Hoorcollege’s inleiding
forensische psychiatrie
College 1
Relevantie van het vak
- Waarom hebben we het over psychiatrie in de minor Misdaad en straf, master
strafrecht?
- Van alle delinquenten heeft 60% een psychische stoornis, 60% een verslaving, 80%
een uitkering/geen werk, 57% schulden en 35% een lichtverstandelijke beperking.
- Hoe verder in de strafrechtsketen hoe meer gestoorden percentueel?
- Verband tussen stoornis en delict gedrag/gevaar?
Het aantal meldingen bij de politie van verwarde personen blijft stijgen. Verwarde personen
werden pas vanaf 2010 zo genoemd. Vanaf 2011 is de politie meldingen van personen met
verward gedrag gaan bijhouden. Het zijn meldingen dus niet het turven van verwarde
personen, maar meldingen over verwarde personen. Het zegt dus veel meer over de melders
dan over de verwarde personen. Het is moeilijk om te zeggen of het aantal verwarde
personen is toegenomen. De samenleving wordt minder tolerant, we zijn steeds meer
verwarde personen gaan zien. Gedrag wat we niet goed begrijpen vinden we sneller van dat
we daarvoor de politie moeten bellen.
Hoe ga je onderscheiden wie wel en niet gevaarlijk is? Het is onmogelijk voor de GGZ om
iedereen op te nemen. Je kunt dus niet gelijk de vingers gaan wijzen naar instanties wanneer
ze iemand niet opnemen die vervolgens wel een misdaad pleegt.
Opbouw van het vak
- Deel I: Psychische stoornis, psychopathologie en diagnostiek (College 1-4), college 3
en 4 gastcolleges (17 studenten)
- Deel II: Forensische diagnostiek, rapportage en behandeling (College 5-7)
- Deel III: Juridisch kader
(Werkgroepen, alleen voor studenten Psychiatrie en Recht)
- Vormen: hybride fysiek/online
- Toetsing: tentamen voor iedereen, extra opdracht voor P&R
Opbouw college
- Begripsbepaling
- Geschiedenis van de psychiatrische classificatie
- Geschiedenis van de persoonlijkheidsleer
- Geschiedenis van de relatie: psychiatrie en recht
- Classificatie, diagnose, behandeling
Door de geschiedenis ga je je realiseren waar we staan op dit moment en hoe we daar zijn
gekomen.
Begripsbepaling
, - Psychiatrie – neurologie (neurosciences). Vroeger waren dit zenuwartsen, nu
neurologen die zich bezighouden met het fysieke van het zenuwstelsel. Psychiaters
houden zich bezig met de manifestatie van de geest.
- Psychiatrie – psychologie
- Forensische psychiatrie. Vasstellen of het een natuurlijke dood is of niet.
- (Psycho)pathologie. De leer van de ziekte van de geest.
- (Psycho)diagnostiek. Discipline die zich meer richt op classificatie van psychische
stoornissen.
- Nosologie
- Ziekte, stoornis, afwijking
- Psychische functies: denken, voelen, willen, handelen, eigenschappen
- Syndroom (vaste verzameling van symptomen, maar binnen psychiatrie is het niet zo
vast), symptoom
Verschil psychiatrische, psychologische diagnostiek
- Normaalverdeling
- Persoonlijkheidsstoornis? Wanneer noemen we het nou een stoornis? Als een
eigenschap heel extreem is.
Bijvoorbeeld: extravert en introvert. Als je extreem introvert of extravert bent
kan het je beperken in je functioneren. Als dat het geval is dan kun je last
krijgen van een stoornis.
Zeven visies op psychiatrische stoornis:
1. Pathofysiologische afwijking iets in het brein dat afwijkt.
2. Verlies van betekenis bij depressie is dit iets wat je kan herkennen, ze zien geen
betekenis meer voor zichzelf in het leven.
3. Schadelijke disfunctie schadelijk voor jezelf of voor je omgeving.
4. Sociaal construct de maatschappij gebruikt het om bepaalde mensen te
diskwalificeren. Systemen van macht om ervoor te zorgen dat bepaalde
verstandhoudingen in stand worden gehouden. Als je ooit in de gevangenis hebt
gezeten is het lastig om weer in de samenleving te komen.
5. Onvermogen om het ‘goede leven’ te leiden
6. Leed Ofwel voor jezelf of voor je omgeving.
7. Beperkingen waar mensen zelf niet mee kunnen omgaan
Kortom: afspraken
Poll: welk stoornisbegrip resoneert bij u?
,Geschiedenis van classificatie
Emil Kraepelin (1856-1926) hield zich als eerste psychiater serieus bezig met de
systematiek van psychiatrische ziekten.
DSM. Afspraken in de DSM zijn enorm normatief, daardoor zijn er veel verschillende boeken
geweest. Sommige problemen kunnen samenhangen met nieuwe ontwikkelingen,
bijvoorbeeld game/sociale media verslavingen. Samenleving ontwikkeld dus problemen
ontwikkelen en aan de andere kant veranderen ook de normen. Het is moeilijk om het te
hebben over oorzaken. Soms loopt het middel vooruit op de kwaal. DSM-5 is dominant
omdat het van alles bepaald, waaronder welke behandeling je krijgt.
Beperkingen van/kritiek op de DSM:
- Atheoretisch mensen zijn het niet eens over achtergronden.
- Positivistisch/reductionistisch het hele psychische functioneren van de mens
wordt samengevat in 1 of 2 woorden.
- Schijn van validiteit meet je wat je wil meten? Is het echt iets? Doordat je het zo
benoemd lijkt het alsof het allemaal echt dingen zijn. Hoe weten we nou of iemand
echt schizofreen is? Dus je moet van alles verzinnen om erachter te komen of het
nou wel klopt.
- Grens met normaliteit
- Grenzen onderling (NAO = niet anders omschreven, en tenzij beter verklaard door
andere stoornis)
- Comorbiditeit verschillende classificaties. Geeft ook aan: heeft iemand meerdere
problemen of 1 soort problematiek die binnen verschillende kaders past.
- Cultuurgebondenheid, komt uit Amerika en is van toepassing op westerse culturen.
Je kunt het dus niet goed toepassen op mensen uit andere culturen, bijvoorbeeld op
mensen met een overtuiging van geesten enzovoort.
- Belangen? Vanuit de farmaceutische industrie om bepaalde stempels goedgekeurd te
krijgen omdat ze daar een medicijn voor hebben.
Psychische stoornis volgens DSM-5
Syndroom (vaste verzameling van symptomen)
- Klinische significante symptomen in psych functies
- Disfunctie in psychologie, biologie, ontwikkeling
- Significante lijdensdruk, beperkingen in functioneren op sociaal of beroepsmatig
gebied
- Reactie op stressor of verlies, passend binnen cultuur niet
- Sociaal deviant gedrag (politiek, religieus, seksueel), conflict individu met
maatschappij ook niet, tenzij gevolg van individueel disfunctioneren
- Tenminste zoveel van deze symptomen
- Disclaimer voor juridisch gebruik
, Hoorcollege 2 – Introductie: psychische stoornis en
diagnostiek
Psychische stoornis volgens DSM-5
Syndroom (vaste verzameling van symptomen)
- Klinische significante symptomen in psychisch functies. Er moet wel een bepaalde
ernst zijn, een beetje is niet significant.
- Disfunctie in psychologie, biologie, ontwikkeling
- Significante lijdensdruk, beperkingen in functioneren op sociaal of beroepsmatig
gebied
- Reactie op stressor of verlies, passend binnen cultuur niet. Rouw past hier
bijvoorbeeld niet bij. Rouw op langere termijn dan weer wel. Het gaat om afwijking
van de norm.
- Sociaal deviant gedrag (politiek, religieus, seksueel), conflict individu met
maatschappij ook niet, tenzij gevolg van individueel disfunctioneren.
- Tenminste zoveel van deze symptomen
- Disclaimer voor juridisch gebruik. Juridische zaken zijn vragen over wilsbekwaamheid
en ontoerekeningsvatbaarheid.
Geschiedenis persoonlijkheidsleer
- Hippocrates (±400BC) en Galenus (±150BC)
- Temperamentenleer
Flegmatisch (slijm) linksboven
Cholerisch (gele gal)
Sanguinisch (bloed) rechtsboven
Melancholisch (zwarte gal)
- Poll: welke smiley is sanguinisch?
Carl Jung (1875-1961)
Typologie
- Introvert
- Extravert
Van typen naar trekken (Eysenk)
Trekken:
- Emotionaliteit
- Extraversie
- Openheid
- Altruïsme
- Consciëntieusheid
Persoonlijkheidsvragenlijsten: MMPI (10)