Jurisprudentie Goederenrecht
Week 1 – vereisten van een rechtsgeldige overdracht
Keereweer/Sogelease
- Art. 3:84 lid 3
- Sale and lease back ovk niet in strijd met fiduciaverbod
o Fiduciaverbod = ongeldige titels tot overdracht -> zekerheidsoverdracht
o Titel ‘zekerheidstelling’ en titel ‘niet tot werkelijke overdracht strekkende’
- Sale and lease back-ovk ->
o Een financiering zoekende eigenaar van een zaak verkoopt de zaak aan een
leasemaatschappij en draagt deze aan haar over d.m.v. een constitutum
possessorium (= vervreemder gaat voor de verkrijger houden – art. 3:115 sub a).
o Tegelijkertijd krijgt hij haar van de leasemaatschappij weer in gebruik ten titel van
‘lease’ (= vooral economisch begrip)
o Maakt geld liquide dat vastzit in al verworven zaken
de zaak is namelijk in eigendom van A, verkoopt deze aan B waarmee hij geld
ontvangt, maar blijft de zaak vervolgens wel gebruiken.
o Economisch 2 hoofdvormen -> wie draagt het economisch risico?
1. Operational lease back
Economisch risico drukt op lessor (leasemaatschappij)
Juridische vorm -> huur
2. Financial lease back
Economisch risico drukt op lessee (gebruiker)
Juridische vorm -> huurkoop
- Strijdigheid lijkt want ->
o het is bij sale and lease back immers helemaal niet de bedoeling dat de
leasemaatschappij ooit van zijn eigendomsrecht gebruik zal maken;
o de titel ‘koop’ (sale) lijkt slechts te worden gebruik om de leasemaatschappij in de
vorm van eigendom zekerheid te verschaffen voor de betaling van de volledige
leaseprijs;
o zaak blijft volledig ten dienste staan van de verkoper;
- art. 3:92 – aankoopfinanciering
o biedt de verkoper de mogelijkheid eigendom voor te behouden totdat de
tegenprestatie is voldaan -> is geschreven voor verkopers die op krediet leveren
verkoper koopt van leverancier een zaak om deze vervolgens onder
eigendomsvoorbehoud door te verkopen aan een financiering zoekende
verkoper.
o Biedt dus ruimte om te beredeneren dat gebruik van sale and lease back mogelijk is
binnen het kader van aankoopfinanciering MAAR -> dit is echter niet het geval voor
haar gebruik om geld liquide te maken dat vastzit in al verworven zaken;
- HR -> de aan te leggen maatstaf voor de beantwoording van de vraag of een overdracht tot
zekerheid strekt, ligt besloten in de nauwe samenhang tussen art. 3:84 lid 3 en het geboden
alternatief van het stille pandrecht in art. 3:237
o ‘deze maatstaf moet worden gezocht in het antwoord op de vraag of de
rechtshandeling ertoe strekt de wederpartij in dier voege een zekerheidsrecht op het
goed te verschaffen dat deze in zijn belangen als schuldeiser ten opzichte van andere
schuldeisers wordt beschermd. De kern van een zodanige bescherming ligt naar haar
aard in de bevoegdheid om zich met voorrang boven andere schuldeisers op het goed
te verhalen, wat de bevoegdheid tot toe-eigening uitsluit’;
, o Strekt de rh van partijen tot ‘werkelijke overdracht’ (in het geval van een zaak:
eigendomsoverdracht) en heeft zij derhalve de strekking het goed zonder beperking
op de verkrijger te doen overgaan – en deze aldus meer te verschaffen dan enkel een
recht op een goed dat hem in zijn belang als schuldeiser beschermt (zoals pand) – dan
staat art. 3:84 lid 3 daaraan niet in de weg.
- HR noemt aantal bedingen en omstandigheden niet in de weg hoeven te staan aan de
conclusie dat sprake is van een werkelijke overdracht bij sale and lease back:
o Beding krachtens welke de overdrager de zaak (weer) in gebruik krijgt onder
zodanige vw dat de verkrijger in geval van wanprestatie de overeenkomst slechts –
voor wat betreft het gebruik – hoeft te ontbinden teneinde weer vrij en volledige
over zijn zaak te kunnen beschikken
o De omstandigheid dat de overeenkomst is gesloten in verband met enigerlei vorm
van krediet;
o Het feit dat de overeenkomst betrekking heeft op zaken die degene die financiering
behoeft al langer in eigendom had;
o Het feit dat de krachtens de verkoop aan de leasemaatschappij ontvangen gelden
voor een ander doel dan voor de aanschaffinanciering worden aangewend;
o Een beding op grond waarvan onderhoud en risico voor rekening van de overdrager
blijven.
- LET OP -> beding dat toe-eigening door de verkrijger uitsluit, impliceert dat geen werkelijke
overdracht is beoogd.
-
- Als de kern van een overeenkomst (de titel, zie art. 3:84 lid 1 BW) is dat een goed wordt
overgedragen om de verkrijger in zijn belang als schuldeiser ten opzichte van andere
schuldeisers te beschermen, dan is die overeenkomst geen geldige titel van overdracht. In
casu omvat het recht van Sogelease meer dan enkel bescherming tegen andere schuldeisers.
De overeenkomst van sale-and-leaseback is daarom niet in strijd met het fiduciaverbod. De
wet verzet zich niet tegen de regeling waarbij een partij de volledige eigendom heeft en de
andere partij persoonlijke rechten en verplichtingen heeft tegenover de ander.
Week 2 – rechtsgevolgen van titelvereiste
Week 3 – bijzondere wijzen van overdracht
Leaseplan Nederland/IBM
- Levering bij voorbaat – lange hand
- Geanticipeerde traditio longa manu
- Traditio longa manu =
o de zaak bevindt zich onder een derde welke de zaak voor de vervreemder houdt. De
vervreemder is dus middellijk bezitter. Bezitsoverdracht brengt hier mee dat de
derde houder voor de verkrijger wordt
o naast de tweezijdige verklaring is het nodig dat de derde de bezitsoverdracht erkent,
dan wel dat een van de partijen de bezitsoverdracht aan hem heeft meegedeeld
- Casus
o Door IBM zijn onder eigendomsvoorbehoud computers geleverd die door de
verkrijger (CHCH) waren verhuurd en vervolgens longa manu aan een derde (LPN)
waren geleverd;
, - HR -> op deze wijze kon zonder feitelijke handeling het bezit aan LPN worden verschaft. De
geldigheid van de verkrijging door LPN was dus louter een vraag van haar bescherming tegen
de beschikkingsonbevoegdheid van CHCH.
Hollanders Kuikenboerderij
- Eenzijdige wilswijziging bij levering bij voorbaat -> niet mogelijk
- 3:97 lid 2 -> tussentijdse wilswijziging -> vervreemder kan niet terugkomen op een levering
bij voorbaat door het toekomstige goed opnieuw, maar nu aan een ander, bij voorbaat te
leveren;
o Strookt ook niet met art. 3:110 -> beginsel dat wanneer men met een ander in
rechtsverhouding staat die de strekking heeft dat hetgeen zal worden verkregen voor
die ander zal worden gehouden, men zich daaraan niet door een eenzijdige
wilswijziging kan onttrekken;
o Hollander’s Kuikenboerderij
Een vervreemder-bij-voorbaat kan zich niet eenzijdig aan een levering bij
voorbaat onttrekken. Deze leer stond onder het oude recht bekend als de
leer van de ‘zakelijke gebonden wil’. Een uitzondering voor het geval waarin
partijen anders zijn overeengekomen.
De regel dat een levering door bezitsverschaffing c.p. bij voorbaat van een
roerende zaak niet werkt tegenover iemand die het goed al eerder bij
voorbaat heeft geleverd, vinden we tegenwoordig in art. 3:97 lid 2 BW.
Degene die aldus heeft geleverd, kan zijn door de verklaring gebonden wil
niet meer veranderen door op het moment dat hij de zaken daadwerkelijk
in zijn vermogen krijgt, zich eenzijdig aan de verklaring te onttrekken en
toch voor een ander te gaan houden. Een contraire wil wordt genegeerd; de
houder kan zijn houderschap voor de een niet zelf omzetten in een
houderschap voor de ander (vgl. art. 3:110 en 3:111 BW). Als de
vervreemder dus op het moment dat de zaken in zijn vermogen komen,
nog beschikkingsbevoegd is, gaan het bezit en de eigendom van
rechtswege over op de persoon aan wie hij bij voorbaat het eerst had
geleverd.
WUH/Emmerig q.q.
- Zijn de huurvorderingen bestaande of toekomstige vorderingen?
- Zijn na faillissement verschenen en te verschijnen huurtermijnen uit een vóór het
faillissement gesloten huurovk op de dag van de faillietverklaring als toekomstig te
beschouwen?
- HR antwoordde deze vraag bevestigend;
o ‘Hun ontstaan is afhankelijk van toekomstige, vooralsnog onzekere,
omstandigheden waaronder in het bijzonder de daadwerkelijke verschaffing van
huurgenot, onderscheidenlijk het na de faillietverklaring nog resterende deel van het
huurgenot, waarvoor de betreffende termijn de tegenprestatie vormt’.
o Het ontstaan van de vordering is immers afhankelijk van het metterdaad verrichten
van de tegenprestatie.
- Casus
o Onex verhuurt woningen. De huurvorderingen op de huurders worden overgedragen
aan WUH (fiduciaire cessie). Onex gaat failliet. De curator van Onex meent dat alle
huurpenningen vanaf het faillissement in de boedel vallen, WUH vindt dat de
huurvorderingen al zijn ontstaan bij het sluiten van de huurovereenkomst en dus
haar toekomen (ook waren de huurpenningen t.t.v. het faillissement nog niet
opeisbaar).
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper brmv. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,49. Je zit daarna nergens aan vast.