100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Systeem 2 - Bestuursrecht €13,49   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Systeem 2 - Bestuursrecht

 6 keer bekeken  0 keer verkocht

Samenvatting Systeem 2 - Bestuursrecht, rechtsgeleerdheid jaar 1

Voorbeeld 4 van de 45  pagina's

  • 27 september 2021
  • 45
  • 2021/2022
  • Samenvatting
Alle documenten voor dit vak (8)
avatar-seller
Hluiting
Systeem 2 – Bestuursrecht

Rechtsverhoudingen: recht genormeerd relaties tussen subjecten waarbinnen
bestuursrechtelijke bestuursrechtelijke rechtsgevolgen centraal staan.

Belanghebbende: persoon of entiteit wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken

Bestuursbevoegdheid: rechtsverhouding tussen een bestuursorgaan en belanghebbende
 Zo nauwkeurig mogelijk door wetgever omschreven
 Doelbewust  specialteitsbeginsel

Bestuursorgaan vormt materieel bestuursrecht: normstelling in concreto

3 bouwstenen bestuursrechtelijke rechtsverhouding:
 Bestuursorgaan
 Bestuursbevoegdheid  besluit
 Belanghebbende

Bestuursorgaan: door het publiekrecht geregelde functie belast met behartigen van publieke
belangen

Openbaar lichaam: bestuursorganen zijn verenigd in groter verband. (college B&W is
bestuur van openbaarlichaam gemeente)  heeft rechtspersoonlijkheid (bestuur niet)
volgens BW maar ook Awb (beide art.2:1)

r. i.k.p : Rechtspersoon ingesteld krachtens publiekrecht

Besluit: een schriftelijke beslissing van bestuursorgaan inhoudende een publieksrechtelijke
rechtshandeling  eenzijdige publieksrechtelijke rechtshandeling

 bestuur neemt ook feitelijke handelingen.

Bestuur is heeft geen rechtspersoonlijkheid:
 Maar openbaar lichaam wel
 Dus bij een koop overeenkomst (privaat) neemt het openbare lichaam deel aan de
overeenkomst in plaats van bestuur.
 Het bestuur neemt wel het besluit tot kopen computers

Ongeschreven publieke taak
 Geen norm of wetmatigheid
 Maar geen probleem als bestuur geen eenzijdige bindende besluiten neemt

Bestuursorganen
 Er zijn organen die niet beschikken over bestuursbevoegdheid en dus geen besluiten
nemen
 Regering, ministerraad, staatssecretarissen – rijk
 Provinciale staten, gedeputeerde staten, commissaris koning – provincie

,  Gemeenteraad, college B&W – gemeente

 openbaar lichaam (rechtspersoonlijkheid) komt verordende bevoegdheid toe
 Er is een algemene bestuurstaak (provincie)
 Of een functionele bestuurstaak (waterschap)
 Opleiding noemt het dus: een Rechtspersoon ingesteld krachtens publiekrecht

Openbare lichamen zoals gemeente hebben rechtspersoonlijkheid van AmB maar ook via
BW voor feitelijke handelingen.
 een gemeente is:
 Openbaar lichaam
 R.i.k.p
 Rechtspersoon BW

 Soms geven bijzondere wetten (dus niet de grondwet) rechtspersoonlijkheid zoals bij
UWV  sui generis (maar BW geeft altijd rechtspersoonlijkheid ook toe)

 vermogensrechtelijke gevolgen zijn voor rechtspersonen dus niet het bestuur.

Overeenkomst:
 Gemeente is partij
 College B&W besluit tot aankoop
 Burgemeester is vertegenwoordiger

Bestuursorganen (a- en b-organen):
A- organen: reguliere bestuursorganen, r.i.k.p (geen vereiste), het uitoefenen van een
publieke taak.
 Normering AwB is van toepassing
 Zoals ministers, kiesraad of open universiteit Nederland (ontleent
rechtspersoonlijkheid aan bijzondere wet)
 Bij A organen geldt altijd de Awb ook bij feitelijke handelingen art. 3.1 lid 2 Awb.

B- organen: orgaan zonder r.i.k.p , enig openbaar gezag, kunnen besluiten nemen en hebben
bevoegdheid.
 De Nederlandse Bank
 Naamloos vennootschap


Voorbeeld organen jurisprudentie die op grond van privaatrecht een buitenwettelijke
bevoegdheid had:
 Organen die geldelijke uitkeringen aan derden geven is een uitzondering, deze
hebben financiele en een inhoudelijke vereisten (geld en a- organen sturen aan). In de
casus was het orgaan wel buitenwettelijk

Uitzonderingen geen bestuursorganen krachtens AwB:
 Wetgevende macht: wel formele wetten maar geen beslissing bestuursorgaan
 Raad van state: alleen adviserende taak

,Zelfstandige bestuursorganen:
 Van centrale overheid
 Met openbaar gezag krachtens AmvB of ministeriële regeling
 Is niet hiërarchisch ondergeschikt
 Het zijn a-organen

2 hoofdgroepen:
1. Specifieke rechtspersonen krachtens publiekrecht (UWV)
2. Orgaan van de staat maar geen rechtspersoon r.i.k.p (kiesraad)

Zelfstandige bestuursorganen die b- orgaan zijn:
 Rechtspersoon ingesteld door privaatrecht
 Autoriteit Financiele Markten (stichting)

Gedeconcentreerde bestuursorganen (onderscheiden van zbo)
 Ambtenaar die bevoegd is door geattribueerde ministeriële bevoegdheid
 Er is ambtelijke hierarchie


Orgaan: zelfstandige taken die zij tot uitvoer moeten brengen
Publiekrechtelijk orgaan: 2:1 BW

UM: publiekrechtelijke rechtspersoon (alleen een orgaan wanneer zij bepaalde taken
hebben die tot uitvoer moeten worden gebracht, mss decaan)

Stichting: 1:3 BW, is privaatrechtelijke rechtspersonen, niet krachtens publiekrecht

A –orgaan: publiekrechtelijke bevoegdheid

Feitelijke handelingen (handelingen bestuur die we kunnen zien. Deze hoeven niet perse op
een wettelijke bepaling te steunen behalve als op burgervrijheden inbreuk wordt gemaakt 
fluoridering arrest.
 Ook is er een wetmatigheidseis voor bestuursrechtelijke sancties (eindigen
illegaaal feest (5:4 lid 1)

Provinciale staten: toezichtelijke functies (gedeputeerde staten) op gemeentes (vooral
begroting)

Zelfstandige bestuursorganen: zoals UWV, uitvoeren speciale taken. Is meer staatsrechtelijk.
Kunnen ook a-organen en b-organen zijn.

Drie perioden bestuursrecht:
 Voor 1795: vooral in de steden bestuursrecht  belastingrecht op het platteland
was er de waterstaat, er was een landsheer die via centrale plakkaten handelde

,  Na 1795: eenheidstaat, eerste rijksdiensten gericht op sociaal en economisch beleid.
Koning beteugeld door parlement
(Meerenberg arrest Hoge Raad, Nederlandse rechtstaat gevestigd. in hoeverre
AMvB’s op de (grond)wet moeten steunen moet altijd ander niet geldig, tenminste
wanneer er straffen volgen door deze AMvB’s)

 Na 1848: groei bestuur wetgeving, industriële revolutie en 2e wereldoorlog
veranderen nachtwakersstaat. verzorgingsstaat  bevorderen welvaart

Bevoegdheden bestuur:
 Algemeen verbindende voorschriften (formele zin): verordeningen, ministeriele
regelingen, gedelegeerde regelgeving. bestuurswetgeving
 Vergunningsbevoegdheid : eerst verbiedt de wetgever het en dan beslist of er een
vergunnen mag komen (strafbare karakter vervalt)  normstelling in concreto
 Handhaving
 Vrijstelling algemeen verbindende voorschriften (tijdelijk afval op rioolwater
dumpen)

 Legaliteitsbeginsel voor bestuur

 Burgers worden door bestuur beperkt maar worden ook begunstigd (subsidie)

Specialiteitsbeginsel: wetgever bakent de doelen van wetgeving af, bestuursbevoegdheden
worden dus op het doel gericht
Wet in materiele zin: inhoudelijk, algemeen verbindend voorschrift.

Wet in formele zin:
 Deelterrein: vreemdelingenwet, gemeentewet, provinciewet, participatiewet, fiscale
wetten, milieuregels, omgevingsegels.

Producten alleen regering: Algemeen verbinden voorschriften, AmVB (alleen materiele zin).
Amvb is meer gedetailleerde uitwerking.

Minister: ministeriële regeling

Waarborgdimensie: bestuursbevoegdheid in de zin van de normering
Instrumentele dimensie: bestuursbevoegdheid in de zin van instrumenten beschikbaar om
te besturen

Bestuursbevoegdheid (4:23 AwB):
 Gebaseerd op de wet
 Publiekrechtelijke bevoegdheid (algemene term voor organen die bevoegd zijn
rechtsgevolgen in stand te brengen  eenzijdig)
Bestuursrechtelijke rechtsbescherming:
 Eerst een bezwaar maken tegen een besluit bij bestuursorgaan
 Beroep instellen bestuursrechter
 Hoger beroep hogere bestuursrechter

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Hluiting. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €13,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 77254 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€13,49
  • (0)
  Kopen