Samenvatting
Boek Ontwikkeling & activiteiten
H2 Inleiding activiteiten
Activiteit een bezigheid die bestaat uit 1 of meer handelingen.
Spel een bepaalde type activiteit waarbij plezier en ontspanning centraal staat, incl. spelregels.
Sport een bepaald type activiteit, lichamelijk of geestelijk. Doel is de beste prestatie neerzetten.
Een activiteit heeft altijd een motief/reden & een gevoelswaarde (leuk/saai).
Algemene indeling van activiteiten:
- Vaste activiteiten: staat vast op het programma, bepalen het ritme van de dag en geven
structuur dagelijkse (opstaan, douchen) of doelgerichte activiteiten (streven naar een
bepaalde gedragsverandering, er is een planmatige opzet!)
- Vrije activiteiten: is niet verplicht om aan mee te doen, plezier en ontspanning staan voorop.
Gestructureerd vrij spel valt hieronder: fietsen of puzzelen, maar niet kleien.
Verschillende soorten activiteiten (bezigheid staat centraal):
- Ontspanningsactiviteiten vrij om te kiezen wat te doen. Doel: ontspannen, plezier maken,
samen zijn, andere ontmoeten, afleiding, verveling voorkomen of tegengaan.
- Creatieve activiteiten het maken van iets nieuws naar eigen inzicht. Kind moet
probleemoplossend denken en handelen. Veel vrijheid, experimenteren, proces staat
centraal. Doel: gebruiken van fantasie, verbeteren van eigen probleemoplossend vermogen,
ontdekken van mogelijkheden, zelfontplooiing, vergroten van zelfvertrouwen. Lijkt op
beeldende activiteiten, daar gaat het erom dat je gevoelens en ervaringen omzet in beelden
(tekening, schilderij, muziek, dans).
- Expressieve activiteiten zichzelf uiten door woord en gebaar bijv. toneel, dans en muziek.
Doel: bewustwording eigen lichaam, stimuleren van emotionele ontwikkeling/zintuigelijke
ontwikkeling/taalontwikkeling, ontwikkelen van gevoel van ritme en beweging/ruimtelijke
oriëntatie.
- Culturele activiteiten kennis maken met verschillende culturen d.m.v. museum of
voorstelling. Ervaren van positieve kanten en mogelijkheden van verschillen tussen mensen.
Cultuur het geheel van waarden, normen, opvattingen en gewoonten binnen een bepaalde
groep of samenleving. Doel: ontmoeting en recreatie, kennis maken met verschillende
culturen, bevorderen van welzijn en integratie, waardering & begrip voor andere culturen.
- Zelfzorgactiviteiten op het gebied van ADL (algemene dagelijkse levensverrichtingen) of
HDL (huishoudelijke dagelijkse levensverrichtingen). Zelf aankleden, de was, veter strikken,
opruimen. Doel: behouden/vergroten van eigen zelfredzaamheidsvaardigheden, versterken
van het gevoel van eigenwaarde, verminderen van gevoel van afhankelijkheid, leren zorgen
voor zichzelf en schone leefomgeving.
- Sport- en spelactiviteiten actief bezig zijn, gezamenlijk of alleen. Doel: ontwikkeling
motorische vaardigheden en conditie, sociale contacten onderhouden, leren samenwerken,
versterken van saamhorigheidsgevoel, verbeteren van incasseringsvermogen, trainen van
doorzettingsvermogen, plezier hebben.
- Educatieve activiteiten leren/ontwikkelen staat centraal. Doel: aanleren/vergroten van
kennis en vaardigheden, zelfontplooiing, verbeteren van maatschappelijke integratie.
- Arbeidsmatige activiteiten gaat om het maken van goederen en verlenen van diensten
zonder loon eraan te verdienen, bijv. werken in de tuin, jam maken. Doel: zinvolle
dagbesteding/bijdrage aan de maatschappij, zelfontplooiing, hebben van sociale contacten.
Niet voor de doelgroep, is informatief!
Activiteiten zijn belangrijk voor je welzijn de mate van welbevinden.
- De link: Je voelt je nuttig, verveelt je niet/de tijd gaat snel, bieden structuur, bieden
mogelijkheden tot sociaal contact/invloed uitoefen (wel of niet meedoen)/ontwikkeling.
, Activiteiten helpen kinderen te ontwikkeling, zichzelf te leren kennen, zelfstandig te zijn en
verantwoordelijkheid te nemen.
Ontwikkelingsgerichte activiteit een doelgerichte activiteit die gericht is op de brede ontwikkeling
van het kind. Dus op meerdere aspecten van de ontwikkeling. De PM-er staat centraal.
Brede ontwikkeling de ontwikkelingsgebieden: cognitief, lichamelijk, sociaal, emotioneel, creatief
en cultureel. Als een activiteit maar 1 aspect van de ontwikkeling stimuleert is het dus geen
ontwikkelingsgerichte activiteit.
Activiteiten programma: per dag, week of jaar.
Dagprogramma: vaste rituelen, veiligheid en structuur voor de kinderen.
Weekprogramma: voorkomen van een eenzijdig activiteitenaanbod/balans tussen in- en
ontspanning.
Jaarprogramma: vullen met thema’s, in grote lijnen plannen uitzetten. Bij thema voeding bijv. naar
de bakker en bij thema dieren bijv. naar de dierentuin.
H15.4 &15.5 Excursies en culturele activiteiten
Excursies stimuleren de brede ontwikkeling.
Culturele activiteiten = cultureel-educatief project museum/voorstelling (passief), workshop/zelf
voorstelling doen (actief).
Tips om culturele activiteiten een succes te laten worden:
- Zorg voor een combi van kijken en doen.
- Kies een voorstelling met spektakel.
- Combineer leren en plezier.
- Iets wat samen te beleven valt.
- Daag leerlingen uit om zelf iets/muziek te maken.
- Kies niet iets wat te vooruitstrevend of experimenteel is.
Assisteren bij een culturele activiteit: goede organisatie, voldoende begeleiding, veiligheid, bereid
jongeren voor, bespreek vooraf de regels.
Boek GPM
H5 Organisatie van activiteiten voor 0-4jr.
Jaarprogramma’s bestaan o.a. uit thema’s. De fasen van thema’s: oriëntatie, verkennen, uitdiepen en
afronding. Een bruikbaar thema sluit aan bij de ervaringswereld, is uitnodigend en stimulerend, biedt
voldoende uitdaging etc.
Dagprogramma’s vaste dagindeling, duidelijke overgangsmomenten (vaste routines) en
dagritmekaarten (afbeelding om structuur aan te brengen).
Vaste dagelijkse activiteiten op een kdv voor een veilig en vertrouwd gevoel:
- Brengmoment 7.00 – 9.00
- Eten en drinken 3x: 10.00/12.30/15.30
- Slapen
- Ophalen
Vaste dagelijkse activiteiten op de peuterspeelzaal:
- Inloop: 8.30-9.00u, duidelijk en kort afscheid
- Vrije spel: kinderen volgen en stimuleren
- Opruimen: stimuleren a.d.h.v. voorbeelden/ duidelijke uitleg.
- Eten en drinken: namen oefenen
- Buitenspelen: grove motoriek en sociale vaardigheden oefenen.
- Ophalen en afsluiten
Doelgerichte activiteiten: georganiseerde activiteiten door pm-er. Evenwichtig aanbod door alle
ontwikkelingsgebieden aan bod te laten komen, binnen- en buitenactiviteiten, rustige en drukke
activiteiten, voldoende variatie aan spel en materialen.