Hoofdstuk 7 Facilitair onderzoek (Basisboek FM)
- Onderzoek voorziet in een informatiebehoefte
- Gaat om het stellen van een vraag en het op een systematische en controleerbare manier
zoeken van betrouwbare antwoorden
- Investeren in kennisontwikkeling en innovatie
Bolognaverklaring = basis van de introductie van toegepast onderzoek in het HBO
8 kritieke succesfactoren onderzoek HBO
1. Verstevigen relatie tussen onderzoek en onderwijs
2. Uitbouwen netwerken en samenwerkingsrelaties
3. Verhogen van de maatschappelijke relevantie en zichtbaarheid
4. Door ontwikkelen van kwaliteit en kwaliteitszorg
5. Kwalificeren en uitbreiden van personeel en faciliteiten
6. Internationaal uitwisselen en benchmarken
7. Aanbrengen van focus en massa
8. Opbouwen van een solide en substantiële financiering
Lectoraten = een kenniscentrum die het onderwijs en het bedrijfsleven beter aan elkaar aansluiten
Informatiemaatschappij toegepast onderzoek HBO 2e kerntaak
- Onderzoek is belangrijk voor professionalisering van het vakgebied FM
FM onderzoeksagenda
1. Ruimtegebruik
- Efficiënter omgaan met de ruimte door opzetten netwerkorganisatie en delen werkomgeving
en facilitaire voorzieningen
- Kan ook globaal, landelijk, tussen organisaties
2. Beleving en gastvrijheid, vraagsturing en ketenomkering
- Klantcontact
3. Duurzaamheid
4. Strategie en toegevoegde waarde
- Hoe FM zichtbaar maken
Trends en ontwikkelingen
- Hospitality & toegevoegde waarde = nieuwe aandachtgebieden
- Streven naar vaststellen en meetbaar maken van alle diensten/producten
- Ook hoe kan gastvrij gedrag eenduidig beschreven en gemeten worden en tastbaar maken
van TW
- Hoe kan de FM anticiperen op de toekomst scenariodenken samenwerking nodig
- Facilitair onderzoek = de context waarbinnen het onderzoek wordt uitgevoerd, die bepaalt of
de uitkomsten bruikbaar zijn voor een FM
,Hoofdstuk 1 Waarom doe je onderzoek? (Wat is
onderzoek)
Onderzoek = het analyseren van een probleem of een situatie volgens een bepaald stappenplan.
oplossen
- Systematische aanpak
- Juiste vragen stellen, niet altijd negatief
- Gelijk aan een reis
- Hulpmiddelen: uitgangspunten, instrumenten en aanwijzingen
- Informele observatie geen onderzoek van plan eigen referentiekader
- Systematische observatie
Methodologie = basisprincipes (normen) van onderzoek doen markers van het onderzoek
- Fundamenteel en praktijkgericht, kwalitatief en kwantitatief, inductie en deductie
Fundamenteel en praktijkgericht onderzoek
- Fundamenteel (uni) kennisvragen voor ontwikkeling
- Praktijkgericht (HBO) praktijkprobleem oplossen
- Soms met info van fundamenteel iets in de praktijk oplossen
Kennis- of praktijkvragen
- Kennisvraag = een vraag die je met behulp van een fundamenteel onderzoek beantwoordt en
die kennis oplevert
- Praktijkvraag = afkomstig uit de samenleving levert handvatten op waarmee je
praktijkproblemen kan oplossen
Kwalitatief of kwantitatief?
- Kwantitatief = je gebruikt cijfermatige/ numerieke informatie statistische technieken
nadruk op het meetbaar maken van verschijnselen en op generalisatie
- Kwalitatief = voert onderzoek uit in de werkelijkheid, interesse in de betekenis die de
onderzochte personen aan de situatie geven, ervaring= onderdeel van de hele
belevingswereld, hollisme = het geheel, interpretatief taal nadruk op context
- Luisteren naar cijfers of verhalen?
- Combinatie
Triangulatie en Mixed-Method-benadering
- Triangulatie = verschillende onderzoeksmethoden gebruiken om een probleemstelling aan te
pakken kwaliteit verhogen
- Mixed-Method-benadering = onderzoek waarbij kwalitatieve en kwantitatieve methoden
worden ingezet verhoogt geldigheid van onderzoeksresultaten
Inductief of deductief
- Inductief = geen theorie bekend van tevoren d.m.v. observaties uitspraken doen vaak
kwalitatief theorie-ontwikkelend onderzoek
- Iteratie = herhaling = leidend principe, verzamelen & analyseren koppelt resultaten aan
eerder verkregen resultaten
- Deductief = formuleren aan de hand van (bestaande) theorieën en modellen theorie
toetsend
- Je ontwikkelt een theorie op een inductieve manier en je gaat met behulp van de deductieve
manier de theorie na
- Exploratieve hypothese = verwachtingen die niet op een model of theorie zijn gebaseerd
, Kenmerken van een onderzoeker
- Houding onafhankelijk, objectiviteit, openheid (voor commentaar of weerlegging),
wetenschappelijke houding, kritische houding,
- Kennis
- Vaardigheid
Kwaliteitscriteria voor uitvoering en interpretatie ban onderzoek
- Betrouwbaarheid controleerbaar, herhaalbaar, overeenstemming tussen onderzoek
(onafhankelijkheid) = mate waarin een onderzoek vrij is van toevallige fouten
- Toetsbaarheid van uitspraken weerlegbaar, eenduidig (voor één uitleg vatbaar) en
duidelijk, openbaar, repliceerbaar vooral bij kwantitatief
- Informatief nauwkeurig formuleren
- Validiteit geldigheid en zuiverheid, intern valide = juiste conclusies trekken, begripsvalide
= ‘meet je wat je meten wilt’ = de mate waarin onderzoek brij is van systematische fouten
- Externe validiteit gegeneraliseerd, geldig worden verklaard voor een grotere groep of
voor andere situaties, statistische generalisatie = technisch, kwantitatief, inhoudelijke
generalisatie = kwalitatief
Praktische criteria
- Efficient
- Uitvoerbaar
- Bruikbaarheid = de mate waarin onderzoek praktisch relevant is
Onderzoeksfasen
1. Ontwerpen afbakening rekening houden met opdrachtgevers
2. Gegevens verzamelen
3. Analyseren
4. Evalueren en adviseren
Beroepsproduct = resultaten samenvatten in een bruikbaar instrument voor de opdrachtgever
- Of een verslag waarin je verantwoording aflegt van de gebruikte methoden en de resuktaten
presenteert