College aantekeningen
Inleiding Communicatiewetenschap Hoorcollege Aantekeningen Blok 1 & 2
- Instelling
- Universiteit Van Amsterdam (UvA)
Hoorcollege aantekeningen van ICW blok 1 & 2
[Meer zien]Voorbeeld 4 van de 62 pagina's
Voorbeeld 4 van de 62 pagina's
In winkelwagengesponsord bericht van onze partner
Gekoppeld boek
Titel boek:
Auteur(s):
- Uitgave:
- ISBN:
- Druk:
Verkoper
Volgen
Voorbeeld van de inhoud
Inleiding Communicatie Wetenschappen (ICW)Week 1
Theorie & Communicatie
Er hangen verschillende definities aan een ‘theorie’. Niet alle wetenschappers zijn het over dezelfde
theorieën eens.
“… a theory consists of a set of systematic, informed hunches about the way things work.”
- Set of hunches: Ideeën over een verklaring.
- Informed: rekening houdend met wat al bekend is. Het is belangrijk dat een theorie
geïnformeerd is. Je bouwt voort op wat er al is wat betreft onderzoeken en informatie.
- Systematic: specificatie van relaties tussen begrippen; hoe preciezer hoe beter
- Toesbare voorspellingen. Een theorie moet toetsbaar zijn. Dit doe je d.m.v. onderzoek bijv.
een vragenlijst.
Een theorie bestaat uit een set van ideeën over een verklaring/ingevingen over de manier waarop
dingen werken.
Wat doet een theorie? – Metaforen
Theories as nets: We hebben theorieën nodig om ‘de wereld’ te begrijpen. Je gooit een net over de
samenleving en trekt dat in en dan kun je bepaalde dingen verklaren. Je wilt de wereld begrijpen.
Theories as lenses: Theorieën beïnvloeden hoe we bepaalde dingen zien, ze leggen nadruk op
bepaalde aspecten (waardoor andere uit zicht worden gelaten). Hoe zien we bepaalde dingen, waar
leggen we de nadruk op. Je zoomt in op een bepaald fenomeen om goed te kijken (vanuit
verschillende/bepaalde disciplines) hoe bepaalde dingen werken.
Theories as maps: We hebben theorieën nodig om ons te leiden; laten zien hoe dingen werken en
hoe dingen aan elkaar gerelateerd zijn. Je maakt bijvoorbeeld de verbinding tussen verschillende
ontwikkelingen in de samenleving.
Wat is communicatie?
“Communication is the relational process of creating and interpreting messages that elicit a
response.” Communicatie gaat over het relationele proces van het creëren en interpreteren van
berichten die eigenlijk een soort effect hebben.
- Messages – Boodschappen staan centraal, tussen mensen, van tv naar de kijker etc.
- Creation of messages, de creatie van berichten, hoe worden berichten gemaakt en
ontwikkeld? Wat zit er achter.
- Interpertation of messages, de interpretatie van berichten, dus wat voor percepties/ideeën
hebben mensen over bepaald berichten.
- Relational process, hoe komt het dat een bericht bijvoorbeeld een bepaald effect heeft,
waarom gebruiken bepaalde mensen bepaalde media vaker.
- Messages that elicit a response, wat is de impact van een bericht.
,Theoretische perspectieven
Hoofdstuk 2: “Talk about theory”
Wat voor soorten verschillende theorieën en perspectieven zijn er. Als je theorieën onderbrengt in
bepaalde perspectieven kan je ze makkelijker met elkaar vergelijken. Theorieën kan je ook beter
begrijpen als je de oorsprong van een theorie weet, dus dat je weet in welke traditie een theorie
hoort. Ook kan het je helpen als je het doel van een theorie snapt, is de theorie er meer om gedrag
te voorspellen of om bijvoorbeeld de media te beschrijven en in kaart te brengen?
2 hoofdperspectieven
1. Objectieve perspectief
2. Interpretatieve perspectief
Het Objectieve perspectief is een wetenschappelijk perspectief dat gebaseerd is op het idee dat er
eigenlijk één objectieve waarheid is. Die waarheid kan je observeren en meten. Volgens dit
perspectief is gedrag, van bijvoorbeeld mensen, onderhevig aan Oorzaak Gevolg. Deze principes
worden uiteengezet, in de theorieën of hypotheses die afgeleid worden uit theorieën, en kunnen
vervolgens getoetst worden met empirisch bewijs. Empirisch bewijs is bewijs dat je kan meten.
Grafiek en tabellen worden veel gebruikt voor de objectieve wetenschap. Je probeert bepaalde
oorzaak-gevolg relaties vast te leggen in cijfers om op die manier te toetsen of jouw voorspelling
klopt.
Bij het Objectieve perspectief houdt men zich vooral bezig met het observeren, meten, voorspellen
en verklaren van menselijk gedrag. Dit doen zij bijv. d.m.v. experimenten of vragenlijsten.
Voorbeeld onderzoek objectieve perspectief: “Gewelddadige media zorgt voor meer gewelddadig
gedrag”.
Het interpretatieve perspectief is gebaseerd op de betekenis van teksten en taal. Het gaat hierbij
niet om één objectieve waarheid omdat dit perspectief ervan uitgaat dat er meer waarheden
bestaan. Het is de taak van wetenschappers om de betekenis die mensen toeschrijven aan
fenomenen en gedrag vast te leggen en te ordenen. Een wetenschapper probeert een fenomeen
meer te interpreteren en betekenis te geven binnen een bepaalde context. De visie van de
wetenschapper kan hierbij een belangrijke rol spelen, dus het interpretatieve perspectief is meer
subjectief dan objectief.
Interpretatieve wetenschap is dus vooral gebaseerd op verschillende interpretaties in verschillende
contexten.
Een verschil: wetenschappers vanuit het objectieve perspectief gaan er van uit dat als zij dezelfde
methode gebruiken, zij dezelfde antwoorden/resultaten zullen krijgen. Interpretatieve
wetenschappers houden er juist rekening mee dat iedere wetenschapper een andere interpretatie
kan hebben, en daar zijn ze ook geïnteresseerd in.
Voorbeeld Interpretatief onderzoek: Hoe interpreteren mensen (stereotyperende) reclames?
Beide perspectieven proberen iets te zeggen over de waarheid maar dan op een andere manier.
- Er is 1 objectieve waarheid (volgens objectieve wetenschap).
- Er zijn verschillende waarheden afhankelijk van de interpretatie (volgens interpretatieve
wetenschap).
De perspectieven zeggen iets over de mate van Determinisme die ze aanhouden. Determinisme gaat
over de assumptie dat gedrag wordt bepaald door zeker voorspellers (oorzaak-gevolg), zoals
bijvoorbeeld de mensen in je omgeving en de media.
,Objectieve wetenschappers zijn meer deterministisch, zij gaan er namelijk van uit dat gedrag wordt
bepaald door voorspellers.
Interpretatieve wetenschappers zullen zich meer bezighouden met de vrije keuze van mensen en
gedrag in een bepaalde situatie. Vrije keuzes zijn problematischer voor de objectieve wetenschap
aangezien vrije keuzes minder voorspelbaar zijn.
Tot slot
- Theorieën zijn vaak niet zuiver alleen objectief of interpretatief
- Objectief is niet ‘belangrijker of meer wetenschappelijk’ dan interpretatief.
De klassieke bril: Machtige Media
Context:
1. Ontwikkeling van massamedia, met name vanaf de 20 e eeuw, en haar invloed. Het is
belangrijk om te weten: wat is de boodschap van media, hoe wordt die verzonden en wat zijn
de effecten.
2. Voorbeelden van sterke reacties op media: Propaganda (WWI) en War of the worlds (1938).
Media kunnen een enorme impact hebben op mensen. D.m.v. propaganda wist Amerika de
publieke opinie over/wat betreft de oorlog te veranderen.
De klassieke kijk op de media: De media is erg machtig:
1. De media is machtig en bereiken iedereen.
2. Het publiek is een weerloze, passieve gebruiker.
3. Er zijn sterke (en slechte) effecten.
4. Er zijn uniforme effecten, deze effecten gelden voor iedereen.
Bij dit model gaat het voornamelijk over de effecten op mensen zelf. Dit word ook wel de “magic
bullet” of het “hypodermic-needle” model genoemd. Het is een klassiek model en is gebaseerd op
bepaalde aannames. Deze aannames kloppen niet altijd. Simpel gezegd heeft in dit model
mediagebruik effect op de gebruiker.
War of the worlds gaat over een nep-documentaire die op de radio werd afgespeeld waarin werd
verteld dat buitenaardse wezens de aarde zouden gaan aanvallen. Ondanks het feit dat dit verhaal
over de buitenaardse wezens nep was hadden veel mensen het begin van de documentaire gemist
waarin werd verteld dat het een nep verhaal was. Als gevolg ontstond er veel paniek onder de
bevolking in Amerika. Dit was in 1938 vlak voor de Tweede Wereldoorlog. Mensen waren over het
algemeen al bang voor een oorlog, en dit verhaal zorgde voor meer angst en paniek. De invloed van
de radio werd meteen duidelijk.
, Week 2
De Cultivatie theorie
George Gerbner is de bedenker van de ‘Cultivatie theorie’ in de periode van de opkomst van de TV.
Er was een beperkt aantal zenders, dus iedereen keek dezelfde programma’s.
Inhoud theorie:
- Het geheel aan media laat ons een bepaalde werkelijkheid zien,
- En dit verandert onze blik op de wereld
Gerbner’s onderzoek naar TV
- “Television is a centralized system of storytelling.”
- TV is een gedeelde vorm van socialisatie
“Television is the source of the most broadly-shared images and messages in history. It is the
mainstream of the common symbolic environment into which our children are born and in which
we all live out our lives.”
“Televisie is de bron van de meest algemeen gedeelde afbeeldingen en berichten in de geschiedenis.
Het is de hoofdstroom van de gemeenschappelijke symbolische omgeving waarin onze kinderen
worden geboren en waarin we allemaal ons leven leiden.”
Om dit te onderzoeken heeft Gerbner 3 verschillende onderzoekspunten gehad:
1. Institutional Process Analysis (de makers-kant, waarom maken programma makers bepaalde
programma’s, hoe/waarom/met welke ideeën worden programma’s gemaakt)
2. Message System Analysis (wat is de inhoud van TV-boodschappen)
3. Cultivation Analysis (het effect van TV-boodschappen)
Onderzoek naar de TV-wereld
- Message system analysis (inhoudsanalyse). Hierbij kijk je naar programma’s en coderen hoe
vaak iets voorkomt.
- Cultural indicators project
- Doel: het identificeren van stabiele, terugkerende en overkoepelende patronen van TV-
inhoud
Vanaf 1967, decennia lang
1 week per jaar in het najaar
Steekproef van TV-drama uit de VS
Series, cartoons, films, comedies
Message system analysis
Geweld:
- Hoeveel geweld is er?
- Wie is erbij betrokken?
Criminaliteit op TV (in films, series etc.)
- Mannen zijn vaker betrokken bij geweld dan vrouwen
- Vrouwen zijn vaker slachtoffer dan mannen
Uit de statistieken van de FBI is gebleken dat dit in de werkelijkheid veel minder het geval is
dan op TV gepretendeerd wordt/laten zien wordt. Wat wij in series en films zien komt dus
niet altijd overeen met de realiteit.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper hugoplas. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.
Is Stuvia te vertrouwen?
4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)
Afgelopen 30 dagen zijn er 51292 samenvattingen verkocht
Opgericht in 2010, al 15 jaar dé plek om samenvattingen te kopen