Arbeidsrecht begrepen
Samenvatting
Hoofdstuk 1 – arbeidsrecht in kaart
1.1 Inleiding
Het individuele arbeidsrecht ziet op de arbeidsrelatie tussen de individuele werkgever en werknemer.
Dit individuele arbeidsrecht is grotendeels terug te vinden in Boek 7 titel 10 BW. Hierin staan
bepalingen over de arbeidsovereenkomst, het loon, vakantie en verlof, gelijke behandeling, de rechten
en verplichtingen van werkgever en werknemers, bijzondere bedingen zoals het proeftijd- en
concurrentiebeding, overgang van onderneming, het einde van de arbeidsovereenkomst en de
uitzendovereenkomst.
Er zijn ook dan ook nog de bepalingen van Boek 3 BW (rechtshandelingen) en Boek 6 BW
(overeenkomstenrecht) van toepassing. In principe gaan de bepalingen van Boek 7 BW voor, tenzij
voor de arbeidsrechtelijke problematiek geen specifieke bepalingen in Boek 7 BW te vinden is.
De belangrijkste rechtsbronnen voor het individuele arbeidsrecht zijn de wet, de cao en de individuele
arbeidsovereenkomst.
1.2 Korte historie
-
1.3 Afwijkingen van bepalingen in het Burgerlijk Wetboek
Van de bepalingen van Boek 7 titel 10 BW kan soms niet worden afgeweken. Niet bij de individuele
arbeidsovereenkomst, zelfs niet bij cao. Dit noemen we bepalingen van dwingend recht.
Soms kan wel van de bepalingen in Boek 7 titel 10 BW worden afgeweken bij schriftelijke
overeenkomst. Dit noemen we bepalingen van semidwingend recht.
Soms mag alléén bij cao worden afgeweken van de wettelijke bepalingen. Dat zijn bepalingen van
driekwart dwingend recht. Bij driekwart dwingend recht bepaalt de wet in hoeverre afwijking in de
cao is toegestaan.
Een enkele keer hebben partijen niets geregeld en kan een wetsartikel van aanvullende aard in het
Burgerlijk Wetboek zijn opgenomen. Dit noemen we een bepaling van aanvullend of regelend recht.
Een bepaling in Boek 7 titel 10 BW die afwijking bij schriftelijke overeenkomst toelaat, bedoelt
daarmee te zeggen dat afwijking zowel bij individuele arbeidsovereenkomst als bij cao mogelijk is. De
cao is tenslotte ook een schriftelijke overeenkomst. Daar is één uitzondering op, te weten het
concurrentiebeding.
In wetgeving van nog jonge datum komen bepalingen voor van twee derde dwingend recht. In dat
geval mag worden afgeweken bij cao of bij schriftelijke overeenkomst met een ondernemingsraad of
personeelsvertegenwoordiging.
1.4 Collectieve arbeidsovereenkomst
Definitie cao
Een cao is een arbeidsvoorwaardenregeling tussen werkgever of werkgeversorganisatie aan de ene
zijde en werknemersorganisatie aan de andere zijde.
Minimum- en standaard-cao
De meeste cao’s zijn zogenoemde minimum-cao’s. Bij minimum-cao’s zijn afwijkingen naar beneden
niet mogelijk, maar naar boven wel.
Bij een standaard cao zijn er geen afwijkingen mogelijk.
Doorwerking cao-bepalingen
1
,Als een werkgever of werknemer lid is van een organisatie die een cao aangaan worden zij gebonden
werkgever of werknemer genoemd. Zijn beide partijen gebonden en spreken werkgever en werknemer
in die situatie iets af wat in strijd is met de cao, dan is deze afspraak nietig. De afspraak geldt dan niet,
ook al heeft de werknemer zijn handtekening onder de arbeidsovereenkomst gezet.
Als werkgever en werknemer niks afspreken, maar kent de cao wel een dergelijke regel, dan geldt ook
de cao. De cao is dan aanvullend. De bepalingen in de cao die de arbeidsvoorwaarden regelen,
maken dus automatisch en dwingend deel uit van de individuele arbeidsovereenkomst. Deze
bepalingen noemen we normatieve of horizontale bepalingen. Cao-bepalingen gaan dus vóór op de
bepalingen zoals afgesproken worden in de individuele arbeidsovereenkomst.
Nawerking cao
De cao eindigt van rechtswege of door opzegging. Is de tijdsduur van de cao verstreken, dan werkt
deze cao na totdat er een nieuwe is afgesloten.
Tussen het aflopen van de oude cao en de totstandkoming van de nieuwe cao kan een periode zitten.
In deze ‘cao-loze’ periode wekt de oude cao na. De nieuwe cao kan als ingangsdatum een datum
hebben die in het verleden ligt. Komen partijen een loonsverhoging overeen die betrekking heeft op
een achterliggende periode, dan wordt deze dus met terugwerkende kracht uitbetaald.
Algemeenverbindendverklaring (avv) van cao-bepalingen
Een cao bindt, zoals iedere verbintenis, alleen de partijen die deze verbintenis zijn aangegaan. Dit zou
echter op het gebied van de arbeidsvoorwaarden tot ongewenste gevolgen leiden. Gebonden
werkgevers zijn veel duurder dan niet-gebonden werkgevers. Het cao-loon ligt immers hoger dan het
wettelijk minimumloon.
Als alleen gebonden werknemers de cao zouden moeten toepassen, zou er sprake zijn van oneerlijke
concurrentie. Daarom kunnen cao-partijen aan de minister vragen om de cao algemeen bindend te
verklaren.
Nawerking avv?
De duur van de algemeenverbindendverklaring (avv) is in principe twee jaar, maar eindigt in ieder
geval als de duur van de desbetreffende cao afloopt. Voor niet-gebonden werkgever en/of
werknemers is er na afloop van de avv geen sprake van nawerking. De oorspronkelijke tussen partijen
geldende arbeidsvoorwaarden herleven dan.
Op het moment dat de nieuwe cao ge-avv’d wordt, geldt de nieuwe cao. Deze nieuwe cao geldt vanaf
het moment dat de minister de cao algemeen verbindend heeft verklaard, dus niet met terugwerkende
kracht. De oude ge-avv’de cao kent geen nawerking, de nieuwe ge-avv’de cao kent geen
terugwerkende kracht.
Incorporatiebeding
In de praktijk hoeft in de meeste gevallen niet nagegaan te worden of een van de partijen, werkgever
of werknemer, lid is van een van de contracterende cao-partijen of dat de cao algemeen verbindend is
verklaard. Dat is als in de individuele arbeidsovereenkomst de desbetreffende cao met naam en
toenaam daarop van toepassing wordt verklaard. Dit noemen we een incorporatiebeding. Je haalt op
deze wijze de cao als het ware de individuele arbeidsovereenkomst binnen.
1.5 Keuzemogelijkheden en decentralisatie arbeidsvoorwaarden
Keuzemogelijkheden
Het merendeel van de cao’s kent keuzemogelijkheden voor de werknemer, ook wel aangeduid als het
individueel keuzebudget (IKB). Daarbij wordt de cao meer toegesneden op de wensen van
verschillende groepen van werknemers. In de cao worden dan geldbronnen genoemd die besteed
kunnen worden aan gelddoelen. Ook tijdbronnen kunnen worden ingewisseld voor tijddoelen.
Decentralisatie arbeidsvoorwaarden
Een ander soort cao is de raam-cao. Cao-partijen spreken centraal het geraamte af en de nadere
invulling vindt decentraal plaats, op ondernemingsniveau tussen ondernemer en ondernemingsraad.
De eerste laag bestaat uit mantelbepalingen. Dit zijn algemene bepalingen
2
, De tweede laag bestaat uit sectorbepalingen, aanvullende bepalingen voor de afzonderlijke
sectoren
De derde laag bestaat uit decentrale afspraken die werkgever en werknemers op de werkplek
zelf kunnen maken
1.6 Uitleg van cao-bepalingen
De uitleg van de cao betekent niet dat bij het bepalen van inhoud en strekking van een cao-bepaling
onder alle omstandigheden alleen gelet mag worden op de letterlijke (grammaticale) betekenis van de
bewoordingen. Er mag bij de uitleg ook rekening mee worden gehouden met de bedoeling van cao-
partijen, indien de bedoelingen naar objectieve maatstaven volgen uit de tekst van de cao-bepalingen
en eventueel daarbij behorende schriftelijke toelichting.
3
, Hoofdstuk 2 – de arbeidsovereenkomst
2.1 Inleiding
-
2.2 Belang arbeidsovereenkomst
Er zijn verschillende arbeidsovereenkomsten:
- De arbeidsovereenkomst
- De overeenkomst van opdracht
- De aannemingsovereenkomst
Bij een arbeidsovereenkomst is er sprake van onzelfstandige arbeid in plaats van zelfstandige arbeid.
Met andere woorden: de persoon die een arbeidsovereenkomst heeft, de werknemer, is voor zijn
inkomen afhankelijk van het dienstverband dat hij heeft. De werknemer is economisch afhankelijk van
de werkgever.
Het arbeidsovereenkomstenrecht biedt tot op zekere hoogte compensatie tegen deze
machtsongelijkheid tussen de werkgever en werknemer. Dit noemen we ongelijkheidscompensatie.
Als er een arbeidsrelatie aangemerkt kan worden als arbeidsovereenkomst, dan zijn vele bepalingen
van toepassing:
- Alle bepalingen van Boek 7 titel 10 BW zijn van toepassing
- De werknemer is verplicht verzekerd (van rechtswege) voor de werknemersverzekeringen
Ziektewet, Wet WIA en WW.
- De Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag is van toepassing (WMM).
- Vaak vallen werkgever en werknemer onder een al dan niet algemeen verbindend verklaarde cao.
- Als er ten minste vijftig werknemers in dienst zijn, dient een ondernemer een ondernemingsraad in
te stellen.
- Europese of internationale regelgeving is van belang.
Pas als de arbeidsrelatie niet aangemerkt kan worden als een arbeidsovereenkomst, kijk je of het een
overeenkomst van opdracht of aannemingsovereenkomst is.
2.3 De arbeidsovereenkomst
De definitie van de arbeidsovereenkomst staat in artikel 7:610 BW: ‘De arbeidsovereenkomst is de
overeenkomst waarbij de ene partij, de werknemer, zich verbindt in dienst van de andere partij, de
werkgever, tegen loon durende zekere tijd arbeid te verrichten.’
Ook al staat bovenaan het contract ‘oproepovereenkomst’, ‘freelancecontract’ of ‘opdracht’, dan kan
het contract toch een arbeidsovereenkomst zijn als aan de definitie van de arbeidsovereenkomst is
voldaan. De naam boven het contract is niet doorslaggevend!!
Arbeid verrichten
Een wezenlijk element van de arbeidsovereenkomst is dat de werknemer zijn arbeidskracht ter
beschikking stelt aan de werkgever en als tegenprestatie loon ontvangt. De werknemer moet de
arbeid persoonlijk verrichten artikel 7:659 BW.
Loon
Er is sprake van loon als door de werkgever een tegenprestatie wordt geleverd voor verrichte arbeid.
Het is daarbij niet noodzakelijk dat die tegenprestatie als ‘loon’ wordt betiteld. Kost en inwoning en een
kerstpakket kunnen voldoende zijn.
In dienst van
Het begrip ‘in dienst van’ wordt aangeduid met de term gezagsverhouding of ondergeschiktheid. Veel
werknemers ondervinden die gezagsverhouding niet aan den lijve. Immers, zij verrichten hun arbeid
op een zelfstandige wijze zonder dat de werkgever naast hen staat en steeds aangeeft wat er moet
gebeuren.
4