Methodologie
Lecture 1: what is science?
Divisions of scientific disciplines:
Bachelor of arts: Bachelor of sciences:
- History - Natural sciences: study of the material universe
- Literature - Social sciences: study people and societies
- Law - Formal sciences: study logic and mathematics. Bij formele wetenschappen
- Philosophy doen ze niet aan verzamelen van data, ze kijken alleen naar logische
gevolgtrekkingen. Dit is dus geen empirische wetenschap.
Empirische wetenschap Formele wetenschap
Houdt zich vooral bezig met observaties. Interesse ligt vooral in correctheid van argumenten.
Voorbeeld: iets klopt niet met de waarneming: je Voorbeeld: wat is correct en wat is niet correct? Houden
ziet dat mars niet dichter bij de zon ligt dan zich bezig met welke gevolgtrekking ze kunnen maken.
venus, dus kan je empirisch zeggen dat de
uitspraak: ‘mars ligt dichter bij de zon dan venus’,
niet waar is.
Empirische wetenschap:
- Natuurkunde
- Biologie
- Geneeskunde
- Psychologie
Vormen van kennisverwerking; knowledge based on:
Tenacity: uncorrectable believes Intuition: gutfeeling, Authority: respected source/autoriteit.
/volhardendheid revulation/intuïtie ‘Het heilige boek zegt het, dus zal het
‘We weten het zeker, omdat we ‘Dat is mijn onderbuik wel zo zijn’. ‘Deze grote goeroe zegt het,
het altijd zo hebben gedaan.’ gevoel’. dus dan is dat waar.’
- De wetenschap wil voorkomen dat er bewerking worden gedaan waar geen grond voor is.
- In de wetenschap zijn bovenstaande argumenten niet acceptabel. Toch komen ze voor:
wetenschappers zijn ook maar mensen;
o Tenacity
o Intuition
o Authority
- Deze argumenten kunnen niet dienen als bewijs.
Argumenten waar je wel beroep op kunt doen:
- Empirisme: systematische observatie
o De observaties (data) gaan uiteindelijk vertellen of iets wel of niet waar is.
- Rationalisme: formeel correct redeneren.
- Wetenschap is een manier van denken die gekarakteriseerd wordt door een voortdurend
overspel tussen rationele denkprocessen en empirische observaties.
- Deze manier van denken is pas vrij recent ontstaan.
- Hoelang moeten we terug totdat de manier van denken (wetenschappelijk denken) niet meer
modern is?
, A SHORT HISTORY OF SCIENCE
|-----------------------------------------------------------|---------------------------------//----X (now)
1600 1700
-Old-fashioned -modern
-Knowledge based on authority -Knowledge based on scientific method
-The bible; Aristotle -John Locke; Isaac Newton
- De manier waarop gedacht werd en de manier waarop - Werd al behoorlijk modern gedacht:
geargumenteerd werd was zeer ouderwets. - Ze wisten een heleboel niet, gebruikten andere
- De gedachten van mensen waren veel meer gericht op woorden, maar als je gaat kijken naar de manier waarop
autoriteit. ze conclusies trokken, is het vrij modern.
- De bijbel en de filosoof Aristoteles waren voornamelijk - Dat doen wij vandaag de dag in zekere zin hetzelfde.
deze autoriteiten.
Voorbeeld: een intellectueel uit EU geloofde rond 1600 dat: Voorbeeld: een intellectueel uit EU geloofde rond 1700 dat:
- Hekserij, weerwolven, eenhoorns bestonden. - De toekomst niet voorspelt kan worden.
- Ook dat een vermoord lichaam gaat bloeden in de - Dat de regenboog komt door refractie van licht en
aanwezigheid van zijn moordenaar. regendruppels.
- Dat de vorm, kleur en textuur van een plant een - Dat de zon in het midden van het zonnestelsel staat.
aanwijzing kan geven over hoe bepaalde medicijnen - Dat wetenschap de wereld ging verbeteren.
werken. - Dat de moderne ideeën superieur waren aan de oudere
- Dat de regenboog een teken van god was ideeën van 1600.
- Dat kometen onheil voorspelden. - De bijbel was nog wel een autoriteit: maar meer voor
morele zaken en niet voor kennis over de wereld.
Wat gebeurde er tussen 1600 en 1700?
Er was een wetenschappelijke revolutie die ons denken veranderde. Hoe is deze tot stand gekomen?
Wetenschap: Athene Na Plato Na Aristoteles
Plato: Aristoteles: Alexander de Grootte:
- Leerling van Socrates - Leerling van Plato - Veroverde een gigantisch rijk.
- Wees op een schilderij - Houdt zijn hand horizontaal op dit - Ging mensen aansporen om het
met zijn vinger naar de schilderij, omdat hij een meer neutralere Griekse gedachtengoed te
hemel. positie nam. verspreiden.
- Idealist: - Had veel interesse in zaken van de wereld: - Hellenisme: Griekse
“Waarnemingen in de “We moeten toch ook wel onze ideeën putten uit de gedachtengoed over een groot
buitenwereld kunnen ons ernstig buitenwereld. Dus observeren is niet verkeerd.” gebied verspreiden.
bedriegen, dat levert geen zekere - Eens met Plato, maar dacht dat het goed - Nieuwe zwaartepunt van de
kennis op. We moeten bij kennis zou zijn om de ideaalwereld van binnen te wetenschap verplaatste van
vertrouwen op ons denken. Op de combineren met observatie. Athene naar de Egyptische
binnenwereld. Want bij ons - Sterk rationalisme, maar liet enig plaats: Alexandrië.
creatie heeft God ideale vormen in empirisme toe - Nieuwe wetenschap veel bezig
ons gebracht waar we mee - Maakte onderscheidt tussen twee vormen met observatie met het blote
kunnen redeneren en daarmee we van redeneren: oog.
zekere kennis kunnen verwerven. 1. Deductie: - Astronomie en geografie.
Niet door naar de wereld te Het redeneren van nieuwe kennis door - Weinig aandacht voor
kijken.” oude waarheden te combineren. verklaringen.
- Voorbeeld: - Leidt zeker tot nieuwe kennis. - Tegenovergestelde van Athene.
Als je een cirkel voor je ziet, is het 2. Inductie: - Sterk empirisme, beperkt
perfect, je hebt een middelpunt Het proces waarbij je uit observaties rationalisme.
en je kan het in gedachten perfect dingen gaat generaliseren. - Vooral te danken aan
tekenen. Maar wie heeft er (zeker - “Ik zie een witte zwaan en nog een. Ik heb Ptolemaeus (astronoom).
in die tijd) in de buitenwereld ooit honderdduizend witte zwanen gezien. Ik - Hij was een grootheid, die vond
een ideale cirkel gezien? De ideale concludeer: zwanen zijn wit.” dat alle zaken wel moesten
wereld zit in ons. Dus kijk vooral passen binnen het stelsel.
,niet te veel naar wat er in de - NEE! Dit hoeft niet zo te zijn, dus de kennis - De cirkel was toen de ideale
wereld gebeurt. die wij krijgen door inductie is nooit vorm: alle planeten moesten in
- Door Plato kwamen helemaal zeker. cirkels bewegen rondom de
logica en geometrie aan - Een van de pijlers van de leer van aarde. Dit stond vast, er werden
het licht: de formele Aristoteles was: stel je hebt 2 objecten, die geen alternatieve verklaringen
wetenschappen. verschillende massa hebben. 1 is zwaar, de overwogen.
- Sterk rationalisme, geen ander is licht. Je laat ze los, welk object - Maar dit was niet juist.
empirisme valt eerst? Volgens Aristoteles valt het
zware object als eerst.
Islam beschaving in de EU in de middeleeuwen (500-1500) Ingrediënten voor
wetenschap wetenschappelijke revolutie
- Deze beschaving was - Gebeurde niet veel intellectuele ontwikkelingen. - Een her evaluatie van
heel open. - Waren op een andere manier met vragen bezig. Athene.
- De Arabieren hebben - Het christendom had de bijbel en in de bijbel - De observaties van
veel toegevoegd en stond alles. Alexandrië
uitgebreid aan de - In de late middeleeuwen kwam er verandering in. - De mathematiseren die de
wetenschap, de - De Arabieren hadden Aristoteles en Ptolemaeus Arabieren mogelijk
belangrijkste vertaald, wat niet toegankelijk was in de EU. Die maakten.
verandering is het werd toen wel toegankelijk gemaakt. - Deze drie elementen
getallenstelsel. Deze - Probleem: men was onder de indruk van werden essentieel, ze
was gebaseerd op een Aristoteles, maar dat schuurde af en toe met wat werden ondersteund door
verbluffende er in de bijbel stond. nieuwe ontwikkelingen:
uitvinding: het getal 0. - Waar houdt de geldigheid van de bijbel op en - Telescoop, uitvinding van
- Gevolg van 0: algebra. waar is Aristoteles geldig? de boekdrukkunst.
Voorlopers:
Copernicus Galileo Johannes Kepler Isaac Newton
- 17e eeuw - Groot geleerde en bijgedragen door - Belangrijke - publiceerde in 1687 een
- Had werk van experimenten. ontwikkeling. meesterwerk.
Aristoteles goed - Goede wiskundige en hoogleraar in - observeerde dat de - hij wist een verklaring voor de
bestudeerd. Pisa. omloop van planeten elliptische omloop.
- Dacht dat - Hij had twijfels van het werk van rond hun ster, rond de - Het grote belang van die principia
zonnestelsel Aristoteles. zon, geen perfecte was dat nu weer Athene terugkwam
eenvoudiger - Zag de oude stelling van twee cirkel was. in de moderne wereld.
omschreven kan objecten met verschillende massa, - het was een ellips. - Er werd gemathematiseerd,
worden als ervanuit maar geloofde niet dat de zware object - er werd veel scherper geëxperimenteerd en verklaring
gegaan werd dat: sneller neerkomt dan een licht object. dan voorheen gegeven over de ellips.
- De zon in het midden - Klom de toren van Pisa en had een geobserveerd. - de theorie van Newton overstijgt de
staat, de aarde om de zwaar en licht object mee. observatie: er zitten elementen in die
zon draait en de maan - Liet ze vallen en troffen beiden we niet kunnen waarnemen:
om de aarde. objecten even snel de aarde. zwaartekracht.
- Galileo heeft de leer van Aristoteles - er zijn ideeën achter de observaties
drastisch omver geholpen met 1 en die verklaren wat er gebeurt.
experiment.
- Begin van een nieuwe tijd: scherp
observeren, we gaan experimenteren.
De revolutie was hiermee compleet. We gingen scherper observeren, mathematiseren en we kwamen
tot verklaringen die ver achter de observaties (achter de data) lagen in termen van theorieën en dat
werd een nieuw model van werken.
, Dus wat is er veranderd?
Athene Alexandrië Nu – na wetenschappelijke revolutie
- Theoretisch en geen observaties - Er was meer aandacht voor - Er werden theorieën ontwikkelt
- Je moest nadenken over scherpe observaties, met en getoetst door observaties,
verklaringen, maar er was geen name het zonnestelsel. door de data die we
observatie dat bepaalde welke - Was niet heel theoretisch, verzamelden.
verklaring beter was voor een omdat alle observaties binnen - Zelfcorrigerend.
verschijnsel dan een ander, een vaststaand framewerk - Zwakke theorieën verdwijnen
omdat er niets getoetst werd. werden gezet. en sterke theorieën ontstaan.
- Probleem: welk theorie is het - Het geocentrische
beste? zonnestelsel, dit werd niet in
- Zorgde dat de Atheense tijd tot twijfel getrokken.
een einde kwam. - Probleem: wat leren we
eigenlijk van observaties?
Het raamwerk voor de moderne wetenschap is nu:
Theory predicts data, data tests theory en weer vanaf het begin.
Lecture 2: Doelen van de wetenschap:
- Het omschrijven van nieuwe verschijnselen
- Voorspellen
- Het bepalen van causale relaties (oorzaak – gevolg relaties)
- Het verklaren van verschijnselen op basis van een theorie.
- Het toepassen van kennis die verworven is.
Het verklaren van verschijnselen op basis van een theorie:
Filosofie
- De moeder van alle wetenschappen, hier begint het.
- Bij het afvragen en het verwonderen: hoe zit het nou? -> filosofie zoekt naar het antwoord.
- Mensen koppelen zich los van de filosofie door ineens met de natuur bezig te zijn, dan wordt je natuurkundige in
plaats van filosofie.
- Doelen: bestuderen van de grondslagen, implicaties van de wetenschap.
- Metavragen: vragen achter de specifieke disciplines.
Grondslagen van de wetenschap:
- Aannames zijn zaken die we zonder bewijs aannemen, een zaak die we aannemen is het bestaan van een ware
materiele werkelijkheid. Er zijn ook wetenschappers die zeggen dat de werkelijkheid niet zo echt is als dat wij denken
en dat hij een vormgeving is die wij maken.
- Als de wereld chaotisch was, konden we geen orderingskader aanbrengen. We geloven erin dat de verschijnselen die
we waarnemen op welk gebied dan ook, geordend is.
- Dat we de order, die er is, kunnen ontdekken, het orderingskader is nooit af.
We geloven dat we in een wereld leven die reëel is, maar deze wereld wel proberen te begrijpen. We
proberen een ontwerp (design) van deze wereld te maken.
Reality Inference: introduction Design
Observerable Not observable
- Data (facts, phenomena) - Constructs
- Results section of an article - Introduction/Discussion section of an article
o “we found…” o “we assume…”
o “we observed…” o “the data are consistent with the idea…”
o “there was an effect of…” o “we conclude…”