Hoofdstuk 1 Beeldendonderwijs
Cultuur
Cultuur is datgene wat in het bewustzijn van mensen is opgeslagen.
Beeldcultuur
In de westerse maatschappij bedoelen we visuele beelden die buiten gewoon opdringend
aanwezig zijn.
Beelden of vormen
Hier gaat beeldend onderwijs over.
Beelden: alle vormgevingen die door mensen zijn gemaakt en die ergens naar verwijzen.
Een tekening van een appel is een beeld omdat het verwijst naar een
appel.
Een standbeeld is een beeld omdat het verwijst naar een persoon.
Vormen: Reële dingen, iets wat er is.
Vaas, fiets
Alles wat een mens ziet, daar maakt een mens een innerlijk beeld, een innerlijke voorstelling
van.
Omdat dit in je geest ontstaat heet het: mentaal beeld.
Een materiële weergave daarvan heet ook een beeld. Een beeldje van een hond, een
tekening van een molen.
Wat je werkelijk ziet is reëel.
Een vormgeving zonder verwijsfunctie is een vorm (design). Vaas
Vormgeving: autonoom en toegepast
Beelden: verwijzen
Vormen: verwijzen niet
Toegepaste vormgeving: Vormen met een functie. Asbak, fiets, hoed, stenen om op
te lopen.
Autonome vormgeving: zonder direct aanwijsbaar gebruiksdoel. Stapeling kubussen in
het midden van een rotonde als kunst.
Reëel en mentaal
Visuele beelden: die je kunt zien.
Maar geluidsbeelden kun je ook visualiseren (iets omzetten zodat het visueel wordt).
Een reëel beeld of vorm is wat je werkelijk ziet.
Dat wordt als mentaal beeld in je geheugen opgeslagen.
Er zijn 2 soorten beelden:
* Mentale/ innerlijke. Immateriële beelden: verbeeldingen, fantasiebeelden, innerlijke
voorstellingen.
* Reële/ werkelijke/ materiële beelden: afbeeldingen, voorstellingen, beelden op papier of
ergens anders op, voorstellingen in klei etc.
Voorstelling
Zolang je het beeld kunt herkennen.
Figuratief beeld: je hebt een goede scan gemaakt van wat je zag, je hebt een goed visueel
geheugen dus een week later kan je van jouw voorstelling alsnog een beeldje kleien.
1
,De inhoud: wat de kunstenaar erin stopt. Dit kan zijn een bos bloemen in een vaas maar kan
ook emotie zijn. Bijvoorbeeld door vrolijke kleuren te gebruiken. Het is natuurlijk de vraag of
iemand anders dat ook zo opvat.
De betekenis: kunnen zeggen wat je ziet of wat je er bij voelt. Een betekenis hoeft niet aan
het beeld vast te zitten, het is maar net hoe iemand het op vat.
Beeldaspecten
Vorm en kleur: aspecten
Aspecten van beelden en vormen.
Beeldtaal
Een taal is een symboolsysteem dat ideeën overbrengt.
Muziek, boek, dans, schilder, tekenaar.
Woordtaal
Teksten en auditieve elementen. Hoe breng je het over? (intonatie)
Hoofdstuk 3 Geschiedenis en zijn
uitingen
Cizek en Rothe
Frans Cizek was docent aan de kunstgewerbeschule.
Vanaf 1897 gaf hij buiten schooltijd kunstklassen.
Tijdens en na het tekenen werd het resultaat besproken en in 1923 vond er een
tentoonstelling plaats in Amsterdam met het werk van de kunstklas.
Richart Rothe was een Oostenrijkse docent.
Zijn methoden en boeken werden in verschillende talen uitgebracht.
De vernieuwing komt in Nederland niet echt van de grond, leraren waren er niet aan toe en
er waren geen geschikte methodes.
Altera
Jan Altera heeft handleidingen geschreven voor het tekenonderwjs (1935).
Zijn doelstellingen:
* Motorische oefeningen, speciaal voor de hand
* Leren omgaan met tekenmateriaal
* Grafisch realiseren van de voorstelling.
Hij onderscheidde ook 2 didactische werkvormen:
* Het leergesprek
* Opmerkingen van de leerkracht als de leerlingen bezig zijn
Handvaardigheid
Arbeid
* Standpunt: leren omgaan met gereedschap
Kennis
* Kennis verbreden door zelf actief bezig te zijn
2
, Theorie van Groen
Hij publiceerde in 1940 de handleiding van handenarbeid. Maar handenarbeid werd door de
politiek niet als schoolvak gezien.
Vrije expressie: de Werkschuit
Herbert Read en Victor Löwenfeld publiceerde handvaardigheid en tekenen als expressie-
vakken.
Vrije expressie en zelfontplooiing was na de 2e wereldoorlog erg welkom maar in de praktijk
niet makkelijk te realiseren.
In Amsterdam was er een groep die ermee aan de slag ging. Ze vonden uit in hoever je
leerlingen vrij kon laten en waarbij ze hulp nodig hadden. De groep heette de werkschuit.
Geleide expressie
Deze term ontstond doordat leerkrachten het niet vonden kunnen/ tegenstrijdig vonden dat je
onderwijs moest geven en tegelijk leerlinge vrije expressie moest laten beoefenen.
Geleide expressie is dus vrije expressie beoefenen maar wel met begeleiding.
Bauhaus
Dit was een didactiek.
Kenmerkend: de gedachte dat kunst met alle aspecten van het leven te maken heeft. En het
teruggaan naar grondvormen zoals kubus, kegel, bol en cilinder en afwijzen van ornamenten
(versiering).
Voor deze didactiek was vooral op voortgezet onderwijs aandacht.
Fenomenologie
Van Lennep baseerde zijn visie op fenomenologie.
Dit is een waarnemingstheorie die streeft naar exacte beschrijvingen.
Hermeneutische fenomenologie
Tekendocent Wouter van Ringelestein heet met zijn boek beeld en werkelijkheid grote
invloed gehad om beeldendonderwijs.
Hermeneutiek: interpreteren en het leren daarvan.
De hermeneutische fenomenologie interpreteert het fenomenologisch (objectieve) ervaren
verschijnsel in relatie tot zijn omgeving, in relatie tot cultuur waarin het zich bevindt dus ook
tot degene die het zelf ervaart.
Dialectische didactiek
Didactiek: een leerkracht moet ondersteunen, helpen en stimuleren.
Dialectisch: de filosofie achter de didactiek.
Het gaat vooral om het zelf maken met aandacht voor de beeldaspecten.
Creëren van een eigen wereld door zelf waar te nemen.
Hoofdstuk 4 Doelen en
doelstellingen
Waarom onderwijs
* Draagt bij aan persoonlijke ontwikkeling
* Zorgt voor overdracht van verworvenheden
* Helpt bij deelname in de samenleving
3
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Anouk_. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,99. Je zit daarna nergens aan vast.