Fylogenie is de evolutionaire geschiedenis van een soort.
Fylogenetische boom, is een schema waarin verwantschap wordt aangetoond en elk vertakkingspunt
is een gemeenschappelijke ouder
Binaire naamgeving:
- De genus (geslachtsnaam) staat als eerste met een hoofdletter, duidt op verwantschap
- de soort aanduiding als tweede met een kleine letter, duidt op zelfde soort
- De naam schrijf je cursief
- Evt nog een stam of subspecies
De drie domeinen ( archaea, bacteriën en eukarya) zijn onderverdeeld in:
Domein-rijk (kingdom)- stammen (phylum)- klassen ( class)- orders-families- genera (genus)- soort
(species)
27.1
Prokaryoten hebben een celwand. Functie: vorm en stevigheid geven aan de cel
Bacteriële celwanden bevatten peptidoglycaan: een netwerk van suikermoleculen gecrosslinked met
polypeptiden.
Gram kleuring: het categoriseren van bacteriën in verschil van de celwand samenstelling:
- Gram positief: simpele celwand met een dikke laag peptidoglycaan ( kleurt blauwpaars)
- Gram negatief: minder peptidoglycaan en een complexere structuur met een
buitenmembraan dat liposacharide bevat
Gram negatieve bacteriën zijn gevaarlijker en vaak resistenter tegen medicijnen
effectiviteit van antibiotica hangt af van de remming van de peptiodoglycaan
crosslinkverbindigen
(celwanden van) prokaryoten kunnen:
- omgeven zijn door een plakkerige laag van polysacharide of eiwitten: capsule. zorgt er
voor dat de prokaryoot zich kan vastkleven aan een substraat of kolonie
- een fimbriae hebben : harige uitsteeksels die zorgen voor de hechting aan oppervlaktes
- flagella: soort zweepstaart dat voor de voortbeweging zorgt
- pili: zorgt voor transport van DNA etc tussen cellen
resistente cellen; endosporen zijn ontwikkeld als er een gebrek is aan water of voedingsstoffen
taxis is een gerichte beweging naar of van een stimulus
veel voorkomende vormen: coccen, staven(bacilli) spirilli en vibrio.
27.3
Autotroof: alleen CO2 of een koolstofrijke stof als voedsel
Heterotroof: organische voedingsstof als koolstofrijke stof
manier energiebron koolstofbron Type organisme
Fotoautotroof Licht CO2, HCO3- Prokaryoten in staat
tot fotosynthese
Chemoautotroof (an)organische CO2, HCO3- Bepaalde prokaryoten
verbindingen
Fotoheterotroof licht Organische Bepaalde halofiele
verbindingen prokaryoten
chemoheterotroof (an)organische Organische Bijna alle prokaryoten
, verbindingen verbindingen
Rol van zuurstof in de stofwisseling:
- obligaat aeroob: O2 nodig
- obligaat anaeroob: geen O2 nodig, kan zelfs toxisch zijn
leven door fermentatie of anaerobe ademhaling met andere stoffen dan O2
- facultatief anaeroob: kan met en zonder O2 leven, lichte voorkeur naar met
sommige prokaryoten zijn in staat om atmosferische stikstof om te zetten in ammoniak :
stikstoffixatie. Cyanobacteriën zijn zelf voedend
sommige cellen zijn heterocyten en kunnen stikstof omzetten, biofilms zijn samenwerkende groepen
prokaryoten die een oppervlakte kunnen bedekken
27.4
Verschillende groepen bacterien:
- proteobacterien: gram negatieve bacterien, zijn vaak pathogene bacterien
- chlamydias; parasieten die goed kunnen overleven binnen dierlijke cellen, afhankelijk van de
voedingsbronnen zoals ATP, de celwand is ongewoon omdat ze geen peptidoglycaan hebben.
- Spirocheten: helix structuur gram negatieve heterotropen draaien door de omgeving
- Cyanobacterien: gram negatieve fotoautotrove bacteriën zijn in staat tot fotosynthese omdar
ze chloroplasten bevatten
- Gram positieve bacterien
Archaea kunnen in extreme omstandigheden overleven: deze noem je extremofielen : daarbij horen
de extreme halofielen ( in zoute omgevingen ) en extreme thermofielen ( in hele hoge temperaturen)
de meeste organisme kunnen deze hoge temperaturen niet overleven omdat hun DNA niet in een
dubbele helix vorm blijven en eiwit denaturatie krijgen en dus stollen.
Methanogenen zijn archaea die methaan uitstoten als en bijproduct voor het maken van energie.
kenmerken Bacterien- archaea Eukaryoten
prokaryoten
Nuclear envelop afwezig afwezig Aanwezig
Membraan ingesloten afwezig afwezig Aanwezig
organellen
Peptidoglycaan in de aanwezig Afwezig Afwezig
celwand
Membraan lipiden Onvertakte Sommige vertakte Onvertakte
koolwaterstoffen koolwaterstoffen koolwaterstoffen
RNA polymerase Een soort Meerdere soorten Meerdere soorten
Indicator aminozuur Formyl-methionine methionine methionine
voor eiwitsynthese
Introns in de genen Heel zeldzaam Aanwezig in sommige Aanwezig in sommige
genen genen
Reactie op de Groei verstoord Groei niet verstoord Groei niet verstoord
antibiotica
streptomycin en
chloramphenicol
Histonen afwezig Aanwezig bij sommige aanwezig
geassocieerd met soorten
DNA
Circulaire aanwezig Aanwezig afwezig
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper jamiehesen. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,09. Je zit daarna nergens aan vast.