Hoofdstuk 1 Financial Statements and Business Decisions
4 financial statements:
1. Balans: de economische middelen en financieringsbronnen voor die middelen
van een bedrijf op een bepaald moment.
Vb.
Balans
31-12-20
Activa (A) Schulden (L)
Vaste activa Korte termijn
Vlottende activa Lange termijn
Kas Eigen vermogen (SE)
Aandelenkapitaal
Reserves
Winst
2. Verlies- en winstrekening: opbrengsten en kosten staan hierop. Hieruit volgt de
nettowinst.
Kosten Opbrengsten
3. Eigen vermogen: hoe de nettowinst en de verkoop van dividenden de financiële
positie verandert van een bedrijf. Bestaat uit het aandelenkapitaal, reserves en de
winst. Het overzicht van ingehouden winsten is een financieel overzicht dat is
opgesteld door bedrijven en waarin de veranderingen in het volume van de
ingehouden winsten gedurende een bepaalde periode zijn beschreven.
Ingehouden winsten zijn winsten die door een bedrijf in reserve worden gehouden
om te investeren in toekomstige projecten in plaats van als dividend aan
aandeelhouders uit te keren.
Beginbalans + stijgingen – dalingen = eindbalans
4. Kasstroomoverzicht: overzicht van de kasstroom die in een organisatie in de
loop van een boekjaar binnenkomen en uitgaan.
Kasstroom van operationele activiteiten: geld uit de reguliere bedrijfsactiviteiten.
Vb: salariskosten, rekeningen van leveranciers.
In: kas ontvangsten van klanten, dividend, rente op investeringen.
Uit: salaris, inkomsten belasting, rente op schulden en inkoopkosten van goederen
en diensten.
Kasstroom van investeringsactiviteiten: geld uit de aankoop/verkoop van
property.
In: verkoop of verwijdering van eigendom.
Uit: aankoop eigendom
Vb: PPE en investeringen.
,Kasstroom uit financieringsactiviteiten: geld van investeerders en crediteuren.
Vb: lening aanvragen/aflossen, uitgifte aandelen.
In: lenen, uitgifte aandelen.
Uit: terugbetalen en terugkopen dividend, dividenduitkeringen.
Kasstroomoverzicht
Kasstroom van operationele activiteiten +/-
Kasstroom van investeringsactiviteiten +/-
Kasstroom van financieringsactiviteiten +/-
Verandering in kas +/-
Kas van voorgaande periode +/-
Kas balans +/-
Vrije kasstroom: het saldo van de operationele kasstroom en de kasstroom uit de
investeringsactiviteiten. Hiermee wordt de vergoeding van eigen vermogen (veelal
aandeelhouders) betaald.
Relatie tussen de 4 financiële statements:
- De nettowinst uit de verlies- en winstrekening (2) gaat naar het eigen vermogen
(3) op de balans (1).
- De ingehouden winsten van het eigen vermogen (3) gaan naar de reserves op de
balans (1).
- De waarde van het kasstroomoverzicht (4) aan het einde van de periode gaat
naar de balans (1) bij de kas.
5. Totaal overzicht: een overzicht van de ongerealiseerde winsten.
Totaaloverzicht
Netto-inkomen
Ongerealiseerde winsten/verliezen
Verandering in vreemde valuta
Verandering in ongerealiseerde winsten/verliezen afgeleide instrumenten
Verandering in ongerealiseerde winsten/verliezen verhandelbare effecten
Totaal inkomen
GAAP: Generally Accepted Accounting Principles.
Hoofdstuk 2 Investing and Financing decisions and the Accounting system
De accounting cycle
1. Het analyseren van de transactie
In journaalposten/grootboekrekeningen geldt:
Activa (A) Schulden (L) Eigen vermogen (SE)
+ - - + - +
2. Journaalpost: geeft voor financiële feiten aan welke grootboekrekeningen
gedebiteerd en gecrediteerd moeten worden.
Debit post ………… (……)
@credit post ……………(……)
, 3. Grootboekrekening: een rekening bestaande uit een lijst van gelijksoortige
uitgaven- en inkomstenposten.
+ Activa -
Beginbalans
Eindbalans
- Eigen vermogen/Schulden +
Beginbalans
Eindbalans
De eindbalans van een grootboekrekening gaat of naar de balans of naar de VW-
rekening.
Hulprekening van het eigen vermogen: grootboekrekeningen waarop we alle
veranderingen in het eigen vermogen noteren.
Proefbalans: eventuele fouten worden er hier uitgehaald. Er wordt checkt of de
balans in balans is (A = L + SE). Optelsom van gedebiteerde en gecrediteerde
bedragen van de grootboekrekeningen.
Saldibalans: balans waarop we van elke grootboekrekening het saldo vermelden.
Als het saldo debet/credit is in het grootboek. Komt deze debet/credit op de
saldibalans. Het saldi van de proefbalans.
Kolommenbalans: de overzichten van de proefbalans, saldibalans,
resultatenrekening en de eindbalans.
Statement of retained earnings (ingehouden winsten):
Beginstand + nettowinst - dividenden
current assets
Current ratio=
current liabilities
Kan het bedrijf op korte termijn aan de schulden
voldoen?
Typische balansposten (in het Engels):
Assets: cash, accounts receivable, inventory, prepaid expenses, investments, PPE
and intangibles.
Liabilities: accounts payable, notes payable, accrued expenses, payable, unearned
revenues, and taxes payable.
Stockholders’ Equity : common stock, additional paid-in capital and retained
earnings.
Hoofdstuk 3 Operating decisions and the Accounting system
Cash basis accounting: opbrengsten worden opgenomen wanneer het geld is
ontvangen. Kosten worden opgenomen wanneer het geld is betaalt.
Accrual basis accounting principle: opbrengsten en kosten worden registreert
wanneer ze worden gemaakt, ongeacht het tijdstip van contante ontvangsten of
betalingen. Revenue recognition principle/matching principle vallen hieronder.