Samenvatting: Bestuurlijke Ethiek
College 1 Introductie
Machiavelli
College 2 Utilisme
Becker (h3)
Taylor
College 3 Plichtethiek
Kant
Rawls
College 4 Deugd-ethiek
Becker (h5)
MacIntyre
College 5 Integriteit
Becker (h7)
College 6 Vrijheid en paternalisme
Mill (h1)
Borenstein & Arkin
College 7 Privacy
Roessler
Possner
College 8 Vrijheid van meningsuiting
Mill (h2)
College 9 Verantwoordelijkheid
Thompson
Rubel et al
Sparrow
College 10 De goede ambtenaar in een digitale
Zouridis et al context
College 11 Verdelende rechtvaardigheid
Callahan
Mittelstadt
College 12 Publieke waarden in de platform-
Van Dijck samenleving; digitalisering en bureau-
Danaher cratie
College 13 Vuile handen
Walzer
Dershowitz
College 14 Publieke deliberatie
,College 1: introductie
Machiavelli
Wat doen college 1
Zes kritiekpunten
Zes kritiekpunten nader bekeken
Erasmus en Machiavelli over een goede vorst
Leesvragen
Centrale vragen college 1
Waarom aandacht voor ethiek?
Hoe verschil de ethische kijk van andere benaderingen?
Hebben ethiek en macht iets met elkaar te maken?
Zes kritiekpunten op ethiek als cursus
1e kritiek: normen en waarden onderzoek hebben we toch bij andere vakken al gehad
Elk vak in de eerdere opleiding laat al normen en waarden zien
Al heel vaak in aanraking gekomen met normen en waarden. Zoals met Weber: bureaucratie en
protestantse ethiek. Normen en waarden verklaren wat wij doen.
Hofstede: heersen van verschillende waarden voor organisatiemodellen. Verschillen Noorden en
Zuiden
PSM: normen en waarden bij de overheid versus bedrijfsleven
2e kritiek: we weten toch allemaal al lang wat goed en slecht is
We hebben de normen en ethische opvoeding al achter de rug, waarom nog een cursus erover.
We weten toch allemaal wat goed en slecht is?
Coolberg: bekende indeling vermogens. Het idee van goed en slecht. Eind van puberteit ben je
een volkomen mens, een ethisch mens. Je weet wat goed en slecht is. Je hebt het dus al gehad
tijdens de vorming als mens.
We weten toch allemaal wat goed en slecht is. Bijvoorbeeld ook de Bijbel.
Er zijn ook mensen die geen mensen van goed en kwaad hebben, die zetten we uit de
samenleving en geven we TBS.
3e kritiek: over ethiek kun je toch niets objectiefs zeggen, dat is subjectief, een kwestie van gevoel
Is er wel iets objectiefs te zeggen over ethiek, is het niet een kwestie van persoonlijke
preferenties?
Argument dat zegt wat goed en slecht is, zijn eigenlijk voorkeuren van jezelf. Het is dus subjectief
wat je goed of fout vindt. Zijn het geen preferenties wat je meer passend vindt? Kortom; is er wel
iets objectiefs te zeggen over ethiek?
Zie je niet dat als je naar verschillende culturen kijkt, dat er verschillende opvattingen zijn over
goed en slecht? Willekeurig en wie aan het woord is.
4e kritiek: wetenschap moet toch neutraal, waardenvrij zijn
Taylor; Wilson; Weber; grondleggers bestuurskunde. Geven aan dat in wetenschap van
bestuurskunde het gaat om dat het feitelijkheden. Dus wetenschap en politiek zijn gescheiden.
Politiek gaat over waarden. Wetenschap over feitelijkheden.
5e kritiek: in bestuur en politiek heb je toch ook al recht
Ethiek gaat over normen en waarden. Het gaat dus over normativiteit. Als bestuurskunde ga je
over bestuur. Bestuur is recht, en is dus vastgelegd. Het is zodoende al normatief vastgelegd.
,6e kritiek: politiek is een kwestie van macht om je doelen te realiseren: daarin heeft ethiek geen
plaats
Ethiek is leuk voor alledag, maar in bestuur heeft ethiek toch geen plek. Dan krijg je niets voor
elkaar. Als Trump niet Trump was, zou hij niets voor elkaar krijgen. Poetin idem dito.
Machiavelli; in de politiek zit ethiek je in de weg. Heeft daar geen plek. Anders krijg je niets voor
elkaar. Ethiek moet je dus aan de kant schuiven.
Zes kritiekpunten nader bekeken
1e Normen en waarden-onderzoek dat hebben we toch bij andere vakken al gehad
Waren dat dan verkeerde vakken? Nee. Bij alle vakken is op een bepaalde manier naar normen
en waarden gekeken. Bv. Hofstede als je een bepaalde culturele waarden set hebt, heb je
bepaald organisatiegedrag. Het is dus een verklarende variabele. De wetenschap en vakken die je
kent, gaan dus over waarden en normen met feiten, die verklarende variabele zijn.
We gaan in deze cursus niet verklaren, maar rechtvaardigen/ beoordelen. Wat voor redenen
geven mensen, hoe beoordeel je situaties en welke termen gebruik je?
Verschil buiten/binnen perspectief. Socioloog staat op afstand en ziet dat westerse mensen zich
op een bepaalde manier gedragen. Het buitenperspectief. Wij gaan binnen perspectief nader
bekijken. We blijven binnen de werkelijkheid van jezelf en of dingen goed en slecht zijn voor
jezelf. Neemt geen afstand en blijft in morele wereld.
“Mannen zijn gelijkwaardig aan vrouwen en dat is zo omdat ik tot de Joods- Christelijke traditie
behoor.”: Deze uitspraak is gelinkt aan de cultuur. Je zegt twee dingen die niet bij elkaar passen:
o Binnen perspectief jij als oordeel zegt ze zijn gelijkwaardig
o Maar ook buiten perspectief: want het is een christelijk ding. Je kan niet wijze waar het
vandaan komt, maar verschuild dus achter cultuur
2e We weten toch allemaal al lang wat goed en slecht is
Er zijn momenten waarbij je je afvraagt wat moet je hier eigenlijk doen? Of achteraf; heb ik dat
wel goed gedaan? We weten heel goed de morele wereld. Maar dit geeft niet altijd het goede
idee van wat goed en slecht is. Je doet dit in je hoofd. Ook regelmatig met elkaar, was dat niet
verkeerd wat hij deed? Kiezen tussen dit en dit, wat kan ik het beste doen?
Ja, we weten dus veel van de morele wereld. Maar dat wil niet zeggen dat we altijd weten wat
we ergens van vinden.
Bijvoorbeeld: integriteit, rechtvaardigheid, verantwoordelijkheid en eerlijkheid. Maar wat
betekent dat eigenlijk? Blijkt lastiger dan je denkt. We weten het wel, maar op een vage manier.
Helemaal in situaties die nieuw zijn. Zoals digitalisatie en omgaan met computers en data
verzamelen.
3e Over ethiek kun je toch niets objectiefs zeggen, dat is subjectief, een kwestie van gevoel
“Dat vind ik”, Ik vind dat rechtvaardig. Dit betekent iets anders als: ik vind komkommer vies. Met
onrechtvaardig bedoel je dat er een maatstaf is. Een handeling die niet klopt. Dus als je beroep
doet op ethiek met ‘ik vind dat’ onrechtvaardig, dan is dat geen voorkeur in de zin van iets lekker
vinden, maar je doet een beroep op een norm die buiten jezelf ligt. Je wil zeggen dat als je erover
nadenkt, iemand anders dat ook vindt. Het is een norm. Je doet beroep op een norm buiten
jezelf en je overstijgt en andere dus ook overstijgt. Je appelleert als je een oordeel vormt.
o Echter: Transcendentie, de normen zijn er al (het overstijgt mij en jou). Je hebt je eraan
te houden. Liggen buiten jezelf en overstijgen je. Je doet er een beroep op, geldt voor
jezelf en anderen. Dat is dus niet puur subjectief, maar overstijgt.
“Dat vinden wij”, normen en waarden zijn cultuurgebonden. Is te snel om te zeggen dat het
verschillend is binnen culturen. Ja, er zijn verschillen. Maar zelfs al ben je bij een bepaalde
cultuur en denken zij over goed en slecht, dan heb je met je eigen club hoe je goed zou moeten
omgaan met andersdenkende. Bijvoorbeeld tolerantie; een moreel concept. Ook zelfs in
, opvattingen over de wereld heb je overstijgende normen. Bijvoorbeeld mensenrechten. Iedereen
respecteren. Het is te makkelijk te zeggen dat er verschillen zijn. Het begint daar pas echt.
4e Wetenschap moet toch neutraal, waardenvrij zijn
Politiek is normen en waarden. Wetenschap is feitelijk.
o Allereerst; de ethische beslissingen die elke wetenschapper moet nemen. Weber zegt
zelfs als je objectief onderzoek wil doen, moet je morele keuzes maken. Al is het al de
keuze van het onderzoek. Waar tijd voor en wat is van belang? Kun je alleen
beantwoorden met ethische vraagstuk en zit je in dat veld van ethische ethiek.
o De waarden van goed bestuur. Boek: het bestuur van barbaarsheid, is van ISIS. Een
handboek waarin uitgelegd wordt hoe je mensen moet dwingen, martelmethodes moet
toepassen etc. Handboek van bestuur volgens de normen van ISIS. Dit laat zien dat er
meerdere manieren zijn. Is goed bestuur wat wij vinden of wat ISIS vindt? Dwingt je tot
nadenken en dus niet feitelijk bezig, maar met waarden en normen.
o Evaluatief onderzoek: kijken of de werkelijkheid voldoet aan de normen. Is het beleid
goed? Voldoet het aan een goede werkelijkheid? Dus je denkt na hoe had de
werkelijkheid moeten zijn, om te kijken hoe het goed is. Een waardeoordeel.
5e In bestuur en politiek heb je toch ook al recht
Verschillen tussen recht en ethiek
Recht is verbieden, ethiek hoop je dat het wijst wat je wel mag.
Recht is opgeschreven met wetten, ethiek is niet altijd vastgelegd. Ethiek is ongrijpbaar en
levend.
Recht zitten er sancties aan vast. Ethiek minder. Maar ethische kwesties hebben gevolgen. In
recht is duidelijk welke straf je krijgt, met hele systematiek met sancties.
Ethiek en recht wijzen dezelfde kant op om het goede te doen. Recht uitwendig, ethiek meer
inwendig.
Recht is ordenend. Denk aan links of rechts rijden. Drukt niet meteen goed en slecht uit.
Overeenkomsten tussen recht en ethiek
Ethiek gaat over het goede. Recht wil het goede laten gebeuren. Is het verlengde van de ethiek.
Set van ethische overtuigingen, die in het recht vastgelegd zijn om niet het foute te doen.
Allebei normatief, gericht op het goede.
Kan recht zonder ethiek?
Recht kan niet op zichzelf staan. Denk aan Hitler. Volgens recht kon het, maar was het goed? Je hebt
dus idee nodig van goed en slecht = ethiek.
Je moet weten wat goed en slecht is. Anders kun je het niet afdwingen.
Legitimiteit; waarom heeft de staat het gezag en waarom luister je ernaar? Als de overheid aan
de goede kant staat. Je moet wel weten wat dan goed is. Ethiek is dan de grondslag.
6e Politiek is een kwestie van macht om je doelen te realiseren: daarin heeft ethiek geen plaats
Ethiek is leuk voor het leven van alledag, maar heeft in politiek geen plaats. Kijken naar Machiavelli
en Erasmus:
Erasmus (1467 – 1536, Noordelijke renaissance)
Tijdgenoot van Machiavelli.
Renaissance: terug naar de oudheid. Heropleving, uit de tijd van donkere tijden.
Terug naar de tijd van de mensheid, het individu. Hiervoor zaten ze in de tijd onder de christelijke
paraplu. Hierbij stond centraal een hoger afgegeven waarheid, waarin je in het collectief zat.