Samenvatting BA205 hormonale aandoeningen
Hormonen algemeen
Endocriene organen zijn organen die er gespecialiseerd in zijn om hormonen te produceren. Deze
organen zijn goed doorbloed, zodat de hormonen snel in het bloed terecht kunnen komen.
Er zijn meer organen die hormonen produceren, maar
niet endocriene organen worden genoemd.
Hormoonproducerende organen worden alleen
endocriene organen genoemd wanneer het de
hoofdtaak is om hormonen te produceren.
3 soorten signalen:
1 = humoraal veranderingen van concentraties in het
bloed.
2 = neuronaal (zenuwen) als zenuwen worden
geactiveerd worden de cellen geactiveerd om hormonen te produceren.
3 = hormonaal hormonen kunnen cellen stimuleren om andere hormonen te produceren.
Classificatie van hormonen:
1. Peptide/proteïne hormonen bestaan uit aminozuren.
2. Steroïde hormonen cholesterol dat is omgezet in hormonen.
3. Amine hormonen.
Wateroplosbare hormonen kunnen niet door het
celmembraan heen, dus deze worden door receptoren
opgenomen.
Vetoplosbare hormonen kunnen wel het celmembraan
passeren. In het bloed zijn ze gebonden aan
transporteiwitten.
Hormonale aandoeningen:
1. Hypersecretie -> er wordt teveel hormoon geproduceerd.
2. Hyposecretie -> er wordt te weinig hormoon geproduceerd.
3. Abnormale respons -> er wordt een goede hoeveelheid hormoon geproduceerd, maar de
doelcellen reageren er niet goed op.
Thema 1 Schildklierhormonen
Werkcollege 1A
De schildklier
De schildklier is een vlindervormige klier en ligt
onder het strottenhoofd tegen de luchtpijp aan.
De schildklier bestaat uit 2 kwabben, links en
rechts van de luchtpijp, die met elkaar verbonden
zijn met een smalle strook weefsel dat de isthmus
wordt genoemd.
,Het schildklierweefsel bevat follikels die bestaan uit het colloïd omringd door een wand van
folliculaire cellen. Het colloïd bestaat uit eiwitten en in het colloïd worden de schildklierhormonen T3
en T4 als onderdeel van het glycoproteïne
thyroglobuline opgeslagen. De folliculaire cellen zijn
verantwoordelijk voor de productie en de synthese
van de schildklierhormonen.
Naast follikels bevat het schildklierweefsel ook
parafolliculaire cellen (C cellen). Deze zijn
verantwoordelijk voor de secretie van calcitonine, een
hormoon dat de waardes van calcium en fosfaat in het
bloed reguleert.
T4 en T3 zijn de actieve schildklierhormonen, rT3 is niet actief. T3 is wel veel actiever dan T4.
Synthese van schildklierhormonen
1. Productie thyroglobuline (Tg) Tg wordt
geproduceerd in het ER, wordt dan verpakt in
vesicles in door het golgi systeem en komt dan
via exocytose in het colloïd terecht. Tg bestaat
uit tyrosine moleculen.
2. Jodide opname Naast thyroglobuline is
jodide essentieel voor de productie van
schildklierhormonen. Dit wordt opgenomen uit
het bloed via Na/I transporters (NIS). Hierbij
worden 2 natrium ionen en 1 jodide ion de
folliculaire cel ingepompt. Vervolgens gaat
jodide naar het apicale membraan, waar jodide
het colloïd in wordt gepompt via pendrin. Pendrin wisselt chloride ionen uit voor jodide.
3. Oxidatie jodide jodide wordt omgezet in jodium via oxidatie. De oxidatie vindt plaats door TPO
(thyroid peroxidase). TPO bevindt zich in de vesicles waar ook Tg in wordt verpakt.
4. Binding jodium jodium bindt aan de tyrosine moleculen van
thyroglobuline. Wanneer er 1 jodium molecuul aan tyrosine bindt
ontstaat MIT en wanneer er 2 jodium moleculen binden ontstaat
DIT.
5. Conjugatie 2 gejodeerde tyrosine moleculen binden aan elkaar via conjugatie, waarbij T3 en T4
worden gevormd. T3 en T4 zijn dan nog wel onderdeel van het thyroglobuline molecuul.
6. Het thyroglobuline molecuul met T3 en T4 wordt opgenomen in de folliculaire cel via endocytose.
Endocytose wordt gestimuleerd door THS. Hierna wordt het samengevoegd met een lysosoom.
7. Enzymen in het lysosoom zorgen ervoor dat T3 en T4 loskomen van thyroglobuline (proteolyse).
Uiteindelijk kunnen de schildklierhormonen worden opgenomen in het bloed. De restproducten die
ontstaan zijn MIT, DIT en thyroglobuline. Deze worden hergebruikt.
In het bloed zijn T3 en T4 gebonden aan plasma-eiwitten TBG (thyroid-binding globulin), albumine
en TTR (transthyretin). Het meeste bindt aan TBG. De schildklier produceert veel meer T4 dan T3.
Sommige weefsels kunnen echter T4 deionideren, waarbij T3 of rT3 ontstaan. Dit kan weer verder
worden gedeionideerd in MIT en DIT.
Er zijn 3 types deiodinases:
- Type 1 en 2 verwijderen een I van de buitenste ring, waardoor T4 wordt omgezet in T3. Type 1 lijkt
het meest verantwoordelijk voor de omzetting van T4 in T3. Type 2 in de hypofyse is belangrijk
, omdat de T3 dat ontstaat, zorgt voor een negatieve feedback bij de vrijlating van TSH.
- Type 3 verwijdert een I van de binnenste ring, waardoor T4 wordt omgezet in het inactieve rT3.
T3 en T4 komen in de celkern d.m.v. diffusie of transporteiwitten. Daar bindt het aan TRs, waardoor
het DNA wordt geactiveerd tot de aanmaak van eiwitten.
Regulatie schildklierhormonen
De hypothalamus produceert het hormoon TRH, wat
vervolgens via de hypofyse poortader wordt
getransporteerd naar de adenohypofyse. Hier bindt TRH
aan de TRH receptoren. Hierdoor wordt de productie van
het hormoon TSH gestimuleerd. TSH stimuleert de
schildklier om schildklierhormonen te produceren. De
schildklierhormonen gaan dan via het bloed naar de
doelcellen, waar het hun werking kan uitoefenen.
In dit systeem bevindt zich ook een negatieve feedback. De
schildklierhormonen die door de schildklier worden geproduceerd zorgen ervoor dat de
hypothalamus en de adenohypofyse worden geremd om TRH en TSH te produceren. Hierdoor wordt
dus ook de productie van de schildklierhormonen geremd.
De hormonen somatostatine en dopamine zorgen ervoor dat er minder TSH wordt afgegeven,
waardoor de productie van de schildklierhormonen wordt geremd.
Effecten schildklierhormonen
Schildklierhormonen hebben allereerst een stimulerend effect op het metabolisme. Ze verhogen het
vetmetabolisme, wat onder andere leidt tot een daling van de concentratie cholesterol in het bloed.
Ook verhogen ze het eiwitmetabolisme, het koolhydraatmetabolisme en de snelheid van het basale
metabolisme.
Daarnaast stimuleren schildklierhormonen de groei van nieuwe cellen.
Parameter Normaalwaardes
TSH 0,4 – 4,0 mU/L (milli unit/L)
Totaal T4 64 – 154 nmol/L
Vrij T4 8 – 26 pmol/L
Totaal T3 1,2 – 3,4 nmol/L
Vrij T3 3-8 pmol/L
CBL 1A
Euthyreoïdie
= normale werking van de schildklier.
Hypothyreoïdie
= verminderde werking van de schildklier te weinig schildklierhormonen. De TSH concentratie is
verhoogd en het vrije T4 is verlaagd.
Oorzaken voor hypothyreoïdie zijn:
- Ziekte van Hashimoto = chronische auto-immuunziekte van de schildklier. Hierbij maakt het lichaam
antistoffen aan voor vooral TPO en thyroglobuline. Hierdoor worden TPO en thyroglobuline
vernietigd, waardoor er (bijna) geen schildklierhormonen meer worden aangemaakt.
- Stille of pijnloze lymfocytaire thyreoïditis = auto-immuunziekte waarbij destructie van het
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper amvaw. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,48. Je zit daarna nergens aan vast.