De structuur van het strafrecht is op te delen in 3 onderdelen:
- Materieel strafrecht (wat is strafbaar)
- Formeel strafrecht (welke regels zijn van toepassing bij een strafbaar feit)
- Sanctierecht (voorwaarden voor het opleggen van straf).
Het wetboek van Strafrecht (WvSr/Sr) beschrijft het materiele strafrecht en heeft 3 boeken:
1. Algemene bepalingen.
2. Misdrijven.
3. Overtredingen.
Hiernaast zijn er bijzondere wetten zoals de Opiumwet, WVW en WWM.
Het formele strafrecht bepaalt welke regels moeten worden gevolgd wanneer een norm van het
materiele strafrecht is overtreden, het formele strafrecht is geregeld in het Wetboek van
Strafvordering (WvSv/Sv).
Het legaliteitsbeginsel:
In art. 1 Sr wordt het legaliteitsbeginsel beschreven: ‘’Geen feit is strafbaar dan op grond van een
daaraan voorafgegane wettelijke strafbepaling’’. Het legaliteitsbeginsel is op te delen in 4
deelbeginselen:
- Lex certa (de strafbare gedraging moet duidelijk omschreven zijn).
- Nulla poena (Je kan niet worden gestraft worden voor gedragingen die tijdens het begaan
niet strafbaar was).
- Lex scripta (De bepaling moet opgeschreven zijn).
- Verbod van analogie
Het verbod van analogie beschrijft dat er 4 interpretatiemethoden van het strafrecht zijn:
- Wetshistorische interpretatie (kijken vanuit het standpunt van de wetgever).
- Grammaticale interpretatie (kijken vanuit de letterlijke wetstekst).
- Systematische interpretatie (Welke plek neemt de strafbepaling in, binnen de structuur van
de wetgeving).
- Teleologische interpretatie (kijken vanuit het doel van de wetgever).
- DUS GEEN ANALOGISCHE INTERPRETATIE).
Het verbod op analogische interpretatie komt voor uit het elektriciteitsarrest. (HR 23 mei 1921, BJN
080324). Hierin ging een tandarts frauderen met zijn elektriciteit meter. Dat werd ontdekt en de
tandarts werd voorgeleid voor diefstal. De vraag in het arrest was: is elektriciteit een goed en dus te
,stelen en is die gedraging kwalificeer baar als diefstal. De rechter oordeelde dat het aanmerken van
het aftappen van elektriciteit als het ‘wegnemen van een goed’ ex art. 310 Sr geen analogische
interpretatie is.
Soorten delicten:
Er zijn verschillende soorten delicten:
- Misdrijven en overtredingen.
- Commissie- en omissiedelicten.
- Formeel en materieel delict
- Gronddelict, gekwalificeerde en geprivilegieerde delicten.
Misdrijf en overtredingen:
Misdrijven zijn delicten die indruisen tegen fundamentele normen en waarden in de maatschappij.
Dus over het algemeen ernstigere feiten, deze zijn opgenomen in het 2 e boek van het WvSr.
Overtredingen zijn delicten/gedragingen die strafbaar zijn gesteld om de maatschappij te ordenen en
die niet zo zeer fundamentele normen en waarden schenden.
Er zijn 3 redenen om onderscheid te maken tussen misdrijven en overtredingen:
1. Procesrechtelijke: Welke rechter is bevoegd?
2. Materieelrechtelijk: Welk strafbaar feit en in welke vorm wordt begaan?
3. Welke middelen mogen worden ingezet bij onderzoek?
Commissie en Omissie:
Commissiedelicten zijn delicten waarbij een doen of handelen strafbaar is. Bij omissiedelicten
delicten niet worden gepleegd maar door een nalaten worden veroorzaakt. Omissiedelicten komen
maar vrij weinig voor in het strafrecht.
Formeel en materieel delict:
Formele delicten staan in de wet omschreven als een handeling en dus een specifiek omschreven
activiteit. Bij formele delicten zijn dus specifieke handelingen strafbaar gesteld. Bij materiele delicten
is niet de handeling maar het veroorzaken van het gevolg strafbaar. Bij dit soort strafbare feiten
wordt de opzettelijkheid strafbaar gesteld.
Gekwalificeerd en geprivilegieerd.
Bij een gronddelict kan er een gekwalificeerd of geprivilegieerd delict zijn. Gekwalificeerd is een
delict met een strafverzwarend bestanddeel, een geprivilegieerd delict is een delict met een
, strafverlichting bestandsdeel. Vaak zijn de artikelen volgend op het gronddelict het gekwalificeerd
delict dan wel geprivilegieerd delict.
Het vierlagenmodel:
Om te bepalen of er sprake is van een strafbare bepaling is er het vierlagenmodel, dit zijn de vier
voorwaarden voor een strafbaar feit:
- Menselijke gedraging
Het moet een gedraging uitgevoerd door een mens zijn in de vorm van een handelen of nalaten zijn.
Deze handelen of nalaten moet een zekere mate van wil gestuurde bevatten.
- Delictsomschrijving
De gedragingen zijn pas strafbaar wanneer zij in de wetgeving terug te vinden zijn. Daarnaast dient
de feitelijke gedraging een juridische duiding te hebben.
- Wederrechtelijkheid
De gedraging moet ook daadwerkelijk in strijd met het recht zijn. De beperking om deze voorwaarde
zijn de rechtvaardigingsgronden zoals noodtoestand etc.
- Verwijtbaarheid
Niemand mag gestraft worden zonder (een bepaalde mate van) schuld. De schuld kan worden
weggenomen door schulduitsluitingsgronden zoals ontoerekeningsvatbaarheid.
2 vormen van schuld:
Er zijn 2 vormen van schuld, de 1e is schuld als een bestandsdeel in een wetsartikel. De 2 e is schuld als
element wanneer de schuld onderdeel is van gedraging maar niet de veroorzaker van de gedraging.
Zoals wanneer iemand een ander dood schiet in een psychose, de psychose veroorzaakt de schuld.
Dus de schuld van het feit ligt niet bij de dader in eerste instantie.
Week 2:
Jeugdstrafrecht:
Het jeugdstrafrecht in Nederland heeft een pedagogische insteek, het is gericht op de jongere in
ontwikkeling die nog een lange toekomst voor zich heeft. Het beschermen van de privacy van de
jongere speelt een grote rol daarom zijn zittingen van jeugdigen ook achter gesloten deuren.
Een minderjarige mag niet zomaar van zijn vrijheid worden beroofd, alternatieven voor detentie
dienen daarom te worden ingezet waar mogelijk. Daarnaast moet een minderjarige in detentie
worden beschermd tegen wrede of onmenselijke behandeling. Een minderjarige moet ook hulp
kunnen inroepen van een advocaat en vrijheidsbeneming dient altijd te worden getoetst door een
rechter.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper MarkAssen. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,49. Je zit daarna nergens aan vast.