BEHEREN
Samenvatting boek ‘Beheren’ uit de serie Jellema Hogere Bouwkunde
,
, Hoofdstuk 1 Gebouwen
Inventarisatie:
Een gebouw is ‘Elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke overdekte geheel of gedeeltelijk met
wanden omsluiten ruimte vormt’. Een woning is elk afzonderlijk deel van een gebouw, welke tot bewoning
bestemd is. Het Bouwbesluit maakt onderscheid tussen verschillende functies. In de tabellen van het CBS
worden gebouwbestemmingen onderscheiden (woningen, agrarische gebouwen, industrie en bouwnijverheid,
handel en horeca, vervoer en communicatie, zakelijke dienstverlening, openbaar bestuur, onderwijs,
gezondheids- en welzijnszorg en overige dienstverlening).
- Woningen: gezien de groei en de samenstelling van de bevolking in Nederland zal de woningvoorraad
zowel kwantitatief als kwalitatief blijven veranderen. In het kader van onderhoud is de samenstelling
van de woningvoorraad naar leeftijd van belang. Er worden ook woningen aan de voorraad onttrokken
door sloop, verbouwing en verandering van bestemming en transformatie;
- Agrarische gebouwen: levensduur van de gebouwen is vaak kort, maar ze staan vaak langer. Vaak
verandert de functie op lange termijn. Onderhoud vindt vaak alleen plaats als het moet of in
combinatie met een functionele verbouwing. Ook in de tuinbouw staan de kassen vaak langer.
Bepalende factoren zijn lichtdoorlatendheid en maatregelen om efficiënt energiegebruik. Doordat vrij
veel landbouwbedrijven stoppen, veranderen de activiteiten in het landelijk gebied. Er is meer nadruk
komen te liggen op particulier en agrarisch natuurbeheer, waardoor agrariërs extra inkomsten kunnen
verwerven. Er is ook meer interesse voor verbredingsactiviteiten (verkoop aan huis, stalling van
goederen of dieren, loonwerk voor derden, agrotoerisme en zorglandbouw);
- Bedrijfsgebouwen: er zijn veel verschillende bedrijfstakken. Als we deze onderverdelen in groepen
(nijverheid, handel, opslag, bank en verzekeringen, gezondheidszorg en onderwijsgebouwen) dan
blijkt dat er voor elke groep specifieke gebouweisen gelden. Gebouwen voor de nijverheid zijn
voornamelijk fabrieken, hallen, magazijnen, loodsen en kantoren. Voor handel, horeca en reparatie
zijn dat hallen, loodsen, retail, wegverkeer, cafés, hotels, restaurants en (auto)herstelwerkplaatsen.
Voor opslag, communicatie en transport zijn dat winkels, centrales, zendmasten, stations, seinhuisjes,
werkplaatsen en kantoren. Voor bank- en verzekeringswezen en zakelijke dienstverlening
kantoorgebouwen. Als het gaat om gezondheidszorg is er het een en ander aan het veranderen. Er
vinden hervormingen plaats en de gezondheid van de wereldbevolking verandert door wijzigingen in
leefgewoonten, toename van welvaart, klimaatveranderingen en vergrijzing. Al deze factoren hebben
invloed op de bouw van zorgvoorzieningen. Investeren in de zorg en in een gezonde bevolking heeft
ook belangrijke economische gevolgen. We onderscheiden eerste-, tweede- en derdelijnszorg. In de
zorg wordt gerekend in bedden. Mede door de ingewikkelde en uitgebreide wet- en regelgeving kost
het ontwikkelen en bouwen van een ziekenhuis acht tot tien jaar. Wanneer een ziekenhuis wordt
gebouwd of uitgebreid is een vergunning vereist op grond van de Wet toelating zorginstellingen
(WTZi). Soms is een vergunning niet nodig en kan worden volstaan met een melding aan het College
bouw zorgvoorzieningen. Een melding is voldoende als de uitbreiding of verbouwing niet valt onder
bestemmingswijzigingen of nieuwbouw als bedoeld in de Regeling begripsomschrijving WTZi en de
kosten niet hoger zijn dan het bedrag dat voor het ziekenhuis beschikbaar is op grond van de richtlijn
investeringen die vallen onder de meldingsprocedure. Bij een academisch ziekenhuis is een melding
voldoende als bouwkosten niet meer bedragen dan een wettelijk vastgesteld bedrag, de uitbreiding of
verbouwing niet leidt tot bestemmingswijziging in de zin van de WTZi, uitbreiding of verbouwing niet
leidt tot wijziging van de capaciteit in de zin van de WTZi en de uitbreiding of verbouwing is
opgenomen in het Lange Termijn Huisvestingsplan (LTHP). Dit is een belangrijke leidraad voor het
Ministerie van VWS en het College bouw zorgvoorzieningen. Het geeft een goed beeld van de juiste
investering in huisvesting over een periode van bv tien jaar. De zorg is verdeeld in twee
hoofdsectoren: care (verzorgings- en verpleeghuizen) en cure (gericht op genezing);
- Onderwijsgebouwen: de bekostiging van materiële instandhouding van scholen is gebaseerd op PvE’s.
Hiermee wordt getoetst of de bekostiging adequaat is. Wat onderhoud en beheer betreft zijn
onderwijsgebouwen zeer interessante gebouwen. De overheid heeft de financiële zorg voor het in
stand houden van deze gebouwen en is verantwoordelijk voor een goede toerusting van scholen,