Forensische Psychologie
HC 1 03-08-2021
KFP is wetenschap die zich bezighoudt met afwijkend (antisociaal gedrag), persoonlijkheid, cognities,
preventie en interventie, diagnostiek en het heeft snijvlak met andere takken van de psychologie en
het recht (want redelijk nieuwe discipline).
De criminele carrière start vaak op jonge leeftijd. Hoe eerder de fout in, hoe hardnekkiger de
problemen (sluit de deur voor prosociale dingen). Er is vaak blijvende problematiek: moeite krijgen
van een baan. Maar wat kunnen we hieraan doen?
Een hele belangrijke vraag is niet alleen hoe kunnen we voorkomen, maar ook hoe kunnen we
voorspellen dat het gebeurt? Daar komt risicotaxatie bij kijken.
Leerdoelen deze master
Expert op het gebied van ggz van ontregelde volwassenen en jongeren:
- Wanneer gaat normale ontwikkeling mis
- Wat zijn risico- en beschermende factoren
- Hoe kan ik die factoren vaststellen bij mijn cliënt
- Wat zijn effectieve behandelingen
- Hoe voer ik die behandelingen uit
Scientist-practitioner kritisch nadenken over klinische praktijk; vraagstukken uit de praktijk
oppakken en analyseren.
Vijf dadergroepen
Jeugddelinquenten jeugdige moordenaars
Patiënten met psychopathie/psychopathische trekken antisociale kenmerken, gebrekkige
emotieregulatie/verwerking
Patiënten met een ontwikkelingsstoornis ADHD, ASS, IDD
Zedendelinquenten vrouwelijke zedendelinquenten
Plegers van huiselijk geweld partnergeweld en kindermishandeling, overlap in huiselijk geweld
Oorsprong FP
Hippocrates (460-377 B.C.), werd gevraagd om zijn oordeel bij rechtszaak (bij ontoerekening)
Middeleeuwen, onder curatele van familie (fam verantwoordelijk voor persoon) en machtiging voor
opsluiten, waardoor deze geen kwaad kon doen werd nog steeds rekening mee gehouden dat niet
iedereen verantwoordelijk is voor gedrag (curatele). De familie kreeg dan de straf.
15e-17e eeuw, 15e eeuw dolhuizen (eerste institutionalisering/opsluiting voor specifieke groep), 16 e
en 17e eeuw bezeten door de duivel: heksenjacht opgesloten in cellen in kerken (god zou hun dan
genezen), Johannes Wier (1515-1588) had wat meer een natuurwetenschappelijke benadering. Hij
keek meer naar of er iets was in de natuur/hersenen dat ervoor zorgt dat sommige mensen eerder
geneigd zijn tot geweld, krankzinnigheid etc. dan anderen.
Echte ommekeer in de Verlichting, 18e eeuw Franse Revolutie. Eerst was het zo dat elke rechter een
beetje vrij spel had. 1809 in NL Crimineel Wetboek, 1811: Code Pénal (wet voor iedereen gelijk en
iedereen was gelijk voor de wet, geïntroduceerd door Napoleon). 1886 invoering Wetboek van
Strafrecht. Meer aandacht voor psychische afwijkingen natuurwetenschappelijke benadering, ook
wel ‘moral treatment’ in Engeland (dus meer rekening houden). Ook kwamen er enkele wettelijke
regelingen voor opsluiting psychisch gestoorden.
Pinel: ‘manie sans délire’, een arts en hij werkte met veel krankzinnigen en mensen die een delict
hadden gepleegd. Het viel hem op dat er veel patiënten waren die niet krankzinnig waren (geen
beperkt intellect) maar meer een soort stemmingsstoornis (niet of te veel) manie zonder delirium
(zonder aantasting intellect). Hij zag normaal functionerende intellectuelen die toch een soort
mentale stoornis hadden. Daarmee is hij de grondlegger van de huidige forensische psychologie. Ze
zijn bij zinnen, maar toch niet helemaal door mentale stoornis gerelateerd aan emotie of
persoonlijkheid.
Tegelijkertijd zie je steeds meer gevallen waar delinquenten niet werden gestraft vanwege mentale
problematiek.
,1841: eerste krankzinnigenwet meer supervisie van mensen met een mentale stoornis die
delictgedrag pleegden en verbetering van de zorg, maar niet veel behandeling/resocialisatie. Later is
dit doorgegaan in TBS: zware vergrijpen niet (volledig) toerekeningsvatbaar met hoog recidiverisico.
Strafrecht jeugdigen in 19e/20e eeuw
Eerder geen onderscheid tussen kind en volwassene. Tijdens Code Pénal zonder oordeel des
onderscheids het bleef een beetje bestaan, maar onder de 16 jaar konden mensen het
onderscheid tussen goed en kwaad niet helemaal zien, dus verzachtende omstandigheden. In 1905
werden Kinderwetten ingevoerd.
In het rechtssysteem komt er dus niet iedereen is gelijk voor de wet en er is een tendens van straffen
en wreking naar verbetering. Strafrecht in het teken van de verschuiving naar moderne
strafrechtschool: belang dader, niet de daad:
- Gericht op herstel/verbetering
- Rechtvaardige straf
- Veiligheid samenleving
- Mildere straffen, maar garantie veiligheid burgers? nog steeds actuele discussie
Hoe rechtvaardiger maken? voorstel van Van Hamel:
- Lichtere vergrijpen: maatregel of straf ter afschrikking
- Zwaardere vergrijpen: behandeling en verpleging van lange duur
- Zeer zware gevallen: terbeschikkingstelling van de regering; behandeling van 10 jaar en
daarna verdere overweging
Dat werd niet ingesteld, maar in 1928 (10 jaar later) kwamen er psychopatenwetten – opname
strafrecht: tbs van de Regering en verpleging, maar bij relatief milde vergrijpen kregen mensen ook
tbs. door de Stopwet (1933) kon niet iedereen tbs krijgen, maar bij zwaarder delict
Ontwikkeling na de 2e WO
Commissie naoorlog strafrecht: genuanceerde opvatting wisten goed wat beperking van vrijheid
met je doet, dus ze waren tot een hervorming van het gevangeniswezen.
Utrechtse School: Baan, Pompe en Kempe, internationeel toonaangevend pleitten voor humanere
benadering betere zorg voor gevangenen en ook speciale zorg voor gedetineerden met een
psychische stoornis.
’60 toename duur tbs-maatregel
Ca. 1995: introductie Longstay-afdelingen voor mensen waarvoor het huidige behandeltraject
binnen de tbs niet passend is, wat is er dan wel passend?
Populatie ’60 tbs is andere populatie dan nu, vooral witteboordencriminaliteit, weinig voor geweld
en moord etc.
Vanaf jaren 90 zie je een ommekeer. Je ziet nauwelijks mensen die daar zitten voor een
vermogensdelict.
Basiswetgeving TBS
In 1971 ontstond een veranderde tijdsgeest met meer nadruk op zelfbeschikking en tolerantie van
andere leefstijlen. Dit zorgde voor andere invulling van behandeling en beveiliging, nu wet BOPZ.
Binnen enkele decennia ontstond een groep patiënten met ernstige psychiatrische ziektebeelden
waaraan geen intensieve zorg en begeleiding werd gegeven en die in sommige gevallen overlast
veroorzaakten. BOPZ ingrijpen niet (lang genoeg) mogelijk.
Achtergrond NLse forensische context: TBS
Straffen of behandelen?
Waar wordt iemand van verdacht, maakt hij een zieke/gestoorde indruk (PJ), wat staat voorop:
noodzaak behandelen of noodzaak bestraffen?
Welk onderzoek is vereist om een besluit te nemen over de passende maatregel die tevens voldoet
aan criteria van proportionaliteit, subsidiariteit (heeft iemand gehandeld omdat iemand geen andere
mogelijkheid had) en effectiviteit?
Wanneer TBS
,TBS wordt gedaan bij een delict waar min. 4 jaar een straf op staat (ernst is hier het belangrijkste
criterium) EN (gedeeltelijk) ontoerekeningsvatbaar als gevolg van psychische/ziekelijke stoornis of
gebrekkige ontwikkeling die indien niet behandeld tot herhaling van delict leidt.
Dus bij de instroom is de kans op recidive theoretisch gezien 100%. Deze moet met de tijd afnemen.
De behandeling moet tevens gericht zijn op het terugdringen van het recidiverisico tot
maatschappelijk aanvaardbare normen (baserate is nooit 0, ook niet in algemene populatie. Hoe ver
moet je het terugbrengen tot je zegt: dit is acceptabel). In NL heb je het combinatievonnis: eerst
mensen in de gevangenis, daarna behandeling.
Kern van de tbs-maatregel
TBS is een behandelmaatregel en geen strafmaatregel. In de wet ligt niet alleen vastgelegd dat
behandeling nodig is, maar wordt ook de opdracht tot resocialisatie gegeven. Beveiliging van de
samenleving is het directe doel.
Verhouding controle-zorg: waarop sturen?
- Op korte termijn door hoge beveiliging van gebouwen
- Op langere termijn door de stoornis of ziekte zodanig te behandelen dat gevaar voor
herhaling voldoende geweken is
Verlof is onderdeel van het tbs-stelsel omdat terugkeer in de samenleving uiteindelijk doel is.
TBS voornamelijk opgelegd aan mannen, ongeveer elk jaar in totaal 100 mensen.
Er gaat best vaak wat mis tijdens verlof (bij 11 gevallen sprake van onttrekkingen tijdens onbegeleid
verlof, kan ook te laat zijn)) maar als je kijkt hoeveel bewegingen er zijn (70000) valt dat mee. De
kans op en dat er iets misgaat en onttrekking is klein.
Verlof en ontslag
Typen verlof: begeleid, onbegeleid, transmuraal en proefverlof.
Voorbereiding verlofaanvraag en verlof evaluatie
Verlofmachtiging
Verlofverlening
Intrekken en opschorten van verlof
Terugvalpreventie
Proefverlof of voorwaardelijk ontslag
Reclasseringstoezicht
Beëindiging van de maatregel en dan?
Basiswetgeving en ontwikkelingen TBS
Commissie Visser Parlementair Onderzoek in 2006:
- Belangrijkste verbeteringen: langer volgen van tbs-gestelden na voorwaardelijke beëindiging
- Onderzoek naar risico’s en effecten van tbs-behandelingen (waarom sommigen wel, anderen
niet recidivist, hoe komt dat, hoelang duurt het voor recidive?)
- Betere aansluiting tussen justitiële en reguliere zorg
- Meer voorzieningen op maat
HC 2 10-09-2021
Ethische kwesties
Balanceren belangen van de patient/dader en die van de staat of maatschappij. Als iemand een delict
heeft gepleegd en er sprake is van een mentale stoornis, vind jij dat de persoon recht heeft op een
behandeling. De maatschappij zelf heeft een wat ander belangen: niet dat soort mensen op straat,
dus we moeten de maatschappij beschermen. Soms gaan deze twee hand in hand, soms staan ze in
conflict met elkaar. Wat is dan de ‘juiste’ koers om te varen?
Voorbeeld risicotaxatie patiënt doe het goed in behandeling. Mindere mate van beveiliging of
verlof? Dan wordt er een risicotaxatie gedaan en het rediciveniveau blijkt hoog. Wat doe je dan als
behandelaar? Richt je je op wat je ziet of op de gegevens van de risicotaxatie.
Onderscheid 2 vormen ethiek
Correctionele klinische forensische praktijk, voornamelijk deontologisch, waarbij de intentie goed is
patiënt helpen en als iemand terugvalt, kan je altijd zeggen dat de intentie goed was.
, Juridische/strafrecht praktijk, voornamelijk consequentialistisch (gebaseerd op de ‘bijdrage’
utilitaristisch), met het doel rechtspraak via objectiviteit en onpartijdigheid.
Gemeenschappelijk
Niet deelnemen aan activiteiten die kunnen leiden tot onmenselijke of onterende praktijken. Zaken
als mishandeling en vernedering valt buiten de twee ethische kaders.
Vier principes van gezondheidszorgethiek
Soms heb je te maken met situaties waarin iemand anders gevaar loopt door een cliënt die jij
spreekt, hoe ga je dan om met die non-maleficence om een groter kwaad te voorkomen (dus dan
beetje onaardig doen tegen cliënt).
Twee problemen met mentale gezondheidszorg
Autonomie niet elke patiënt heeft (volledige) zelfbeschikking. Mentale stoornis brengt de
autonomie in het geding. Voor een patiënts eigen bestwil is het soms nodig om de handelen op een
manier die nadelig of kwalijk is voor een patiënt (detentie, verplichte medicatie, TBS-oplegging).
Probleem van de Forensische psychologie/psychiatrie: in strijd met rechten van de mensen
ontnemen we mensen hun vrijheid.
Ethische thema’s FP (5)
- Context en professionele identiteit
Eerlijk en transparant proces? Het is belangrijk dat je alles goed noteert en bijhoudt. Daardoor is het
open. Begrijpen patiënten dat wanneer ze de forensisch psycholoog spreken, deze niet alleen altijd
hun belangen behartigt.
Invloed van de context, zoals media, die beslissingen en risicotaxatie in het geding brengen (denk aan
casus Peter R. De Vries, Anne Faber).
- Welbevinden van degene onder evaluatie en toestemming tot assessment
Is de rol van assessment duidelijk voor degene die geëvalueerd wordt?
Uitkomsten van het assessment niet altijd in overeenstemming met dader/patiënts ideeën. Ook als
het gunstig uitpakt volgens de assessor, kunnen daders het zien als ongunstig voor hen of onredelijk.
Ook als het indruist tegen de belangen van de dader/patiënt, het verkrijgen van toestemming dient
respectvol te worden gedaan, ook als dit leidt tot een weigering (je moet het dus altijd vertellen).
- Eerlijkheid en integriteit van de risicotaxatie
Dit is belangrijk omdat de uitkomst van risicotaxatie (nadelige) gevolgen heeft voor iemands vrijheid
en imago.
Niemand is vrij van invloeden: iedereen kan vooroordelen ontwikkelen jegens bepaalde
dadergroepen. Risicotaxatie instrumenten zijn niet perfect en veel zijn niet evidence-based.
- Verplichtingen gerelateerd aan informatie doorgeven aan instanties en aangaande
bescherming vertrouwelijke informatie