Alles wat je nodig hebt voor het tentamen over het onderdeel 'experimenteel' van het vak KOM. Bevat hoorcolleges, samenvattingen, Grasple en oefenvragen met antwoorden.
Causale verbanden
- Om te begrijpen hoe (sociale) werkelijkheid in elkaar zit
- Bijvoorbeeld ‘effect van motivatie op leerprestaties’
- Beïnvloeden van die werkelijkheid
- Bijvoorbeeld effect van inquiry-based learning op studiemotivatie van
universitaire studenten
Van correlatie → causaal verband
- Uit correlationeel onderzoek blijkt bijvoorbeeld een relatie tussen Facebookgebruik en
depressieve klachten
Voorwaarden causaliteit
1. Covariance/ covariantie
- Er moet een relatie zijn tussen de oorzaak en het gevolg
- Kan niet worden vastgesteld als de onafhankelijke variabele niet varieert en ook
niet als de gemeten variabele niet varieert
- Bijvoorbeeld
- Is er samenhang tussen type aantekening en leerprestatie?
- Operationalisatie → de helft kreeg een laptop, de andere helft pen
en papier
- Type aantekeningen is de onafhankelijke variabele die wordt
gemanipuleerd
- Leerprestatie is de afhankelijke variabele die wordt gemeten = uitkomst
variabele
- Er is sprake van samenhang tussen type aantekening en leerprestatie
wanneer we verschil in leerprestatie zien tussen de twee groepen
2. Temporal precedence/ volgorde in tijd
- De oorzaak moet in de tijd voorafgaan aan het gevolg
- In een experiment kan de onderzoeker er voor zorgen dat oorzaak voorafgaat
aan het gevolg, bijvoorbeeld
- De helft kreeg een laptop, de andere helft pen en papier
- Door manipulatie uit te voeren voorafgaand aan de meting van de afhankelijke
variabele, bijvoorbeeld
- Een half uur na afloop van het college moesten alle studenten een aantal
feitelijke vragen en een aantal denkvragen beantwoorden
- Door het manipuleren van een variabele weet men zeker dat de
gemeten variabele daarna komt in een experiment → momentopname
- Vergelijkbaar met een vragenlijst bij een correlationeel onderzoek
- Een experiment is superieur aan een correlationeel onderzoek
, 3. Internal validity/ interne validiteit
- Alternatieve verklaringen voor de gevonden relatie moeten zijn uitgesloten
- Confounding/ confounds: mogelijke alternatieve verklaringen, oftewel
bedreigingen van interne validiteit
1. Design confounds
- was de gemanipuleerde variabele wel het enige verschil in de
behandeling van de twee groepen?
- Een tweede variabele die systematisch varieert naast de onafhankelijk
variabele en kan daardoor een alternatieve verklaring zijn
- Bijvoorbeeld als 1 groep moeilijkere vragen moet beantwoorden
- Er is alleen een probleem bij systematische variabiliteit →
systematisch anders bij de ene groep
- Onsystematische variabiliteit → random verschillen bij de
groepen; dit is geen probleem voor de confounds maar kan wel tot
andere problemen leiden
2. Selectie effect
- Waren de twee groepen wel vergelijkbaar bij aanvang van het
experiment?
- Wanneer de soort participanten per groep systematisch van elkaar
verschillen bij aanvang
- Komt ook voor wanneer participanten zelf mogen kiezen
- Is te voorkomen door random assignment → willekeurig, select,
participanten aan een groep toewijzen; dit desystemtiseerd de type
participanten die in een bepaalde groep komen
- Is ook te voorkomen door matched groups → een manier om
participanten random op een goede manier te verdelen door een match te
maken van 2 participanten die vergelijkbaar zijn en deze dan willekeurig
te verdelen over de groepen
Causaliteit
- Beste manier om te kunnen voldoen aan de voorwaarden is middels een
gerandomiseerd experiment, waarbij
- Door randomisatie de groepen hetzelfde worden verondersteld
- De onderzoeker 1 variabele manipuleert (varieert)
- De onderzoeker het effect daarvan op een andere variabele meet
Toewijzing aan groepen
- Natuurlijke indeling/ eigen keuze deelnemers
- Op basis van bepaalde persoonskenmerken
- Op basis van willekeur → randomisatie
Randomisatie
, - Om ervoor te zorgen dat gemiddelde scores en spreiding in scores op alle variabele,
zowel gemeten als ongemeten, bij aanvang vergelijkbaar zijn tussen de groepen
- Soms is het onmogelijk
- Niet praktisch → onderzoek naar
- Niet ethisch → onmogelijk om de helft van je steekproef zwanger te
maken / je kunt niet een deel van je steekproef verplichten om zoveel
per dag te roken / onderzoek naar kanker
- Soms wel mogelijk, maar gaat het fout → contaminatie
- Contaminatie is vervuiling van de randomisatie
- Hierdoor is interne validiteit laag
- Bijvoorbeeld
- Deelnemers in een experimentele groep vertellen deelnemers in een
controlegroep over deelname
- Deelnemers houden zich niet aan behandeling
- Beïnvloeding door de onderzoeker
- Deelnemers die zich niet aan de behandeling houden
- Beïnvloeding door de onderzoeker
P-waarde
- Lage p-waarde = onwaarschijnlijk dat het door toeval komt
- We nemen aan dat er sprake is van toeval, en dit is de kans dat je deze data observeert
- Je neemt aan dat er geen effect is en dit ga je onderzoeken
- p-waarde wordt berekend onder de aanname dat H0 waar is, dus dat er geen verschil of
relatie aanwezig is in de populatie
Onderzoeksvraag experimenteel onderzoek
- Kun je herkennen aan elementen PICO:
- Population/ populatie
- Intervation/ interventie
- Samen met C gemanipuleerde variabele
- De behandeling
- Comparison/ vergelijking
- Samen met I gemanipuleerde variabele
- Met welke groep wordt vergelijken? Bijvoorbeeld leermethode A met B of
nieuw pestprotocol met niks
- Outcome/ uitkomst
- Wat wordt er gemeten aan het einde van het onderzoek?
Voorbeeld PICO
- Onderzoeksvraag: heeft het tussentijds reviseren van aantekeningen (vergeleken met
het niet reviseren) effect op leerprestaties van studenten?
- P: studenten
- I: tussentijds reviseren van aantekeningen
- C: het niet reviseren van aantekeningen
, - O: leerprestaties
Gerandomiseerd experiment
- Onderzoeksontwerp → willekeurige toewijzing van deelnemers aan één van de
condities (experimentele groep en controlegroep)
- R staat voor randomiseren:
- De participanten werden willekeurig ingedeeld in de twee groepen
Onderzoeksontwerp
- Operationalisatie (nameting) valt hier ook onder
Hypothesen
- Conceptueel bijvoorbeeld ‘er is een effect van tussentijds reviseren van college-
aantekeningen op leerprestaties van studenten’
- Operationeel, bijvoorbeeld ‘studenten die hun college-aantekeningen tussentijds mogen
reviseren hebben gemiddeld een andere toets-score dan studenten die geen
tussentijdse revisie mochten doen’
- Statistisch: in symbolen
Data verzameling
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper julieheijnen. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,49. Je zit daarna nergens aan vast.