Annotatie bij,
HvJ EU 19 april 2018, C–565/16, ECLI:EU:C:2018:265 (Saponaro en Xylina)
1.
Michael X. overleed in 2015 op het eiland Leros. Zijn nalatenschap omvatte mogelijk een
schadevergoedingsplicht. Daarom kozen zowel zijn echtgenote als zijn kinderen voor
verwerping van deze nalatenschap. Dientengevolge dat zijn kleindochter nu de enige
erfgenaam was. Vandaar dat de ouders van dit minderjarige meisje besluiten verwerping van
de nalatenschap te verzoeken aan de Griekse rechter. 1 De opkomende rechtsvraag hierbij is
of deze rechter wel bevoegd is, aangezien zowel de ouders als het meisje in Italië wonen.
Om dit te beoordelen zal er gekeken moeten worden naar art. 12 lid 3 Brussel II-bis. 2 Deze
verordening omvat namelijk ook de situaties waarin erfrecht onder de ouderlijke
verantwoordelijkheid valt.3 In art. 12 lid 3 zijn de voorwaarden gegeven voor prorogatie van
de rechtsmacht, waarmee afgeweken kan worden van de hoofdregel uit art. 8. 4 Deze
voorwaarden roepen verschillende vragen op.5 Is er sprake van uitdrukkelijke of
ondubbelzinnige aanvaarding door ‘alle partijen’ van de bevoegdheid van de Griekse
rechter? Valt het Griekse Openbaar Ministerie (hierna: OM) ook onder ‘partij’ in de zin van
art. 12 lid 3? Ten slotte is het de vraag of het belang van het kind gerechtvaardigd is.
2.
Onderhavige rechtszaak illustreert dat de rechter moeite heeft met de uitleg van art. 12 lid
3. Dit begint allereerst bij het vereiste van aanvaarding van de bevoegdheid van de rechter.
1
S.H. Heijning, WPNR 2019/7253, p. 685-688.
2
Bij samenloop in EU-lidstaten heeft Brussel II-bis voorrang op het Haags Kinderbeschermingsverdrag
1996 als de gewone verblijfplaats van het kind zich in een lidstaat bevindt, o.g.v. art. 61 Brussel II-bis.
3
Dit volgt uit HvJ EU 6 oktober 2015, C-404/14, ECLI:EU:C:2015:653, r.o. 29 (Matoušková), waarin
bepaald werd dat het verzoeken van een (rechterlijke) machtiging voor het verwerpen van een
nalatenschap (voor een minderjarige) valt binnen de reikwijdte van Brussel II-bis, omdat het tracht
de vermogensrechtelijke belangen van een minderjarige te waarborgen o.g.v. art 1 lid 2 sub e jo. art.
2 sub 7.
4
Art. 8 Brussel II-bis regelt dat in principe de rechter van de lidstaat waar het kind zijn gewone
verblijfplaats heeft bevoegd is; zie ook art. 797 van de Kodikas Politikis Dikonomias.
5
Art. 12 lid 3 bepaalt het volgende: a) het kind moet een nauwe band met die lidstaat hebben;
b) hun bevoegdheid op het tijdstip waarop de zaak bij het gerecht aanhangig is gemaakt, moet
uitdrukkelijk dan wel op enige andere ondubbelzinnige wijze zijn aanvaard door alle partijen bij de
procedure en door het belang van het kind worden gerechtvaardigd.
1
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper lawgirl32. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,99. Je zit daarna nergens aan vast.