Het Nederlandse recht kent twee civiele procedures: de dagvaardingsprocedure en de
verzoekschriftprocedure. Uitgangspunt is dat een civiele procedure wordt gestart met een
dagvaarding. Dit is alleen anders indien de wet uitdrukkelijk aangeeft dat een procedure met een
verzoekschrift moet worden beginnen. Dagvaardingsprocedure, tenzij verzoekschriftprocedure (art.
261 jo. 78 lid 1 Rv). In bepaalde soorten zaken wordt er altijd een verzoekschrift gevoerd, dit geldt
voor echtscheidingen, bewind, curatele en adoptie.
De vraag welke rechter bevoegd is om van een bepaalde dagvaardingsprocedure kennis te nemen
valt onder te verdelen: de absolute bevoegdheid en de relatieve bevoegdheid.
Absolute competentie
De vraag welke rechter absoluut bevoegd is gaat over de hiërarchie tussen de gerechten. Volgens
art. 42 Wet RO is in eerste aanleg altijd de rechtbank absoluut competent, tenzij de wet aangeeft
dat het gerechtshof of de Hoge Raad in eerste aanleg bevoegd is. De rechtbank heeft twee kamers,
namelijk de kamer voor kantonzaken en de civiele kamer.
Uitgangspunt is dat de civiele kamer bevoegd is, tenzij de kamer voor kantonzaken bevoegd is. De
kantonrechter is bevoegd in dagvaardingsprocedures volgens art. 93 Rv, in de volgende vier
gevallen:
A. De kantonrechter is bevoegd in zaken waarin de vordering maximaal €25.000,- bedraagt.
B. De kantonrechter is bevoegd in zaken waarin de vordering van onbepaalde waarde is en er
duidelijke aanwijzingen zijn dat de vordering een waarde heeft die onder de €25.000,- ligt.
C. De kantonrechter is bevoegd in arbeidszaken, huurzaken, consumentenkoopovereenkomsten en
consumentenkredietovereenkomsten met een kredietsom van maximaal €40.000,-.
D. Andere zaken waarin de wet uitdrukkelijk de kantonrechter als bevoegde rechter aanwijst.
Van objectieve cumulatie is sprake wanneer eiser verschillende vordering op gedaagd heeft en hij
deze vorderingen tegelijk in een dagvaarding opneemt. Wanneer er sprake is van twee
geldvorderingen (vorderingen waar de waarde ervan relevant is: waardevorderingen), moeten de
vorderingen worden opgeteld om te bepalen welke kamer absoluut bevoegd is (art. 94 lid 1 Rv). Als
het gaat om een waardevordering en een zaak die naar de aard onder de competentie van de
kantonrechter valt, dan geldt de optelregel niet.
Van subjectieve cumulatie is sprake als er verschillende eisers of gedaagden zijn. Een eiser kan een
vordering op verschillende gedaagden hebben, verschillende eiser kunnen van verschillende
gedaagden iets te vorderen hebben. Hierbij is verband tussen de vorderingen wel vereist (art. 107
Rv).
Relatieve competentie
De hoofdregel staat in art. 99 lid 1 Rv: in dagvaardingsprocedure is bevoegd de rechter van de
woonplaats van gedaagde, tenzij de wet anders bepaalt. Heeft gedaagde geen bekende woonplaats
in Nederland, dan is de rechter van zijn werkelijk verblijfplaats bevoegd. Er zijn twee
uitzonderingen. Ten eerste wijst de wet een tweede bevoegde rechter aan. In dit geval spreek de
wet van ‘mede’ bevoegd. Eiser kan kiezen bij welke bevoegde rechter hij zijn zaak aanhangig wil
maken. Verder wijst de wet een bevoegde rechter aan in plaats van de rechter uit art. 99 Rv.
Verloop van de procedure
De dagvaardingsprocedure kent vier stappen:
1. De dagvaarding
2. De conclusie van antwoord
3. De comparitie na antwoord
4. Het vonnis
Ad 1 de dagvaarding
Een dagvaardingsprocedure begint met een dagvaarding. In zaken bij de civiele kamer stelt de
advocaat van eiser de dagvaarding op, waarna deze door de deurwaarder aan gedaagde wordt
betekend. Deurwaarder vult de dag en het tijdstip van de eerste rolzitting in (dagvaardingstermijn
één week). Na betekening retourneert de deurwaarder het origineel van de betekende dagvaarding
aan de eisende partij. Vervolgens dient hij te worden aangebracht hij de rechtbank. De zaak moet
op de agenda worden gezet: het inschrijven op de rol.
De rol is de administratieve agenda van de rechtbank. Het is een register waarin de stand van
zaken in elke procedure worden aangetekend en bijhouden door de griffie. Op een vaste dag in de
week, tijdens de rolzitting, worden beslissen over de processuele voortgang van de zaak genomen.
Op de wekelijkse rolzitting kunnen partijen processtukken indienen. De rechter beoordeelt zaken
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper lauravanbeek. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,99. Je zit daarna nergens aan vast.