Inhoud
Hoofdstuk 1................................................De vier O’s van helder denken:
2
Hoofdstuk 2...................................................................... 6 vervormingen:
3
Hoofdstuk 3.................................................................. Argumentenladder
5
Hoofdstuk 4.................................................... 4 Argumenten types:
5
Hoofdstuk 5.......................................................................... 6 denkfouten:
7
Hoofdstuk 6............................................................ 7 vooronderstellingen:
9
Hoofdstuk 7................................. 7 psychische oorzaken van denkfouten:
10
1
,Hoofdstuk 1 De vier O’s van helder denken:
1. Observeren
2. Ordenen
3. Oordelen
4. Overdenken
Observeren
Helder denken begint met goed waarnemen, met gegevens verzamelen, met
kijken, luisteren en vragen stellen. Dit wordt samengevat onder de noemer
observeren. Het gaat over de manier waarop informatie ons brein binnenkomt.
Ordenen
Je komt bij ordenen als je de benodigde informatie verzameld hebt. Het
structureren van informatie komt veelal neer op puzzelwerk.
Oordelen
In deze denk stap weeg je de verzamelde argumenten letterlijk tegen elkaar op.
Overdenken
Deze stap las je na elke fase in.
Overtuigen moet weggehaald
worden en de 4 moet bij
overdenken
staan.
3 concepten van
helder en
kritisch denken:
VVW vaagheid (vervormingen),
vooronderstellingen, waarheid
Hoofdstuk 2 6 vervormingen:
1. Zwevende werkwoorden
2. Zwevende vergelijkingen
3. Oordelen zonder rechter
4. Bevroren werkwoorden
5. Zwevende verwijzingen
6. Generalisaties
2
,Zwevende werkwoorden
Ik ben in de war zwevend werkwoord is ‘in de war zijn’ door wie of
wat raak je in de war?
Er wordt gekletst zwevend werkwoord is ‘kletsen’ wie kletst er,
waarover wordt er gekletst?
Zwevende vergelijkingen
Wie iets vergelijkt doet dit altijd met iets of iemand anders deze behandeling
werkt beter dan die behandeling. Maar vaak wordt het laatste stukje weggelaten,
dan staat er deze behandeling werkt beter.
De docent is vaker een politieagent zwevende vergelijking vaker
vaker dan wie, vaker dan waar, vaker dan wanneer?
Nederlanders leven gezonder zwevende vergelijking gezonder
gezonder dan wie, gezonder dan wanneer?
Het woordje wat bij zwevende vergelijkingen centraal staat is ‘dan’, dan wat of
dan wie?
Oordelen zonder rechter
Hierbij wordt er een mening gedeeld maar vaak vergeet men erbij te vermelden
wie dat oordeel/die mening heeft gegeven. Bijwoorden zoals ‘duidelijk’, ‘irritant’
of ‘geweldig’ geven altijd een oordeel. Voor bijvoeglijk naamwoorden zoals
‘mooie’, ‘fantastische’ of ‘domme’ geldt hetzelfde als voor bijwoorden. Als je
bijvoeglijk naamwoorden en bijwoorden hoort of leest, doe je er goed aan je af te
vragen wie de rechter is geweest die dit oordeel heeft geveld.
De journalisten stelden vervelende vragen oordeel zonde rechter
vervelende vragen wie vindt de vragen vervelend?
Hij heeft een veel te duur huis gekocht oordeel zonder rechter veel te
duur wie vindt het huis veel te duur?
Bevroren werkwoorden
We spreken van een bevroren werkwoord als een actief werkwoord wordt
‘bevroren’ tot een passief zelfstandig naamwoord, zoals ‘besluit’, ‘verandering’
en ‘beschuldigen’ zijn ineens ijsblokjes waarvan je niet meer weet wie wat heeft
besloten, wie wat heeft veranderd, wie er beschuldigt en wie er wordt
beschuldigt.
Je kunt bepalen of een zelfstandig naamwoord een bevroren werkwoord is door je
voor te stellen of je het zelfstandig naamwoord kunt vastpakken of aanraken. Een
3
,bevroren werkwoord, zoals ‘vergissing’ of ‘veroordeling’ kun je niet aanraken, laat
staan vastpakken.
Zijn beschuldiging zit me dwars bevroren werkwoord beschuldiging
wie beschuldigt wie en waarvan?
De verandering heeft drie jaar geduurd bevroren werkwoord
verandering wie heeft er wat veranderd in 3 jaar?
Zwevende verwijzingen
Voorbeelden kranten en boeken. Ze verwijzen niet naar een specifiek boek of
een bepaalde krant. Hierdoor zijn het begrippen die zo algemeen zijn dat je er
maar weinig mee zegt.
We hebben weleens gedoe zwevende verwijzing weleens, gedoe
wat bedoel je met gedoe en hoe vaak heb je precies gedoe?
Ik houd niet van praatjes zwevende verwijzing praatjes van wat
voor praatjes houd je niet?
Generalisatie (algemeenheden/algemeenheid)
Voorbeelden niemand luistert naar me, ik heb nog nooit zo lekker gegeten.
Algemeenheden kun je herkennen door woorden als:
Alle
Altijd
Iedereen
Nooit
Niemand
Nergens
Jargon en moeilijke woorden
Jargon is onder vakgenoten meestal functioneel, maar voor mensen buiten het
vakgebied zorgt het voor verwarring.
Voorbeelden HBO, BSA, scriptie
4
,Hoofdstuk 3 Argumentenladder
1. Je begint met een stelling
2. Als je omlaag gaat stel je jezelf de vraag hoezo? Als je omhoog gaat stel je
jezelf de vraag dus?
Omlaag hoezo.
Omhoog dus.
3. Na de stelling krijg je 2 argumenten
4. Die argumenten kun je onder verdelen in sub argumenten
Hoofdstuk 4 4 Argumenten types:
1. Deductie
2. Inductie
3. Analogie
4. Causaal verband
Deductie
Algemene regel wordt gegeven
Als p dan q
Als het regent dan wordt de straat nat, de straat wordt nat omdat het
regent.
Als je ziek bent dan hoef je niet naar school. Je bent ziek, dus je hoeft niet
naar school.
P of q Als het niet p is dan is het q
Je hebt het tentamen gehaald of je moet de herkansing doen. Je hebt het
tentamen niet gehaald, dus je moet de herkansing doen.
Inductie
De algemene regel wordt afgeleid
Generalisatie van een voorbeeld
Inductie is het tegenovergesteld van deductie. Bij deductie is er een
algemene regel voorbeeld alle mensen zijn sterfelijk.
Voorbeelden:
Japanners zijn heel klein, want toen ik in Japan was zag ik veel kleine
mensen om me heen.
Volgens een steekproef zijn de meeste Nederlanders voor de monarchie.
Colleges op de Hanze zijn heel interessant, want de colleges die ik heb
gevolgd waren tof.
Piet is een student en woont in Groningen. Max is een student en woont in
Groningen. Dus alle studenten wonen in Groningen.
Vragen voor dit type argumentatie:
Zijn de voorbeelden representatief of typisch?
5
, Zijn er andere voorbeelden? Tegenvoorbeelden?
Wat is de relevante achtergrondinformatie?
Verborgen argument…
6