Uitgebreide aantekeningen in het Nederlands van de hoorcolleges van Public Policy and Governance (PPG) voor de bachelor Politicologie. 59 pagina's met uitleg en input van de docent van het vak (Verhoeven).
Hoorcollege 1:
Waarom Public Policy? En 2 perspectieven op Public Policy:
1. Waarom Public Policy?:
Er zijn veel verschillende voorbeelden van overheidsbeleid in actie
-> PP is overal en is nodig om een samenleving te laten werken
• PP helpt bij het stellen van doelen en het vinden van oplossingen en PP helpt ons
middelen toe te wijzen om tot oplossingen te komen
• PP coördineert de inspanningen om aan oplossingen te werken
• PP verdeelt taken gov en niet-gov
• PP maakt het optreden van de overheid voorspelbaar
• PP beïnvloedt gedragsverandering
2. Twee perspectieven op PP:
Positivist take (Knill & Tosun):
• Focus op feiten en bewijzen (statistieken) -> essentieel voor beleidsvorming
• Begrensde rationaliteit (beperkingen in alle informatie die we kunnen verwerken)
• Actoren gedragen zich in overeenstemming met hun interesses en voorkeuren
• Institutionele beperkingen
• Belang van middelen
• Technocratische aspecten hebben de overhand
• Zich baseren op wetenschappelijke expertise
• Geïnteresseerd in causaliteit (actie-reactie)
Constructivist take (Stone):
• Niet 1 waarheid, feit of bewijs
• Alle aspecten van beleid leiden tot debat
• Informatie is nooit volledig (en we reageren anders als we meer leren)
1
,• Strategie: manipulatie van informatie
• In gemeenschappen bestaan eigenbelang en altruïsme naast elkaar
• Interpretaties zijn krachtiger dan feiten
Hoorcollege 2:
Wat is Public Policy (publiek beleid):
Conceptueel perspectief op PP:
Het publieke element:
• Wat is publiek? (tegenovergesteld aan privaat/privé): Staat tegenover private
dingen zoals ons eigen leven thuis bijvoorbeeld.
• Elementen van publiek:
- Het kan fysiek zijn: materialistisch zoals een park of weg
- Het kan een sociale categorie zijn: een geheel (collectiviteit) van burgers/een
publiek evenement
- Het kan een zorg zijn (concern): problemen zoals armoede
- Het kan een mening zijn: in het publieke je mening geven/collectieve geloven
(bvb in de media of politiek)
• Dewey over het publiek(e) (problemen):
- “Iedereen die aangetast wordt door de indirecte consequenties van
transacties (die je niet privé kan beïnvloeden), tot op zo’n hoogte dat het
nodig is om systematisch te zorgen voor die consequenties.”
- Transacties: individuen en collectieven die elkaar beïnvloeden
- Je kan in je eentje niks doen aan een inbreker, maar de politie misschien wel
• Voorbeelden van het publieke element:
- Sociale beweging (MLK)
- NGO’s (onafhankelijk vd overheid, werkt voor maatschappelijk belang)
- Burger initiatieven
- Democratische overheden
- Soms private actoren (cybercrime tegengaan door individuen/privaten)
2
, • Van Dewey naar Stone (kijken beide naar gemeenschappelijke problemen):
- Publiek (Dewey) = Gemeenschap (Stone)
- Publieke bezorgdheid (Dewey) = publieke belang (Stone)
- Er is in de politiek (wat overal aanwezig is) nooit een volledige overeenkomst
- Daarom is deze polis (waar politiek wordt bedreven) erg politiek:
gemeenschappen worstelen over het publieke belang
• Gemeenschappelijke problemen I (common problem):
- Publiek en privaat belang bijten elkaar in polis: Kolencentrale zorgt voor
energie voor gezinnen, maar zorgt voor veel vervuiling.
- Gemeenschappelijke problemen = eigen belang en publiek belang die
tegenover elkaar staan
- Meeste beleidsproblemen zijn gemeenschappelijke problemen doordat er
grotere e ecten zijn dan bedoeld
• Gemeenschappelijke problemen II:
- De overheid creëert gemeenschappelijke problemen als twee publieke
belangen botsen: klimaatdoelen van Parijs (publiek belang), wind parken in
zee botsen met het de lokale economie van toerisme aan zee (publiek
belang).
• Moeilijkheid van publiek belang:
- Waarom is de omgang met publiek belang erg moeilijk?
- Gemeenschappelijke problemen zijn macht struggles: Overheid sluit
kolencentrale en daarmee de inkomsten van de eigenaar en zet het publieke
belang hoger. (in zo’n scenario wordt macht geuit)
- Niveau’s van macht (Stone): Invloed, samenwerking, loyaliteit, strategische
controle van info
Het beleid element:
• Beleid (Policy), Staatsinrichting (Polity), Politiek (Politics):
- Polity: Institutioneel element van het politieke systeem zoals grondwetten,
regels en verkiezingssystemen
- Politics: “Wie krijgt wat, wanneer, waarom en hoe?” —> Competitie over
middelen (wat?). Ten koste van anderen (wie?). Aard van politieke macht
(hoe?). De nitie die buiten de overheid gaat en dus breder is over wat
politiek is.
• Birkland: wat is publiek beleid?:
- Georiënteerd richting een probleem (Positivist take: kunnen niet uitleggen
vanaf hun eigen perspectief hoe problemen zijn opgebouwd)
3
ff fi
, - Gemaakt voor het publieke belang
- Georiënteerd richting een doel of gewenste staat
- Uiteindelijk gemaakt door overheden (moeten wel samenwerken met andere
groepen)
- Geïmplementeerd in de praktijk door andere publieke actoren dan de
overheid
- Wat de overheid kiest om te doen of niet te doen
• Birkland vs Knill&Tosun richting beleid:
- B: “Een statement van de overheid (op elk niveau) over wat het wil doen
tegen een publiek probleem.”
- K&T: “Een actie of niet-actie genomen door de overheid of wetgeving met
betrekking tot een speci ek probleem.”
- Publiek element mist bij K&T, B focust op statements en K&T op acties.
- Verhoeven: “Een statement van de overheid (op elk niveau) over wat het wil
gaan doen tegen een publiek probleem, en de acties die het onderneemt om
deze intenties te realiseren.”
• Traditie van beleidswetenschappen:
- Probleem en oplossing georiënteerd
- Multi-disciplinair: van verschillende perspectieven en vakken te bekijken
- Value oriented: belangrijk om de onderliggende factoren/values te bekijken
PP als een proces (met verschillende invloeden en is altijd in beweging):
• K&T:
- “Studenten van PP zijn geïnteresseerd in de processen en besluiten die de
uitkomst van een politiek systeem de niëren.”
- Beleidsvariatie en beleidsverandering
• Rationeel perspectief (niet hetzelfde als positivisme, maar in het positivisme kan je
rationeel naar de wereld kijken):
- Duidelijk doelen stellen
- Kijken naar de mogelijke kosten en winsten van bepaalde doelen
- Het meest e ciënte alternatief kiezen
- Kritiek van Kingdon en Stone: Gelimiteerde individuele informatie opname
capaciteit. Doelen zijn vaak niet gespeci ceerd. Het maken van beleid is niet
een strak geordend proces.
4
ffi fi fi fi
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper thijmen1. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,99. Je zit daarna nergens aan vast.