Hoofdstuk 1 – De start van een onderzoek
1.1 De onderzoeksopdracht
Een onderzoek ontstaat als er een probleem, vraag of vermoeden is. Als de
kosten opwegen tegen de mogelijke resultaten, laat de opdrachtgever een
onderzoek uitvoeren. De opdrachtgever geeft een onderzoeksopdracht
(initiatieffase).
In de onderzoeksopdracht die de opdracht gever formuleert, staan:
De aanleiding van het onderzoek
De doelstelling/het resultaat dat het onderzoek moet opleveren
De afbakening van het onderzoek
Een einddatum voor het onderzoek en eventueel een globale planning
Een budget
Eventueel de samenstelling van het onderzoeksteam
1.2 De briefing
In deze fase (definitiefase) werk je de onderzoeksopdracht gedetailleerd uit. De
(externe) opdrachtgever brieft de onderzoeker over het onderzoek: de
opdrachtgever geeft informatie over wat er in de initiatieffase allemaal naar
boven is gekomen.
Voor de briefing:
Bij de briefing van een onderzoek, zorg je als onderzoeker dat je al zoveel
mogelijk weet over de opdrachtgever en de organisatie waar hij vandaan
komt. Op die manier ben je goed voorbereid op het eerste contact met je
opdrachtgever en kun je goede en concrete vragen stellen.
Structureer de vragen die je gaat stellen goed en geef na elke vraag een
samenvatting, zodat de opdrachtgever aan kan geven of je het goed
begrepen hebt.
Doe je met een groep onderzoek? Bespreek dan van tevoren wie het
voortouw neemt en wie de informatie opschrijft.
Tijdens de briefing:
Het begint altijd met een inleiding, van jou of van de opdrachtgever
Stel zo veel mogelijk open vragen en vraag veel door.
Stel ook vragen waarvan je denkt dat ze niet direct met de opdracht te
maken hebben (bijv. over het bedrijf).
Tijdens de briefing is het ook een goed moment om jezelf te verkopen, dus
wees voorbereid.
Na de briefing:
Verslag maken van het gesprek.
Verslag besprek je met de opdrachtgever.
Als de opdrachtgever en onderzoeksgroep het eens zijn over het verslag,
begin je aan het plan van aanpak.
Hoofdstuk 2 – Het plan van aanpak
De volgende stap in de definitiefase: het eerste deel van het plan van aanpak.
Het plan van aanpak is de basis van alle activiteiten die je gaat uitvoeren.
,Het plan van aanpak kun je verdelen in drie delen:
Het inhoudelijke deel (wat ga je onderzoeken?)
De methode (hoe ga je dat onderzoeken?)
De beheersing (hoe ga je om met tijd, geld en communicatie naar
belanghebbenden?)
In het plan van aanpak werk je de volgende punten uit de onderzoeksopdracht
verder uit:
Aanleiding
Doelstelling
Probleemstelling
Definities
Beperkingen en randvoorwaarden
Methode van onderzoek
Tijd, geld en communicatie
2.1 Typen onderzoek
Voordat je aan de slag gaat met het plan van aanpak, moet je nadenken over
welk soort onderzoek je gaat doen.
Er zijn verschillende typen onderzoek en daarom ook verschillende typen
doelstellingen van onderzoek. Elk onderzoek heeft een doel, die kun je indelen in
vier soorten:
Beschrijvend
o Bij beschrijvend onderzoek geef je aan water iets is of hoe het in
elkaar zit.
Verklarend
o Bij verklarend onderzoek gaat het erom dat je onderzoekt waarom of
waardoor iets is zoals het is.
Evaluerend (of toetsend/beoordelend)
o Aan evaluerend onderzoek zit een beoordelingsaspect.
Adviserend
o Bij adviserend onderzoek geef je aan wat er moet gebeuren of hoe
iets moet gebeuren.
2.2 De onderdelen van het plan van aanpak
2.2.1 De aanleiding
In de aanleiding geef je antwoord op de vraag waarom je het onderzoek wilt
uitvoeren. Bovendien geef je in de aanleiding een beschrijving van het probleem
waaruit jouw onderzoek is voortgevloeid.
In de aanleiding maak je duidelijk wie de opdrachtgever is en je geeft een
duidelijke beschrijving van het probleem. Ook kun je aangeven welke eerdere
onderzoeken er zijn gedaan en eventueel wat deze hebben opgeleverd.
Eerst beschrijf je de opdrachtgever en zijn organisatie en daarna de aanleiding
van de vraag om dit onderzoek te doen. Als laatste beschrijf je het probleem
waar de opdrachtgever mee kampt.
2.2.2 Doelstelling
Achter elk onderzoek ligt een doelstelling. Bij elk onderzoek is de doelstelling het
achterhalen van de oorzaak, maar elk apart onderzoek heeft een eigen
doelstelling (dit noem je de hoofdvraag).
, De doelstelling geeft aan welk doel de opdrachtgever uiteindelijk met de
onderzoeksresultaten wil bereiken.
Een doelstelling formuleer je altijd SMART: specifiek, meetbaar, acceptabel,
realistisch en tijdgebonden.
Als je de doelstelling in een resultaat formuleert, moet je de kwaliteitscriteria
waaraan het resultaat moet voldoen helder omschrijven.
2.2.3 De probleemstelling
In de probleemstelling maak je duidelijk wat je precies gaat onderzoeken. Je doet
dit door de hoofdvraag te stellen en subvragen te formuleren.
Hoofdvraag: de vraag waar alles om draait in het onderzoek. Zorg dat de
hoofdvraag niet te vaag is en dat uit de hoofdvraag blijkt welk onderzoeksdoel je
hebt. Maak de hoofdvraag ook niet te breed.
Subvragen: met subvragen beantwoord je de hoofdvraag, de conclusies van alle
subvragen is het antwoord op de hoofdvraag. De subvraag moet eenduidig zijn.
2.2.4 Definities
Definities zorgen ervoor dat iedereen die het plan van aanpak leest / ermee te
maken heeft, hetzelfde verstaat onder de woorden en begrippen die gebruikt
worden. Je definieert de termen die je gebruikt in de doelstelling en/of
probleemstelling.
Bij een definitie staat altijd een bronvermelding.
Let bij het overnemen/formuleren van een definitie op het volgende:
De uitleg mag niet gecompliceerder zijn dan het woord dat je definieert of
onduidelijke woorden bevatten.
De definitie moet zo kort mogelijk zijn.
Een definitie mag nooit te ruim of te nauw zijn.
Een definitie mag geen cirkelredenering zijn.
Een definitie mag niet onnodig negatief geformuleerd zijn.
2.2.5 Beperkingen en randvoorwaarden
Bij beperkingen geef je aan welke onderdelen van het onderzoeksgebied je niet
gaat behandelen en waarom niet. Tijd en geld mogen nooit een argument zijn.
Bij randvoorwaarden geef je bijvoorbeeld aan hoe veel tijd je voor het onderzoek
hebt, welk budget er is en of er regels zijn waaraan je je moet houden.
Hoofdstuk 3 – De methode van onderzoek
In het tweede deel van het plan van aanpak beschrijf je de methode van
onderzoek.
Bij de (verantwoording van de) methode van onderzoek beschrijf je welke
methode je hebt gekozen en waarom je hiervoor hebt gekozen. De argumenten
voor je keuze ondersteun je door te verwijzen naar de (onderzoeks)literatuur.
3.1 Soorten onderzoek
Bij kwantitatief onderzoek verzamel je door waarnemingen gegevens, eventueel
d.m.v. een steekproef.
Bij kwalitatief onderzoek onderzoek je op basis van diepgaande gesprekken met
je doelgroep.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper laurabeekman. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.
