H1
Het bbp per hoofd van de bevolking een is welvaartsindicator= een maatstaf voor de welvaart.
De armoedegrens is het bedrag dat minimaal nodig is om menswaardig te kunnen leven, dus om
voldoende toegang te hebben tot kleding, drinkwater, voedsel, huisvesting, gezondheidszorg en
onderwijs. Nu 1,90$ per dag.
Omdat de productie van de informele sector niet wordt geregistreerd geeft het officiële bbp per
hoofd een vertekend, te laag, beeld van de koopkracht. In landen met lage inkomens is de informele
sector relatief groter dan in landen met hoge inkomens.
De koopkrachtpariteit is een theoretische wisselkoers die rekening houdt met verschillen in
prijsniveau. Hij kan sterk afwijzen van de werkelijke wisselkoers op de valutamarkt.
HDI (Human Development Index) is een indexcijfer berekend als een gewogen gemiddelde van een
aantal indicatoren. In deze welvaarsmaatstaf wordt niet alleen naar inkomen gekeken.
Deviezen= buitenlandse valuta
OESO= Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling, werd na Tweede
Wereldoorlog opgericht om alles in goede banen te leiden, voor wederopbouw.
IMF= Internationaal Monetaire Fonds, is in 1944 opgericht met als doel het internationale
betalingsverkeer soepel te laten verlopen.
De Wereldbank richt zich speciaal op ontwikkelingslanden. Ze verstrekt leningen tegen zachte
voorwaarden, dat wil zeggen een lage rente en een lange looptijd.
H2
Arbeidsverdeling of arbeidsdeling= de verdeling van het productieproces in deeltaken.
Import= invoer producten
Export= uitvoer producten
Saldo op de handelsbalans= het verschil tussen de uitvoerontvangsten en de invoerbetalingen met
betrekking tot goederen.
Als de ontvangsten de betalingen overtreffen, heeft een land een handelsoverschot. In het
omgekeerde geval is er een handelstekort.
Het begrip volume bij invoervolume en uitvoervolume verwijst naar hoeveelheden, zoals aantallen,
kilo’s of liters.
Waarde = volume x prijs
Je hebt goederenverkeer maar ook dienstenverkeer, ook wel de onzichtbare handel. Dit zijn vooral
geldstromen die te maken hebben met vervoersdiensten en reisverkeer (toerisme).
De invoer- of importquote is de waarde van de ingevoerde goederen en diensten in procenten van
het bbp, terwijl de uitvoer- of exportquote de waarde van de uitvoer van goederen en diensten in
procenten van het bbp is.
Invoerquote= ( invoer : bbp ) x 100%
Uitvoerquote= ( uitvoer : bbp ) x 100%
De quot4es laten de mate van openheid van een economie zien. In theoretische geval dat de quotes
nul zijn, spreken we van een gesloten economie (autarkie).
Open economie= hoge in- en uitvoerquotes.
De wederuitvoer omvat de goederen die zijn ingevoerd, tijdelijk eigendom worden van een
Nederlands bedrijf, en vervolgens weer worden uitgevoerd.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper lunavdb. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,49. Je zit daarna nergens aan vast.