PORTFOLIO BEDRIJFSKUNDE
Periode 1 en 2
7 januari, 2015
Naam:
Vak: Bedrijfskunde
Klas:
Studentnummer:
,Foto kaft: http://www.coin-info.nl/wp-content/uploads/2014/08/Hogeschool-van-Arnhem-en-Nijmegen.jpg
Bedrijfskunde Portofolio
Cases van periode 1 & 2.
7 januari, 2015, te Arnhem.
Klas:
Docent BDK:
Versie: 1
Modulecode: ABBASS1A.4
1
, Inhoudsopgave
Voorwoord Blz. 3
1. Beoordelingsformulier portfolio Blz. 4
Periode 1
2. Week 1: Casus DJ M vragen 1.1 t/m 1.7 Blz. 5-6
3. Week 2: Casus Het zonnekind vragen 2.1 t/m 2.5 Blz. 7-8-9
4. Week 3: Casus Quick Oil vragen 3.1 t/m 3.3 Blz. 10-11
5. Week 4: Casus Force One 4.1 tm/ 4.5 Blz. 12 t/m 15
6. Week 5: Casus Force One vervolg 5.1 t/m 5.6 Blz. 16-17
7. Week 6: Casus Bedrijf X Blz. 18 t/m 20
8. Week 7: Casus Schiphol Blz. 21-22
Periode 2
9. Week 9: Casus ARN B.V. Blz. 23 t/m 26
10. Week 10: Casus ARN B.V. Blz. 27 t/m 30
11. Week 10: Casus Tastoe Blz. 31-32
12. Week 11: Casus ARN B.V. Blz. 33 t/m 36
13. Week 12: Casus ARN B.V. Blz. 37 t/m 39
14. Week 13: Casus ARN B.V. Blz. 40 t/m 48
Bronvermelding Blz. 49
2
,Voorwoord
Beste lezer,
Dit portfolio zal gaan over de casussen voor het vak Bedrijfskunde. Gedurende de eerste en tweede periode
zijn er 13 casussen gemaakt. Zeven in periode 1 en zes in periode 2. De eerste zes casussen betreffen
standaard casussen. Deze zijn allemaal zelfstandig gemaakt op de Schiphol casus na. Deze is tot stand
gekomen in samenwerking met xxx. De casussen in periode twee gaan over het bedrijf ARN B.V. Tijdens de
excursie met het vak Bedrijfskunde zijn wij langs dit bedrijf geweest. 5 van de casussen in periode 2 zullen
over ARN B.V. gaan. Naast de casussen over ARN B.V. is er ook nog een casus over Tastoe. De eerste twee
casussen van periode 2 zijn in samenwerking gemaakt met xxx evenals de casus Tastoe. De laatste drie
casussen zijn in samenwerking gemaakt met xxx en xxx. Zowel in het zelfstandige deel als in het deel waarin
de samenwerking heeft plaatsgevonden, is er veel tijd in dit portfolio gestoken. De samenwerking verliep
voorspoedig en er is door ons allen veel zorg gedragen om dit portfolio naar een hoger niveau te tillen.
Ik wens u veel lees plezier,
3
,1. Beoordelingsformulier portfolio
Portfolio ABBASS1A.4 Naam student:
Naam docent: ID student:
Code docent: Versie: / 3 (omcirkel)
Onderdeel Vereisten V/O
Ephorus ingeleverd Voor de gestelde deadline
Voorblad Zie ‘Een goed rapport’
Titelpagina o.a. naam, studentnummer, modulecode,
titel, versie en datum, docent etc..
Beoordelingsformulier Dit beoordelingsformulier is voorin het
GO/NOGO portfolio opgenomen en de studenten heeft
zijn/haar naam en studentnummer
ingevuld.
Inhoudsopgave en pagina Portfolio is ingedeeld in 11 onderdelen (6
nummering opdrachten uit periode 1 en 5 opdrachten
uit periode 2)
Inhoud-1 Compleet: Alle portfolio-opdrachten en alle
vragen zijn opgenomen en uitgewerkt.
Inhoud-2 De vragen zelf zijn ook opgenomen en de
onderwerpen worden ingeleid.
Taal: Spelling/stijl/opbouw Bij meer dan 5 fouten op 1 pagina wordt
het werk terug gegeven, maar ook wanneer
het product er in zijn geheel te onverzorgd
uitziet.
Correcte bronvermelding in het APA normen
portfolio
Correcte literatuurlijst O.b.v. APA (onderscheid tussen literatuur,
websites, artikelen etc. is duidelijk)
Professioneel en overzichtelijk Is het product professioneel genoeg?
EINDOORDEEL GO NOGO
2. Week 1: Casus DJ M vragen 1.1 t/m 1.7
1.1 Is DJ M. And Amazing Armande een organisatie? Beargumenteer je antwoord:
4
,Ja DJ M. And Amazing Armande is een organisatie want, onder organisatie verstaan wij, een menselijke
samenwerking die doelgericht en blijvend is. De samenwerking tussen DJ M. And Amazing Armande omvat
alle kenmerken van het begrip organisatie, namelijk: de menselijke factor (het zijn beide mensen), een
samenwerkingsvorm (ze werken samen om hun doel te bereiken), doelgerichtheid (ze willen doorbreken in de
entertainment industrie) en continuïteit (ze willen succesvol blijven en er hun brood mee verdienen) (Thuis P. ,
2014).
1.2 Werk het functionele organisatiebegrip uit aan de hand van de case:
Functioneel organisatiebegrip is het letterlijk organiseren of afstemmen van activiteiten op elkaar (Thuis, 2014).
Om dit begrip uit te werken aan de hand van de case word het volgende voorbeeld gebruikt:
DJ M. And Amazing Armande organiseren samen hun activiteiten en stemmen deze op elkaar af. DJ M.
Verzorgt de muziek en Amazing Armande stemt haar dans op de muziek af. Ze stemmen hun activiteiten
(organisatie) op elkaar af. Maar omdat de shows groter worden is er een technische crew nodig. Deze moet
geregeld worden (organiseren) en zij zullen het opbouwen van de apparatuur verzorgen. De crew moet haar
activiteiten afstemmen op die van DJ M. And Amazing Armande. Zo moet de apparatuur op tijd klaarstaan en
moet dit compleet zijn.
1.3 Werk het institutionele organisatiebegrip uit aan de hand van de case:
Institutioneel organisatiebegrip is een organisatie als object met een naam en vestiging (Thuis, 2014). Hoewel
DJ M. And Amazing Armande een organisatie is, heeft dit geen bedrijfsnaam of vestiging. Het institutionele
organisatiebegrip is hier dus niet bij hun van toepassing.
1.4 Werk het instrumentele organisatiebegrip uit aan de hand van de case:
Bij instrumenteel organisatiebegrip wordt de organisatie gebruikt als middel om bepaalde doelstellingen te
verwezenlijken. Dit is van toepassing bij DJ M. And Amazing Armande, aanzien zij de samenwerking gebruiken
om hun doelstelling (het doorbreken in de entertainmentindustrie) te verwezenlijken. (Thuis, 2014). Dit begrip
is dus van toepassing bij DJ M. And Amazing Armande. Zij gebruiken hun samenwerking om hun doelstelling
(doorbreken in de entertainmentindustrie) te verwezenlijken.
1.5 Welke ondernemingsvorm adviseer jij Mike? Beargumenteer je antwoord:
De entertainmentindustrie is een harde wereld. De ene dag ben je succesvol en de andere dag ben je oud
nieuws. Dit houdt in dat er veel risico’s kleven aan het vak. Naast dat Mike hardt moet werken om in de
spotlight te blijven moet hij ook dure apparatuur aanschaffen. De carrière van Mike is dus afhankelijk van zijn
kunnen en financiële situatie. Maar ook van zijn gezondheid.
Mijn advies voor de organisatievorm van Mike is een BV. Mike hoeft zich dan niet in de schulden te steken om
een startkapitaal te verwerven, aangezien dit bij een BV maar 0,01 euro is. Het grote voordeel en de reden
voor dit advies is dat Mike privé beschermd is voor faillissement. Mocht er iets met Mike of zijn carrière
gebeuren, dan is hij altijd beschermd tegen schuldeisers. Mike is dus niet persoonlijk aansprakelijk voor de
bedrijfsrisco’s.
1.6 Welke ondernemingsvorm acht jij het minst geschikt voor Mike? Beargumenteer je antwoord:
Vanwege de risico’s die zijn uitgelegd bij 1.5 acht ik de eenmanszaak het minst geschikt. Er is geen garantie in
de entertainmentindustrie dat je het gaat maken. Als hij kiest voor een eenmanszaak bestaat er de kans dat
5
,het misgaat en dat Mike met schulden achterblijft. Mike heeft al het risico genomen om zijn studie op te zeggen
om zijn droom te kunnen verwezenlijken. Om te voorkomen dat Mike dus slechter eindigt dan dat hij begon
adviseer ik een BV en geen eenmanszaak.
1.7 Wat wordt er bedoelt met de uitspraak ‘niet iedere bouwer/technicus is even productief’?
Beargumenteer je antwoord:
Met de uitspraak dat ‘niet iedere bouwer/technicus even productief is’ wordt bedoeld dat er een verschil zit in
de hoeveelheid werk een bouwer/technicus kan verrichten in een bepaalde tijd. Voorbeeld: Bouwer 1 hangt 5
lampen op en sluit 2 dj tafels aan in twee uur. Bouwer 2 hangt 3 lampen op en sluit 1 dj tafel aan in twee uur.
Bouwer 1 verricht dus meer arbeid in dezelfde tijd dan bouwer 2. Niet elke bouwer/technicus is dus even
productief.
2 Week 2: Casus Het zonnekind vragen 2.1 t/m 2.5
Datum: 05-09-14
6
, 2.1 Welke elementen uit de theorie van Fayol herken je in de brief van Jolanda? Beargumenteer je
antwoord:
De algemene management theorieën van Fayol bevatten de volgende elementen: Vooruitzien en plannen,
organiseren, bevelen, coördineren en controleren (Thuis, 2014). In de brief worden de volgende elementen
geciteerd:
“Ik heb werkelijk geprobeerd om de dagelijkse werkzaamheden naar behoren te organiseren: ik heb taken en
werkzaamheden gecoördineerd en middels directe aansturing en controle geprobeerd de problemen in de
bedrijfsvoering de wereld uit te helpen”
1. Ik heb werkelijk geprobeerd om de dagelijkse werkzaamheden naar behoren te organiseren (element:
organiseren)
2. Ik heb taken en werkzaamheden gecoördineerd (element: coördineren)
3. Middels directe aansturing (element: bevelen)
4. En controle (element: controleren)
2.2 Welke elementen uit de theorie van Taylor herken je in de brief van Jolanda? Beargumenteer je
antwoord:
De algemene management theorieën van Taylor bevatten de volgende elementen (Thuis, 2014):
1. Ontwikkel de beste manier van het uitvoeren van een taak door de arbeider
2. Selecteer, train, onderwijs en ontwikkel iedere arbeider op wetenschappelijke wijze
3. Werk samen met de arbeider en lever een stimulans, waardoor de arbeider zijn taak, op de eerder
bepaalde, enige juiste manier, uitvoert
4. Verdeel het werk en de verantwoordelijkheid geleidelijk of gelijk over het management en de arbeiders
Verder was het doel van Taylor om effectief en efficiënt te werken. Taylor hield zich vooral bezig met het
productie management (Thuis, 2014).
In de brief worden de volgende elementen geciteerd:
“Een zorgcentrum is immers geen fabriek waar afdelingen tegen zo laag mogelijke kosten kunnen
samenwerken teneinde gezamenlijk tot een meerwaarde te komen”
Jolanda benoemt een element dat kenmerkend is voor het Taylorisme. Het Taylorisme werd vooral toegepast
in fabrieken waar mensen zo goedkoop mogelijk en efficiënt moesten samen werken om winst te maken
(Thuis, 2014).
“steeds minder tijd en geld kan steken in de werving en selectie van nieuw personeel” en “Een van de
resultaten hiervan is dat er inmiddels mensen werkzaam zijn in Het Zonnekind die niet over voldoende
capaciteiten en opleiding beschikken”
Jolanda benoemt de elementen: selecteer, train, onderwijs en ontwikkel iedere arbeider op wetenschappelijke
wijze, van het Taylorisme. Taylor selecteerde alleen de beste en juiste mensen voor hun taak en leidde ze op
om hun taak beter te kunnen uitvoeren (Thuis, 2014).
“Zelfs al hebben wij allemaal ons best gedaan om de werkzaamheden zo effectief en efficiënt mogelijk uit te
voeren”
7