100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting grammatica Nederlands €6,49   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting grammatica Nederlands

 1 keer bekeken  0 keer verkocht

In dit document staan de: lijdende/bedrijvende vormen, werkwoords soorten, naamwoordelijk/werkwoordelijk gezegde, zinsontleding, tekstdoelen/tekstsoorten/tekstvormen/tekstverbanden/tekststructuren, functies van tekstgedeelten, regels werkwoord spelling, wanneer gebruik je trema’s/koppeltekens.

Voorbeeld 2 van de 8  pagina's

  • 31 oktober 2021
  • 8
  • 2020/2021
  • Samenvatting
Alle documenten voor dit vak (3158)
avatar-seller
kyramulder
lijdende en bedrijvende vorm
Zinnen kunnen in de lijdende of bedrijvende vorm staan.
- Een zin staat in de bedrijvende vorm als het onderwerp iets doet. In bedrijvende zinnen kan
een lijdend voorwerp staan.
- Een zin staat in de lijdende vorm als er iets met het onderwerp wordt gedaan. In lijdende
zinnen kan geen lijdend voorwerp staan.


➔ Bedrijvend: De postbode geeft mij het pakketje.
Lijdend: Het pakketje wordt mij door de postbode gegeven.

Werkwoordsoorten
Een zelfstandig werkwoord (zww) is de werkwoordsvorm die de handeling aangeeft in de zin. Het
zelfstandig werkwoord is dus het belangrijkste werkwoord in de zin.


➔ De directeur vergadert urenlang met de bestuursleden. Handeling = vergaderen.


In een zin staat altijd maar één zelfstandig werkwoord. De andere werkwoorden in de zin zijn
hulpwerkwoorden (hww). De vorm van het zelfstandig werkwoord verandert als er
hulpwerkwoorden in de zin staan. Hoe dat gebeurt, kun je lezen in onderstaande voorbeelden.


➔ De directeur vergadert urenlang met de bestuursleden.

vergadert = zww
De directeur heeft urenlang vergaderd met de bestuursleden.
heeft = hww vergaderd = zww

➔ Help je jouw moeder vandaag met de schoonmaak?

help = zww
Zou je jouw moeder vandaag met de schoonmaak willen helpen?
Zou = hww willen = hww helpen = zww

Een koppelwerkwoord (kww) geeft geen handeling aan in de zin (zoals een zelfstandig werkwoord),
maar het koppelt het onderwerp in de zin aan een ander zinsdeel, waarin een bijvoeglijk of
zelfstandig naamwoord staat. Het onderwerp in zo’n zin doet niet iets, maar is iets.

Er zijn in totaal negen koppelwerkwoorden, waarvan je zes moet kennen. De laatste drie gebruiken
we in het hedendaags Nederlands bijna niet meer. De negen koppelwerkwoorden zijn:
zijn, worden, blijven, blijken, lijken, schijnen, (heten, dunken, voorkomen)

Als het koppelwerkwoord het onderwerp koppelt aan een zelfstandig naamwoord, kun je het
koppelwerkwoord vervangen door een =-teken.

, ➔ Mijn broer is een goede atleet. Mijn broer = een goede atleet.

➔ Dit werkstuk wordt een topper! Dit werkstuk = een topper.


Als het koppelwerkwoord het onderwerp koppelt aan een bijvoeglijk naamwoord, kun je het
bijvoeglijk naamwoord voor het onderwerp zetten.


➔ Het ijs van de ijssalon op de hoek blijft lekker. Het lekkere ijs van de ijssalon op de hoek.

➔ Het gordijn blijkt veel geler te zijn dan in de winkel. Het gelere gordijn.


In zinnen met een koppelwerkwoord, kan ook een hulpwerkwoord staan. Het koppelwerkwoord is
dan de infinitief of het voltooid deelwoord (en de persoonsvorm het hulpwerkwoord).


➔ De school is de hele zomer dicht geweest.

is = hww geweest = kww
➔ Zal hij later professioneel zanger worden?
zal = hww worden = kww


Het werkwoordelijk gezegde (wwg) bestaat alleen uit werkwoorden. In een werkwoordelijk gezegde
kunnen alleen zelfstandige werkwoorden en hulpwerkwoorden zitten.
➔ In het kuuroord heeft Ellie zich heerlijk laten masseren.

heeft = hww laten = hww masseren = zww

Naamwoordelijk gezegde en werkwoordelijk gezegde
Het naamwoordelijk gezegde (nwg) bestaat uit een naamwoordelijk deel en een werkwoordelijk
deel.
Werkwoordelijk deel (wwd):
- In een zin met één werkwoordsvorm is dit de persoonsvorm. De persoonsvorm is dan een
koppelwerkwoord.
- In een zin met meer werkwoordsvormen is het voltooid deelwoord of de infinitief een
koppelwerkwoord en de andere werkwoorden zijn hulpwerkwoorden.
Naamwoordelijk deel (nwd):
- Het koppelwerkwoord koppelt het onderwerp aan een naamwoord in de zin. Het
naamwoordelijk deel is dus het zinsdeel waaraan het onderwerp is gekoppeld.

Het naamwoordelijk gezegde bestaat dus niet alleen uit werkwoorden, maar er hoort ook een
zinsdeel met een (bijvoeglijk of zelfstandig) naamwoord bij.

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper kyramulder. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 60281 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€6,49
  • (0)
  Kopen