Antwoord: Voor dit boek is als uitgangspunt genomen dat kennis datgene is wat iemand in staat stelt om informatie te verwerken
2.
Waar is informatiemanagement op gericht?
Antwoord: Informatiemanagement is gericht op het optimaliseren van de informatievoorziening.
3.
Waar is kennismanagement op gericht?
Antwoord: Kennismanagement is er op gericht om de juiste kennis aan te wenden binnen het informatieverwerkingsproces. Dit is zowel van belang bij het verzamelen van de relevante gegevens als bij de verwerking van informatie.
4.
Wat is expliciete kennis?
Antwoord: Expliciete kennis staat los van een mens. Deze kennis vindt men terug in vastgelegde vorm.
5.
Wat is impliciete kennis?
Antwoord: Impliciete kennis is kennis die niet losstaat van een mens. Kennis die zich in de hoofden van werknemers bevind.
6.
Bij de verhouding tussen impliciete en expliciete kennis kunnen vier processen met betrekking tot kennisoverdracht worden onderscheiden. Beschrijf deze vier processen.
Antwoord: • Explicitatie. Bij explicitatie wordt iemands impliciete kennis expliciet gemaakt.
• Internalisatie. Bij internalisatie maakt iemand zich expliciete kennis eigen, waardoor het onderdeel van deze persoon zijn impliciete kennis wordt.
• Socialisatie. Hierbij leren mensen direct van elkaar zonder dat kennis eerst hoeft te worden geëxpliciteerd.
• Combinatie. Hierbij wordt verschillende expliciete kennis bij elkaar gebracht waardoor de waarde van de kennis toeneemt.
7.
Bij goed kennismanagement moet aan drie processen aandacht worden besteed. Beschrijf de drie processen.
Antwoord: • Borgen van kennis. De doelstelling achter het borgen van kennis is te voorkomen dat een organisatie bedrijfskritische kennis verliest. Het ideaalbeeld uit de begindagen van het kennismanagement was dat een organisatie volledig onafhankelijk kon worden van zijn werknemers door alle aanwezige kennis vast te leggen. Het vastleggen van kennis wordt dan gebruikt als methode voor kennisborging. Echter lang niet alle kennis laat zicht vastleggen. En voorzover kennis we is vast te leggen zou het wel eens een erg duur en tijdrovend proces kunnen zijn.
• Toepassen van kennis. Wanneer kennis wordt geborgd wil dit nog niet zeggen dat de kennis ook gebruikt wordt. Een belangrijk aspect van het kennismanagement is er voor te zorgen dat de juiste kennis op de juiste plaats en op het juiste tijdstip bij de informatie-verwerking wordt toegepast. Een van de methoden die gebruikt kan worden bij het toegepast krijgen van beschikbare kennis is het in kaart brengen van het informatie-verwerkingsproces.
• Vergaren van kennis. Om in de toekomst concurrerend te kunnen blijven zal een organisatie ook nieuwe kennis moeten verwerven. Dit kan door kennis van buitenaf aan te trekken of door zelf nieuwe kennis te ontwikkelen
8.
Wanneer spreken we innovatiemanagement?
Antwoord: Tegenwoordig lijkt op het vergaren, ontwikkelen en implementeren van nieuwe kennis de nadruk te liggen. We spreken dan van innovatiemanagement.
9.
Wat zijn de drie belangrijkste vormen van het intellectuele eigendom voor kennismanagement.
Antwoord: • Het auteursrecht.
• Het databankenrecht.
• Het octrooirecht.
10.
Wanneer komt een werk in aanmerking voor geschriftbescherming?
Antwoord: Wanneer een werk geen oorspronkelijk karakter heeft, dan kan er een geschriftbescherming op het werk rusten. Het slaafs kopiëren is dan niet toegestaan, maar het bewerken wel.
Voorbeeld van de inhoud
Juridische aspecten van kennismanagement.
Mr. Dr. J. J. Dijkstra &
Mr. Dr. E. M. Kneppers-Heijnert.
2. Kennismanagement.
Voor veel ondernemingen geldt dat kennis de belangrijkste productiefactor is geworden. Daarbij
gaat het zowel om expliciete kennis (kennis vastgelegd in bijvoorbeeld boeken of
computersystemen) als om impliciete kennis (kennis aanwezig in de hoofden van medewerkers).
Een van de grote problemen binnen het kennismanagement is dat er niet een eenduidige definitie
van het begrip kennis bestaat. Voor dit boek is als uitgangspunt genomen dat kennis datgene is
wat iemand in staat stelt om informatie te verwerken.
Informatie bestaat uit relevante gegevens. De relevante gegevens moeten worden bekeken in het
licht van het geval. Kennis speelt een cruciale rol bij het selecteren van relevante gegevens.
Kennis stelt iemand in staat om betekenis te geven aan een gegeven in het licht van een bepaald
probleem.
Kennis is vereist voor zowel de selectie van de informatie als voor het verwerken van de
informatie. Om tot juiste conclusies te komen is juiste en volledige informatie nodig naast juiste
en volledige kennis.
Bij de middelen die worden ingezet ter ondersteuning van het informatieverwerkingsproces
binnen een onderneming kunnen we een onderscheid maken tussen middelen ter ondersteuning
van de informatievoorziening en middelen ter ondersteuning van de kennisvoorziening.
Informatiemanagement is gericht op het optimaliseren van de informatievoorziening.
Kennismanagement is er op gericht om de juiste kennis aan te wenden binnen het
informatieverwerkingsproces. Dit is zowel van belang bij het verzamelen van de relevante
gegevens als bij de verwerking van informatie.
De kennis die mensen gebruiken bij informatieverwerking zit ofwel in hun hoofd, of het is in een
(digitale) geschreven vorm beschikbaar. We hebben het dan over impliciete en expliciete kennis.
Expliciete kennis staat los van een mens.
Impliciete kennis is kennis die niet losstaat van een mens.
Bij de verhouding tussen impliciete en expliciete kennis kunnen vier processen met betrekking tot
kennisoverdracht worden onderscheiden:
Explicitatie. Bij explicitatie wordt iemands impliciete kennis expliciet gemaakt.
Internalisatie. Bij internalisatie maakt iemand zich expliciete kennis eigen, waardoor het
onderdeel van deze persoon zijn impliciete kennis wordt.
Socialisatie. Hierbij leren mensen direct van elkaar zonder dat kennis eerst hoeft te
worden geëxpliciteerd.
Combinatie. Hierbij wordt verschillende expliciete kennis bij elkaar gebracht waardoor
de waarde van de kennis toeneemt.
Kennismanagement richt zich op het beheer van kennis in de organisatie als productiefactor voor
de informatieverwerking. Het gaat daarbij zowel om het managen van impliciete als expliciete
kennis. Bij goed kennismanagement moet aan drie processen aandacht worden besteed:
Borgen van kennis. De doelstelling achter het borgen van kennis is te voorkomen dat
een organisatie bedrijfskritische kennis verliest. Het ideaalbeeld uit de begindagen van
het kennismanagement was dat een organisatie volledig onafhankelijk kon worden van
zijn werknemers door alle aanwezige kennis vast te leggen. Het vastleggen van kennis
wordt dan gebruikt als methode voor kennisborging. Echter lang niet alle kennis laat
zicht vastleggen. En voorzover kennis we is vast te leggen zou het wel eens een erg duur
en tijdrovend proces kunnen zijn.
Toepassen van kennis. Wanneer kennis wordt geborgd wil dit nog niet zeggen dat de
kennis ook gebruikt wordt. Een belangrijk aspect van het kennismanagement is er voor te
zorgen dat de juiste kennis op de juiste plaats en op het juiste tijdstip bij de informatie-
, verwerking wordt toegepast. Een van de methoden die gebruikt kan worden bij het
toegepast krijgen van beschikbare kennis is het in kaart brengen van het informatie-
verwerkingsproces.
Vergaren van kennis. Om in de toekomst concurrerend te kunnen blijven zal een
organisatie ook nieuwe kennis moeten verwerven. Dit kan door kennis van buitenaf aan
te trekken of door zelf nieuwe kennis te ontwikkelen. Tegenwoordig lijkt op het vergaren,
ontwikkelen en implementeren van nieuwe kennis de nadruk te liggen. We spreken dan
van innovatiemanagement.
Bij alle drie de processen speelt het delen van en kennis een belangrijke rol. Het delen van kennis
vormt een brug tussen de kennis die de individuele medewerker bezit en de kennis die de
organisatie bezit. Mensen aanzetten tot het delen van kennis is misschien wel het moeilijkste
aspect van kennismanagement. Kennisuitwisseling is niet vanzelfsprekend. Socialisatie is de
meest directe vorm van leren maar heeft als nadeel dat er alleen geleerd kan worden bij
aanwezigheid van degene die de kennis bezit. Externalisatie leidt tot een indirecte manier van
kennisuitwisseling maar heeft als voordeel dat de kennis voor iedereen wordt vastgelegd. Een
nadeel is evenwel dat de kennis eerst moet worden vastgelegd en dat kan een kostbaar proces zijn.
een probleem bij het delen van kennis binnen organisaties is het tegengestelde belang dat de
individuele werknemer en werkgever hierbij kunnen hebben. Ook werknemers onderling kunnen
tegengestelde belangen hebben bij het delen van kennis. De bedrijfscultuur is zeer bepalend voor
het delen van kennis.
3. Rechten op expliciete kennis.
Bij rechten op expliciete kennis gaat het vooral om intellectuele eigendom. Dit betreft rechten op
een creatieve prestatie. Het feit dat iemand een creatieve prestatie heeft geleverd, geeft hem een
recht op deze prestatie te exploiteren. De belangrijkste vormen van intellectuele eigendom
waaraan we moeten denken zijn:
Het auteursrecht.
Het databankenrecht.
Het octrooirecht.
Bij de intellectuele eigendomsrechten moet het duidelijk zijn waarop het recht zijn gelding heeft.
In het geval van kennis zal de kennis waarop het intellectuele eigendomsrecht betrekking heeft
duidelijk moeten zijn omschreven.
Het auteursrecht beschermt kennis die is vastgelegd. Het auteursrecht beschermt de weergaven
van deze kennis en kan gebruikt worden om er voor te zorgen dat alleen de eigen werknemers
toegang mogen krijgen tot deze documenten.
Het auteursrecht heeft betrekking op werken van letterkunde, wetenschap of kunst. Er geldt als
bijkomende ei dat het werk ‘ een eigen oorspronkelijk karakter bezit en het persoonlijk stempel
van de maker draagt’. Voor het verkrijgen van auteursrecht is geen bijzondere rechtshandeling
vereist. Het auteursrecht ontstaat met de schepping van het werk.
Het auteursrecht geeft twee exploitatierechten: het recht op verveelvoudiging en het recht op
openbaarmaking. Bij verveelvoudiging moet vooral worden gedacht aan het elektronisch of
reprografisch kopiëren van een document. Bij openbaar maken gaat het om het publiek
toegankelijk maken van het werk.
De belangrijkste bescherming die het auteursrecht biedt in het kader van kennismanagement is het
niet mogen kopiëren van kennisdocumenten zonder toestemming van de rechthebbende. Ook de
bewerking of nabootsing die niet een nieuw oorspronkelijk werk oplevert is een auteursrechtelijk
relevante kopie.
Wanneer een werk geen oorspronkelijk karakter heeft, dan kan er een geschriftbescherming op
het werk rusten. Het slaafs kopiëren is dan niet toegestaan, maar het bewerken wel.
Het toepassen van ideeën die in een kennisdocument staan beschermen levert geen
auteursrechtinbreuk op. Het auteursrecht beschermt alleen de weergave van de ideeën maar niet de
inhoud.
Met behulp van het auteursrecht kan een werk worden geëxploiteerd.
Een auteursrechtinbreuk levert de auteursrechthebbende een recht op schadevergoeding,
winstafdracht en een recht op afgifte van de illegale kopieën.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Yoniv. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,48. Je zit daarna nergens aan vast.