Leerkracht 1
Het ontwerpen van rijke leersituaties
Bijeenkomst 8 – instructie en begeleiden van leren
Doelen
Je kunt instructie en begeleiding geven zodat kinderen optimaal en zelfsturend kunnen leren.
Je kunt een bewuste keuze maken over de mate van leerkrachtsturing en zelfsturing van de
leerling bij het leren.
Je kunt een instructie geven aan kinderen door instructievaardigheden toe te passen:
pakkende inleiding, instructie in deelstappen, modeling, aanbieden van strategieën en het
stellen van vragen op verschillende niveaus.
Je kunt kinderen begeleiden bij het leren door het gebruik van verschillende leerstrategieën
te stimuleren, te begeleiden op verschillende niveaus en scaffolding toe te passen.
De rollen van de leraar
De leraar als ontwerper -> hoe ontwerp ik een goede en betekenisvolle instructie? Voor wie
wel en voor wie niet?
De leraar als model -> hoe doe ik hardop en visueel, in stappen voor hoe het moet?
De leraar als onderzoeker -> wat heeft dit kind nodig (van mij)?
De leraar als coach -> hoe zorg ik ervoor dat het kind stappen zet in het leerproces? Hoe geef
ik precies de juiste hoeveelheid sturing die het kind nodig heeft in deze situatie?
De leraar als expert -> hoe zit de leerlijn bij deze opgave? Wat hebben ze hierover al
geoefend? Hoe kan ik deze opgave makkelijker maken? Wat doe je met kinderen die alles
makkelijk vinden? Of moeilijk?
Kenmerken rijke leersituaties
Betekenisvolle contexten en authentieke taken passend bij de interesse.
Doelgerichtheid.
Zelfsturing/autonomie.
Variatie in leren met diverse materialen of bronnen.
Reflectie, feedback en beoordeling passen bij de taken, leerdoelen en vaardigheden.
Door het geven van aandacht voor instructie en het begeleiden van leren behalen we de grootste
effecten van leerprestaties van kinderen (Hattie, 2009)
De leerkracht
o Directe instructie (ADI -> complexe leerdoelen en bij iets nieuws)
o Stellen van uitdagende doelen (gevoel van competentie)
o Feedback op proces en inhoud
De leerling
o Nadenken over en bespreken van verwachtingen van leerlingen (reflectie).
o Metacognitieve strategieën (leren leren zoals inzet, zelfsturing en leerstrategieën).
Selfdetermination theory (Ryan and Deci, 2000 – Stevens, 2004)
Relatie: het gevoel dat je erbij hoort, ik mag er zijn.
Competentie: het vertrouwen dat je iets kunt en het anders kunt leren.
Autonomie: ruimte voor eigen keuzes, inspraak en invloed.
Zelfsturing: het leerproces centraal
, Zelfsturing: Het sturen van je eigen gedrag (strategieën) en gedachten in een leerproces.
Zelfsturing hoort bij leren leren.
Voor het gevoel van competentie is aandacht voor zelfsturing nodig. (als je iets leert zelf te
doen geeft dat zelfvertrouwen.)
Voor het kunnen omgaan met autonomie is zelfsturing nodig. (Als het je lukt jezelf aan te
sturen kun je alles leren wat je maar wilt.)
Van leerkrachtsturing naar zelfsturing (autonomie)
1. Leerkrachtsturing -> moeilijke stof, weinig voorkennis. Behaviourisme,
duidelijke uitleg en modeling is belangrijk.
↓
2. Gedeelde sturing -> Cultuurhistorisch perspectief
↓
3. Zelfsturing -> constructivisme
Begeleiden van leren
Organiseren
o Looprondes
Snelle loopronde zodat iedereen aan het werk kan.
Langzamere ronde waarbij je leerlingen langer kunt begeleiden.
Snelle ronde zodat iedereen zich gezien voelt.
o Pre-teaching (voor) en verlengde instructie (na)
In groepjes van max. 5 per keer
Aan de instructietafel of bij elkaar bij het bord
Wachten op instructie? Starten met een opgave die je wel kunt maken
Leerkrachtvaardigheden
o Begeleiden op verschillende niveaus
Context gebonden niveau -> betekenisvol, verbinden aan de realiteit
Model gebonden niveau -> getallenlijn, breuken, schema. Formele som is al
te zien.
Formeel niveau -> bij het zien van de som kan de leerling al rekenen
o Effectieve feedback kunnen geven
o Scaffolding -> checken vanaf waar het kind niet verder en opstapjes maken ter
begeleiding van het leren.
Diagnose
Diagnosecheck
Geven van gerichte hulp
Begripscheck: wat ga je dus opschrijven?
Instructievaardigheden
De aandacht krijgen
o Betekenisvol maken -> rekening houden met belevingswereld van de kinderen
o Kinderen betrekken
o Doel formuleren (bedoelingen)
Instructie op verschillende niveaus
o Context-gebonden niveau -> kinderen spelen iets na
o Modelondersteunend niveau -> werken vanuit een model
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper nienkevanooyen. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.