Week 3
HC.2 Vorm-functie relatie in
weefsel: huid
De huid
Epitheel
Typen epitheel
Bedekkend epitheel
- Eenlagig Plaveisel-, Kubisch, Cilindrisch
- Meerlagig Plaveisel-, Kubisch, Cilindrisch, Overgangs-
Secretoir/klierepitheel
Grens tussen binnen- en buitenwereld
Functies van de huid
Bescherming mechanisch, afweer
Opvang van signalen tast, druk, temperatuur, pijn, afweer
Thermoregulatie zweten, vasoconstrictie, -dilatatie
Metabool vitamine D, zweet, talg, melk
Communicatie teint (blozen, bleek, geelzucht, spots), geur (seksuele signalering)
Absorptie licht (zichtbaar, IR, UV), farmaca
Schematische opbouw
Histologisch
Epitheel, bindweefsel
Micro-anatomisch
Epidermis, dermis, hypodermis
Lagen van de epidermis: verhoorning
Stratum basale: celdeling
Stratum spinosum: keratinocyten
Stratum granulosum: granula keratinekorrels
Stratum lucidum: geen celkern meer
Stratum corneum: hoornlaag
Kenmerken epidermis – keratinocyten
Cell renewal: opbouw vanuit stamcellen
Samenhang en verbinding: desmosomen
Nauwelijks tussenstof, geen bloedvaten
Opbouw in lagen: fasen in keratinisatie/verhoorning
Ondoordringbaarheid
Vitamine D productie: str. Basale + spinosum
7-dehydrocholesterol vitamine D3
Cellulaire samenstelling van de epidermis
Keratinocyten
Langerhanscellen
Netwerk in epidermis: cellichaam in str. Spinosum
Type dendritische cel
, Week 3
Migreert uit de epidermis bij (schade)prikkel lymfeklier
Immunologische sensor
Pigmentatie (afweer)
Melanocyten
Exocytose van melanine korrels
Melanine productie gestimuleerd door UV
Melanine granula
Endocytose van melanine korrels door keratinocyten
Gelocaliseerd als cap boven de kern
Schade door uv-straling DNA-schade
Bescherming ontstekingsreactie, DNA repair, pigmentatie stijgt, dikkere huid, factor smeren
Samenstelling van de dermis
Papillaire dermis
Reticulaire dermis
Bindweefsel: cellen, vezels, amorfe matrix, weefselvloeistof
Sensoren in de huid
Merkel cellen
Lichaampjes van Vater-pacini:
Dermis
Hypodermis
Inwendige organen
Vascularisatie van de huid
Capillairen in de dermis
Veroudering
Huid wordt dunner
Hoornlaag wordt dunner
Papillen worden vlakker
Huid bevat minder collageen
Elasticiteit neemt af (elastine aggregeert)
Verdwijnen glycosaminoglycanen (water)
Samenvatting
4 basistypen weefsel: epitheel, bindweefsel, spierweefsel, zenuwweefsel
Bedekkend epitheel heeft diverse verschijningsvormen afhankelijk van de functie
Huid: meerlagig verhoornd plaveiselepitheel epidermis
losmazig + vezelig bindweefsel dermis
Lagen epidermis opgebouwd vanuit stamcellen (cell renewal)
Huidfuncties: bescherming, signaalopvang, thermoregulatie, communicatie, secretie, absorptie
Adaptatie van de huid aan uitwendige omstandigheden is een nauwkeurig gereguleerd proces
HC.3 Bindweefsel
, Week 3
Functies bindweefsel
Structuur, vorm, ondersteuning, bescherming
Verbinding – cellen en andere weefsels
(geleiding bv bloedvaten en zenuwen)
Transport – nutriënten en afvalstoffen
Cellen bloed
Vier componenten in alle typen bindweefsel
Cells, cellen
Fibers, vezels
Ground substance, tussenstof
Tissue fluid, weefselvloeistof
Relatieve hoeveelheden en kwaliteit bepalen eigenschappen van bindweefsel
Cellen in bindweefsel
Fibroblasten, adipocyten
Komen uit mesenchym, blijven in weefsel
Plasmacellen, macrofagen, mestcellen, neutrofielen, eosinofielen, basofielen, lymfocyten
Komen uit beenmerg, transiënt, migreren van/naar bloed en lymfe
Fibroblast (actief) vs Fibrocyt (rust)
Fibroblast met actieve synthese van vezels en tussenstof moleculen hebben grote ovale kern, veel
ruw endoplasmatisch reticulum, goed ontwikkeld Golgi-apparaat, cytoplasmatische uitlopers in
vergelijking tot fibrocyten
Typen vezels
Collagene vezels – collageen
Dik (I) weerstaan tractie, frictie
Dunner (III) geven/behouden van structuur in weefsels/organen
Collageen type I vormt vezels en bundels
Reticulaire vezels – collageen type III, sterk geglycoliseerd
Elastische vezels – elastine
Tussenstof (grondsubstantie)
Vult ruimten tussen vezels en cellen in het bindweefsel
Sterk gehydrateerd, kleurloos mengsel van macromoleculen
Visceus – smeermiddel, en barrière voor indringers
Bevordert diffusie van nutriënten en afvalstoffen in bindweefsel
Reservoir groeifactoren (rol bij herstel weefselschade)
Glycosaminoglycanen
(GAG) is een onvertakt lang polymeer opgebouwd uit repeterende disaccharide eenheden
Hyaluronan, dermataan-sulfaat, chondroïtine-sulfaat, kerataan-sulfaat, heparaan-sulfaat
Sterk hydrofiel: sterk waterbindend vermogen
Proteoglycanen
Een eiwitkernstructuur waaraan glycosaminoglycaan (GAGs; de gesulfateerde varianten) moleculen
covalent zijn gebonden
Multi-adhesieve glycoproteinen
Faciliteren adhesie van cellen aan ECM molculen