LD 1: Welke mechanismen zorgen voor sociale uitsluiting binnen een stad?
Artikel Andriessen
Onderzoek naar de ontwikkeling van arbeidsmarktdiscriminatie op basis van gegeven uit de EBB van
het CBS.
Hypothesen
1. Werkgevers hechten bij selectie in toenemende mate belang aan verworven kenmerken
zoals opleiding en werkervaring en minder aan toegeschreven kenmerken zoals etnische
herkomst (meritocratisering).
2. Hoe groter het aanbod van arbeidskrachten hoe kieskeuriger werkgevers kunnen zijn en hoe
meer kenmerken die niet direct arbeidsrelevant zijn, zoals etnische achtergrond, een rol
kunnen gaan spelen (queueing).
3. Hoe groter de maatschappelijke acceptatie om stereotypen te uiten of mensen met een
andere achtergrond anders te behandelen, hoe meer dit ook gebeurt in selectieprocedures
(sociale acceptatie).
Kansenongelijkheid: er is een significant verschil tussen autochtonen en niet-westerse migranten
met dezelfde kenmerken.
Meritocratisering: afkomst speelt een ondergeschikte rol in het stijgen of dalen op de
maatschappelijke ladder.
- In een moderne samenleving zijn verworven kenmerken, zoals opleiding en werkervaring,
steeds bepalender voor het bereiken van een positie op de sociaaleconomische ladder,
omdat zo optimaal gebruikgemaakt wordt van talenten en potentieel, terwijl de invloed van
productieve kenmerken moet toenemen.
Queueing: de mate van discriminatie schommelt mee met de conjunctuur.
- Queueingthese: voorspelt dat de invloed van discriminatie groter is in tijden van
laagconjunctuur, dan in tijden van hoogconjunctuur,
Rangschikking in het arbeidsaanbod (Thurow): werkgevers plaatsen potentieel nieuw personeel in
een denkbeeldige rij. De meest gewenste werknemers staan vooraan, de minst gewenste
werknemers staan achteraan, De plaats in de rij wordt bepaald door de veronderstelde
productiviteit op basis van verworven kenmerken. Daarnaast wordt gebruikgemaakt van kennis of
vermeende kennis over de te verwachten productiviteit van een (etnische)groep waartoe iemand
behoort (statistische discriminatie) om een inschatting te maken van de productiviteit van een lid
van die groep.
Vacaturegraad: het aantal openstaande vacatures als percentage van het totaal aantal banen.
Hoogconjunctuur: er is veel vraag naar arbeid.
Laagconjunctuur: er is weinig vraag naar arbeid.
Krapte op de arbeidsmarkt: als de vacaturegraad hoog is, zijn er relatief veel vacatures te vervullen
en spreken we van krapte op de arbeidsmarkt.
Ruime arbeidsmarkt: een lage vacaturegraad er zijn relatief weinig vacatures.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper kayleesnayer. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,49. Je zit daarna nergens aan vast.