Burgerschap
Toetsweek 1 (1 t/m 5 November)
Introductie hoofdstuk 1 en 2: Vrijheid en rechten leerdoel 1 t/m 9 BLZ 2, 3
Introductie hoofdstuk 3: Regels en wetten leerdoel 10 t/m 20 BLZ 4
Thema 1 hoofdstuk 1: Cultuur leerdoel 21 t/m 32 BLZ 5, 6
Thema 1 hoofdstuk 2 en 3: Identiteit, gedrag leerdoel 33 t/m 47 BLZ 7, 8, 9
Thema 2 hoofdstuk 1 en 2: Immigratie, integratie leerdoel 48 t/m 61 BLZ 10, 11, 12
Thema 2 hoofdstuk 3: Discriminatie en emancipatie leerdoel 62 t/m 70 BLZ 13
Thema 3 hoofdstuk 1: Veiligheid leerdoel 71 t/m 73 BLZ 14
Thema 3 hoofdstuk 2 en 3: Criminaliteit, straffen leerdoel 74 t/m 83 BLZ 15, 16
1
, Vrijheid + Rechten
Vrijheid
Vrijheid betekent dat je zelf kunt beslissen wat je wel en niet doet, zoals bijvoorbeeld zelf
kunnen beslissen met wie je omgaat, welke kleding je draagt, wat voor opleiding je doet etc.
Wat mensen bedoelen met vrijheid kan per persoon verschillen, de ene vindt dat het
betekent dat je mag zeggen wat je wilt terwijl een ander vind dat je zelfstandig bent en niet
afhankelijk bent van anderen. In een land met veel vrijheid leven biedt veel mogelijkheden
waardoor je zelf keuzes moet maken, dit kan zijn om bijvoorbeeld te kiezen waar je je geld
aan uitgeeft, hoeveel je werkt of hoe je bijvoorbeeld je vrije tijd kan besteden.
Het begrip vrijheid van meningsuiting houd in dat je voor je mening uit mag komen, en zelf
mag zeggen wat je ergens van vindt. Door vrijheid van meningsuiting kan je problemen of
onderwerpen bespreekbaar maken, wanneer je het ergens niet mee eens bent of
bijvoorbeeld iets gevaarlijk vind kan je dit op sociale media of in een krant melden, op deze
manier wordt dit probleem bekend bij meer mensen en zo kan je discussiëren over mogelijke
oplossingen door je eigen mening te geven.
Er zitten natuurlijk wel grenzen aan de vrijheid van meningsuiting. Je bent verplicht je aan de
wet te houden wanneer je je mening geeft. Je mag niemand bedreigen, discrimineren of
aanzetten tot haat en geweld. Wanneer je dit wel doet, kun je gestraft worden.
Jouw keuzes kunnen gevolgen hebben voor anderen (geluidsoverlast/mensen kwetsen),
door rekening te houden met mensen om je heen voorkom je dit. Je toont dan respect
tegenover je medemens. Respect is de waardering die je voor iemand hebt.
Vrijheid de mogelijkheid om zelf te kunnen beslissen wat je wel en wat je niet doet
Vrijheid van meningsuiting vrijheid om je mening te geven
Rechten
Als inwoner van Nederland heb je bepaalde rechten. Een recht is iets wat je mag doen of
waar je aanspraak op kunt maken. Op school heb je recht om lessen te volgen, recht op zorg
en op werk heb je recht op salaris en een veilige werkomgeving. Naast rechten heb je ook
plichten. Een plicht is iets wat je moet doen of wat je moet nakomen. Je hebt de plicht om je
te kunnen identificeren, de leerplicht en je aan verkeersregels te houden.
De belangrijkste rechten die je als burger hebt zijn grondrechten. De vrijheid van
meningsuiting, vrijheid van godsdienst, kiesrecht en vrijheid van vergadering zijn bijvoorbeeld
grondrechten. Grondrechten gelden voor alle burgers in een land, dit worden ook wel
fundamentele rechten genoemd. Deze grondrechten beschermen jou tegen de macht van de
overheid.
Dankzij de vrijheid van meningsuiting mag de overheid jou niet verbieden om je mening te
geven, ook al heb je kritiek op de overheid. Ook verplichten grondrechten de overheid om te
zorgen voor bepaalde basisvoorzieningen zoals onderdak en onderwijs. Ook beschermen
grondrechten mensen tegen elkaar. Jij mag een ander niet verbieden om voor zijn of haar
geloof uit te komen, want die persoon heeft vrijheid van godsdienst. Grondrechten kunnen
niet zomaar worden beperkt of afgenomen worden, dit gebeurd alleen in bijzondere gevallen,
zoals wanneer iemand een bedreiging vormt voor anderen. Zo mag een burgemeester een
demonstratie verbieden als er wordt gevreesd voor ernstige rellen, hij beperkt hierbij het
recht op betoging om zo de veiligheid te kunnen garanderen.
2
, De belangrijkste wet van Nederland is de grondwet. In de Nederlandse grondwet staan de
grondrechten beschreven en is vastgelegd hoe Nederland bestuurd wordt, hoe de macht is
verdeeld en hoe de macht mag worden gebruikt. Er staat ook in welke taken de regering
heeft. Daarnaast is in de grondwet vastgelegd op welke manier Nederlandse burgers
inspraak kunnen hebben in het bestuur van het land, zo staat er in de grondwet dat burgers
mogen stemmen tijdens verkiezingen. De andere wetten en regels mogen niet in strijd zijn
met de grondwet. De regering mag geen wet invoeren die de pers verbiedt om kritiek uit te
voeren op de overheid. Dit is in strijd met de vrijheid van meningsuiting, een recht dat in de
grondwet staat.
Hoofdstuk 1 in de Nederlandse grondwet gaat over grondrechten, Artikel 1 gaat als volgt:
Allen die zich in Nederland bevinden, worden in gelijke gevallen gelijk behandeld.
Discriminatie wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht of op
welke grond dan ook is niet toegestaan. Dit wordt het gelijkheidsbeginsel genoemd.
Grondrecht een belangrijk recht dat voor alle burgers geldt
Grondwet de belangrijkste wet van Nederland
Plicht iets wat je moet doen of wat je moet nakomen
Recht iets wat je mag doen of waar je aanspraak op kunt maken
Artikel 1 gelijkheidsbeginsel
3