnen verschillende dimensies worden
onderscheiden:
aard, ernst, lokalisatie en tijdsbeloop. Noem voor al deze facetten
enkele ‘soorten’ pijn. Maak onderscheid tussen anamnese en LO.
Anamnese
Aard van de pijn
- Koliekpijn (galsteen, niersteen, dunnedarmobstructie), komt in aanvallen, wordt
gekenmerkt door een pijnvrij interval en gaat meestal gepaard met braken en
bewegingsdrang. (Komt vooral voor bij gastro-entritis en obstructies)
- Continue pijn, is scherp, stekend, kenmerkend voor peritoneale prikkeling.
Hierbij is geen pijnvrije tussenpozen.
, Lokalisatie van de pijn
- Viscerale oorsprong: de lokalisatie kan slechts vaag aangegeven worden
- Pariëtale oorsprong: de lokalisatie kan veel scherper worden gelokaliseerd
Tijdsbeloop van de pijn
- Acuut of geleidelijk begin? Hoe is de pijn ontstaan.
- Duur en beloop? Hoelang is de pijn aanwezig en hoe verandert deze mogelijk?
- Intermitterende pijn? De aanwezigheid van pijnaanvallen.
Intensiteit van de pijn
Hevige pijn: acute buikpijn (geperforeerde ulcus)
Zeer hevige pijn: vaatlaesie
Lichamelijk onderzoek
Inspectie
- Hoestpijn en schudpijn, aangegeven in de buik, wijzen op peritoneale prikkeling
Percussie
- Percussiepijn bij peritoneale prikkeling, soms exact boven de plaats van
oorzaak.
Palpatie
- Drukpijn: palpatie is pijnlijk ter plaatse van de aandoening.
- Loslaatpijn: toont een peritoneale prikkeling aan. Contralaterale loslaatpijn is
een variant van loslaatpijn: men drukt op de buik aan de andere kant dan waar
de pijn wordt aangegeven en laat dan plotseling los; als de pijn aan de
oorspronkelijke zijde wordt beleefd, spreekt men van 'positieve contralaterale
loslaatpijn'.
Rectaal toucher
- Opdrukpijn treedt op bij het omhoog bewegen van een pijnlijk gebied in de
onderbuik.
Vaginaal toucher
- Slingerpijn treedt op wanneer de baarmoeder door de arts heen en weer wordt
bewogen.
Vraag 6: Welke vragen (ALTIS) stel je nu aan Janneke en/of haar moeder
en waarom? (dus welke (aanvullende) vragen stel je aan de hand van de
in vraag 5 genoemde pijnsoorten)
Aard:
- Kun je de pijn omschrijven? Drukkend/stekend etc. dit is van belang voor de
hevigheid van de eventuele ziekte.
- Waar zit de pijn? Zou je hem met 1 vinger kunnen aanwijzen? Dit kan wijzen op
een pijn die diffuus of juist lokaal is. Dit geeft aan of de pijn in de viscerale of
partiële sensibele zenuwen zit.
- Komen er de pijnsteken continu of komen ze in aanvallen? Hiermee kun je
achterhalen of de pijn continu if of juist koliek. Zo kun je verschillende
ziektebeelden uitsluiten. Bij een koliek pijn kan het bijvoorbeeld een appendicitis
zijn.
- Is er uitstraling naar andere delen van het lichaam? Hierbij kan je dan denken
aan: Rug; galstenen, ulcuslijden of pancreatitis, Lies: Nierstenen. Schouderpijn
kan wijzen op een prikkeling van het diafragma.