Probleem 4.1 – preventie en bestraffing
Leerdoelen
1. Wat wordt in de literatuur onder pre-crime beleid verstaan?
2. Hoe is de populariteit van pre-crime te verklaren?
3. Op welke manier kunnen big-data en algoritmen bijdragen aan de
criminaliteitscontrole door predictie en hoe moet je het goed
toepassen?
4. Wat zijn mogelijke positieve en negatieve effecten van
criminaliteitscontrole door predictie (en in hoeverre is dit goed te
zoeken)?
5. Op welke wijze zien we pre-crime maatregelen bij de volgende
deelthema’s terug (en wat zijn overeenkomsten/verschillen)?
1. Witwassen
2. Terrorisme
Bronnen
McCulloch, J. & Wilson, D. (2016). Pre-crime: Pre-emption, precaution
and the future. Routledge London and New York. H1, p. 1-12. (LD 1, 2
en 4)
Peeters, R. (2015). The price of prevention: The preventative turn in
crime policy and its consequences for the role of the state. Punishment
& Society, 17(2), 163-183. (LD 2 en 4)
Simmons, R. (2016) Quantifying Criminal Procedure: How to Unlock the
Potential of Big Data in our Criminal Justice System. Michigan State Law
Review 947. (LD 3)
Peeters (2015) – The price of prevention: The preventative turn in crime policy
and its consequences for the role of the state
De afgelopen decennia heeft de punitive turn het terrein van misdaadbeleid aanzienlijk
veranderd. De preventative turn heeft de rol van de overheid erg veranderd.
Introduction: the preventative turn
Preventie kent voordelen, maar heeft ook een prijs. Het verandert de rol van de staat
zodanig dat het sommige kernwaarden van de liberale rechtsstaat bedreigt.
De afgelopen 25 jaar heeft er een punitive turn plaatsgevonden in veel westerse landen.
Deze ontwikkeling wordt gekenmerkt door drie trends:
1. De punitive turn verwijst naar de uitbreiding van opsluiting (in gevangenissen)
sinds de jaren ’70. Tegelijkertijd is het rehabilitatie ideaal afgenomen.
2. Het aantal soorten straffen breidde zich uit; niet meer beperkt tot opsluiting,
maar ook three-strikes wetten, het gebruik van de doodstraf, registratie van
zedendelinquenten, extra beveiligde inrichtingen etc.
3. De punitive turn wordt gekenmerkt en getriggerd door penal populism. Get
tough, zero tolerence. + centrale positie van het slachtoffer.
Volgens Peeters is deze punitive turn maar de helft van het verhaal. Tegelijkertijd heeft er
namelijk ook een preventative turn plaatsgevonden.
, o Garland’s culture of controle valt niet alleen samen met een toename van het
straffen van mensen, maar ook het preventief monitoren van risicoburgers en
proactief politiewerk in het publieke domein.
o Preventie en straffen vullen elkaar aan of fuseren.
Punitief en preventief kan gezien worden als twee kanten van sociale controle: de
eerste probeert criminelen te isoleren van de maatschappij als vorm van vergelding,
terwijl de tweede individueel gedrag en sociale relaties proberen te beheren voordat er
enige inbreuk op de sociale orde heeft plaatsgevonden.
Dit artikel biedt een case study van een van de domeinen waarop de preventieve blik zijn
stempel heeft gedrukt op de rol van de laatmoderne-staat. Dit artikel richt zich op de
opkomst van criminaliteitspreventie in het Nederlandse criminaliteitsbeleid tussen 1980
en 2010.
The expansive logic of prevention
Het is belangrijk om te weten dat preventie niet ‘gewoon’ een beleidsstrategie is. Het
biedt een compleet andere kijk op sociale realiteit. Risico’s worden niet gezien als pech of
iemands lot, maar als ongewenste toekomstige fenomenen die voorkomen kunnen
worden door interventies. De opkomst van preventie is terug te voeren op verschillende
structurele sociale en politieke ontwikkelingen vanaf het laatste kwart van de 20 e eeuw.
Preventie…
o Is grenzeloos: omdat een potentieel oneindig aantal fenomenen relevante
objecten van interventie kunnen zijn. Preventie gaat over toekomstige
mogelijkheden, niet over vastgestelde feiten.
o Is ongrijpbaar: als het gaat over kwantificeerbare risico’s (zoals misdaadcijfers)
kan je preventie alleen evalueren door de verschillen tussen de situatie voor en na
preventie te meten. Je weet alleen niet hoeveel je aan preventie moet doen.
o en heeft een uitgebreide logica: hoe eerder hoe beter. Effectiever als je in een
vroeg stadium ingrijpt.
Dutch crime policy: 1981-2011
Research Design
Deze studie is gebaseerd op een uitgebreide studie van de memo’s van de Nederlandse
overheid over misdaadbeleid, de jaarlijkse toespraken van de Koningin bij de opening van
het parlementaire jaar, de regeringsverklaringen bij aantreden en de verschillende
coalitieafspraken. Dit werd allemaal grondig bestudeerd.
Crime policy and the classic rule of law (pre-1985)
Voor 1980 bestond criminaliteitsbeleid uit arresteren en berechten van een zo groot
mogelijk aantal criminelen. Sinds eind jaren ’70 experimenteerden lokale politie-
eenheden met vormen van situationele misdaadpreventie.
Vóór 1984 was de overheid verantwoordelijk voor de bescherming van burgers tegen
inbreuken op het leven, vrijheid en eigendom. Alles gebaseerd op de wet: alleen strafbaar
als het in de wet staat, als het kan worden bewezen in de rechtbank etc. --> Rule of law.
Sinds het einde van de jaren ’70 groeide de politieke bezorgdheid over de (enorm)
stijgende criminaliteitscijfers. De regering gaf de opdracht tot onderzoek naar de
mogelijkheden van meer preventieve strategieën.
o Dit onderzoek leidde tot beleidsnota van 1985: Society and Crime introduceerde
preventie als een aanvullende strategie naast politiewerk.
o Want: toenemende onrust onder bevolking door de stijgende misdaadcijfers, de
dreigende afname van het vertrouwen in de overheid als beschermer en de
voorspelde daling in de naleving van normen en sociale controle.
Pre-crime overheidsinterventie betekende een tijdelijke verschuiving: preventie
transformeert de rechtspraak in een laatste redmiddel voor het geval waarin preventie
faalt.
Kenmerkend voor deze preventative turn was het onderscheid tussen ernstige
misdaden en kleine misdaden. Ernstige misdaden bleven het exclusieve domein van
politie en justitie, terwijl de kleine criminaliteit werd onderworpen aan preventieve
strategieën.
Petty crime and the preventative turn (1985-1992)
, Doordat kleine criminaliteit massaal toenam, raakte justitie overbelast. De regering
moest haar bestaande aanpak heroverwegen en begon criminaliteit te zien als een
maatschappelijk fenomeen, kwam meer aandacht voor de oorzaken van criminaliteit
(toegenomen welvaart en de individualisering van de samenleving). Volgens de overheid
kon preventie alleen werken als het gezien werd als een gedeelde verantwoordelijkheid
van zowel de overheid als de samenleving.
o Burgers worden opgeroepen zich aan de wet te houden, maar ook om hun
verantwoordelijkheid te nemen bij de preventie m.b.t. hun eigendommen en bij de
handhaving van sociale normen in hun directe leefomgeving (sociale controle).
Gevolg hiervan is wel dat de gehele samenleving nu onderworpen wordt aan
staatsinterventie.
Nieuwe preventiestrategie bestond uit technische preventie (sloten, alarm, herontwerpen
bebouwde omgeving) ter compensatie voor de afname van sociale controle.
Personalised prevention: the people behind petty crime (1993-2001)
Tijdens de jaren ’90 nam de Nederlandse overheid een meer actieve rol in het voorkomen
van criminaliteit. Waar gemeenten vooral verantwoordelijk waren tijdens de eerste fase
van de preventiestrategie, werd een meer centrale overheidssteun noodzakelijk toen
preventie zich ging richten op de meer structurele oorzaken van criminaliteit.
o In plaats van alleen focus op situationele misdaadpreventie, concentreerde
overheid zich ook op de plegers van kleine criminaliteit en de buurten waarin zij
leefden.
o Het structureel voorkomen van criminaliteit werd gezien als een kwestie van het
opnieuw integreren van daders in de samenleving en het voorkomen dat
potentiële daders een criminele carrière starten.
De voedingsbodem voor crimineel gedrag was volgens de regering sociale problemen,
zoals werkloosheid, eenoudergezinnen, verslaving etc. Criminaliteitspreventie
ontwikkelde een sterke band met welzijnsbeleid.
o Vooral aandacht voor adolescenten.
o Persoonlijke aanpak ontwikkeld: bestond uit o.a. opvoedingsondersteuning,
taalonderwijs voor slecht geïntegreerde minderheden, ondersteuning voor
voortijdige schoolverlaters, tegengaan van schoolverzuim en verstrekken van
informatie over de gevaren van alcohol, drugs, vandalisme en geweld.
Overlap preventative en punitive turns zit ‘m vooral in de toenemende zichtbare
aanwezigheid van politie op straat. Punitive zie je terug in de wetshandhaving, preventief
in het afschrikkende effect dat het zien van politie heeft.
o Deze nieuwe en gepersonaliseerde strategieën zorgde ervoor dat er meer actoren
betrokken raakten bij preventie, zoals jeugdzorg, reclassering en scholen. Niet
meer alleen in handen van politie en justitie.
o De focus op eerder ingrijpen is een logische vooruitgang als je kijkt naar de
preventieve aanpak van kleine criminaliteit: in plaats van het louter stoppen van
individuele criminaliteit door middel van surveillance etc, probeert de overheid nu
de sociale structuren die zorgen voor criminaliteit aan te pakken!
Nieuwe preventieve beleid is opereert dichter bij de burger en streeft ernaar zo snel
mogelijk in te grijpen.
Prevention in the security paradigm (2002-2011)
‘Veiligheid begint met preventie’ is de titel van een beleidsnota uit 2007. Het begrip
‘veiligheid’ komt om de hoek kijken. Het veiligheidsparadigma breidt de preventieve
reikwijdte uit naar een oneindig aantal potentiële bedreigingen voor de openbare orde.
Criminaliteit is een individuele handeling, veiligheid is een ‘status’. De overheid wil ‘de
samenleving beschermen’.
In het veiligheidsparadigma maakte de overheid, meer dan voorheen, risico’s een
expliciet onderwerp van staatsinterventie.
o Gepersonaliseerde programma’s voor veelplegers en probleemjongeren.
Vroegtijdige detectie van risico’s is een voorwaarde voor vroegtijdige interventie.