100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Alle opdrachten + Edpuzzles + Oefententamen Financieel Familie En Erfrecht (650114-M-6) €7,99   In winkelwagen

College aantekeningen

Alle opdrachten + Edpuzzles + Oefententamen Financieel Familie En Erfrecht (650114-M-6)

4 beoordelingen
 148 keer bekeken  19 keer verkocht

Alle opdrachten van de werkcolleges staan erin. Daarnaast staan er drie edpuzzels in en oefenvragen voor het tentamen. Overal staat het antwoord bij.

Voorbeeld 3 van de 49  pagina's

  • 7 december 2021
  • 49
  • 2021/2022
  • College aantekeningen
  • Maaike goes
  • Alle colleges
Alle documenten voor dit vak (14)

4  beoordelingen

review-writer-avatar

Door: rochelledrift • 1 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: aslanzilan • 1 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: lotteveenman • 1 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: ljv12 • 2 jaar geleden

avatar-seller
moniekvandeven
Werkcollege Financieel Familie- en erfrecht

Werkcollege 1: 10 september 2021 – Casusopdrachten

CASUS 1
Mireille en Jaap zijn in 1980 gehuwd onder huwelijkse voorwaarden met uitsluiting van iedere gemeenschap (“koude
uitsluiting”). In de huwelijkse voorwaarden hebben ze het volgende ‘nihilbeding’ opgenomen:
“De kosten der huishouding en van het onderhoud en de opvoeding der kinderen die uit het huwelijk der aanstaande
echtgenoten mochten geboren worden, zijn ten laste van de vrouw, behoudens vrijwillige bijdragen van de man.”

Mireille en Jaap hadden sinds 1980 een echtelijke woning in gemeenschappelijke eigendom. Mireille heeft steeds de
hypothecaire rente en aflossing betaald. Uiteindelijk heeft zij daarmee de hypotheek in 2010 geheel afgelost. Dan gaat het
mis: Jaap wordt verliefd op een ander en in 2012 vindt de echtscheiding tussen Jaap en Mireille plaats. De woning wordt
aan Jaap toebedeeld, met verdeling van de (over)waarde. Mireille voelt zich bedrogen: al die jaren heeft zij de (zware)
woonlasten voor Jaap betaald en nu is hij er niet alleen met een andere vrouw, maar ook nog met het huis vandoor.
Daarom verzoekt zij in de echtscheidingsprocedure dat Jaap wordt veroordeeld tot betaling van € 60.000. Dit is de helft van
het bedrag van € 120.000, dat Mireille in totaal aan (maandelijkse) rente en aflossingen heeft betaald. Jaap verweert zich
met het betoog dat de door Mireille betaalde rente en aflossingsbedragen op de hypotheek onder de kosten van de
huishouding vallen. Aangezien in de huwelijkse voorwaarden is bepaald dat Mireille deze kosten geheel voor haar rekening
neemt, bestaat er voor Jaap (en voor de gemeenschap) geen verplichting tot terugbetaling.

a. Heeft dit verweer kans van slagen?
De hoofdregel van art. 1:84 BW is de draagplichtregeling. De volgorde van de draagplicht voor de kosten van de
huishouding staan vermeld in lid 1 van dit artikel.
1. Het gemene inkomen
2. Privéinkomen naar evenredigheid
3. Gemene vermogen
4. Privévermogen naar evenredigheid

In art. 1:84 lid 3 BW is opgenomen dat het is toegestaan om af te wijken van bovenstaande draagplicht. Bij
schriftelijke overeenkomst is hier echter bepaald dat hiervan wordt afgeweken, Mireille moet alle kosten van de
huishouding voldoen. Volgens art. 1:84 lid 3 BW mag je zo een beding opnemen in de huwelijkse voorwaarden.

Huishouding: De organisatie strekkende tot bevrediging van de materiele en geestelijke levensbehoefte van de
echtgenoten en hun eventuele kinderen. Het gaat dus om uitgaven die een dienstbare functie vervullen binnen
het samenlevingsverband (het gezin). Het gaat om uitgaven die nodig zijn om de huishouding draaiende te
houden en die ook nodig zijn om het gezin normaal te laten functioneren. Hierdoor valt de rente van de
hypotheeklening wel onder kosten in de huishouding, Jaap hoeft dit dus met terugwerkende kracht niet te
betalen. Het aflossen van de hypotheekschuld is echter geen kosten der huishouding. Je wordt er namelijk niet
armer van. Hierdoor is er voor Jaap een verplichting om de aflossing ten dele terug te betalen aan Mireille.
Wat is het verschil tussen art. 1:84 BW en art. 1:85 BW?
De uitgaven van art. 1:85 BW zijn veel enger, daar is minder snel sprake van dan bij art. 1:84 BW. Bij art.
1:85 BW gaat het echt om de gewone gang van de huishouding. Dit om het gezin dagelijks dragende te
kunnen houden. Als je boodschappen gaat doen valt het onder de gewone gang van huishouding zoals
bedoeld in art. 1:85 BW. De aankoop van een auto is geen kostenpost in de gewone gang van de
huishouding, maar het zijn wel kosten in de huishouding in de zin van art. 1:84 BW.
Wat onder de gewone gang van de huishouding valt van art. 1:85 BW, is een uitgaven in de zin van art. 1:84
BW. Kosten van de huishouding van art. 1:84 BW is niet altijd een art. 1:85 BW uitgaven. Want kosten van
de huishouding hoeft niet altijd de gewone gang van de huishouding te betreffen. Art. 1:84 BW is breder.

b. Wat zou Jaap nog meer als verweer kunnen aanvoeren?
Mireille betaalt al vanaf 1980 aflossing. Jaap kan zich beroepen op rechtsverwerking, gezien de situatie dat er al
zo veel tijd verstreken is, kan Mireille hier geen aanspraak meer op maken. HR Ridder te Voet: De kosten van de
huishouding kun je niet eindeloos terugvorderen. De HR zegt dat je moet kijken in het jaar van uiteengaan en het
daaraan voorafgaande jaar. Dus als je in 2021 uit elkaar gaat, dan kun je je vordering nog baseren voor het jaar
2021 en 2020, alles wat daarvoor is valt als uitgangspunt onder de rechtsverwering. In de huwelijksvoorwaarden
kan je wel een vervalbeding hebben die korter is.
Waarom is dit er? Het wordt anders onmogelijk, partijen zullen in een eindeloze discussie belanden. Vaak hebben
partijen ook geen administratie van zo lang geleden.




Master Fiscaal Recht
Semester 1

,Werkcollege Financieel Familie- en erfrecht

CASUS 2
Bram en Eva zijn op 16 mei 2009 gehuwd in algehele gemeenschap van goederen. Bram en Eva hebben twee kinderen,
David en Sjoerd. David is nu 8 jaar en hij is erg muzikaal. Sinds David 5 jaar is gaat David naar drumles. David heeft drie keer
per week drumles. Bram is binnenvaartschipper en is dus in verband met zijn werk vaak van huis. Eva regelt altijd de
financiën van het gezin, maar door wat onverwachte andere uitgaven heeft zij de muziekschool al enige maanden niet
betaald. Er is dus een schuld aan de muziekschool ontstaan. De schuld bedraagt € 1.300.

a. Wie is/zijn aansprakelijk voor deze schuld?
De schuld valt onder de art. 1:85 BW regeling, het betreft hier namelijk de gewone gang van huishouding.
Volgens art. 1:85 BW is de man ook (hoewel hij de verbintenis niet is aangegaan) hoofdelijk aansprakelijk is voor
deze schuld. Het gevolg is dat de verhaalsmogelijkheden worden uitgebreid. De positie van de derde
(schuldeisers) wordt in dit geval versterkt. Want zowel de man als de vrouw zijn hoofdelijk aansprakelijk.

Hoe zit het met de muzieklessen van een van de ouders?
Deze valt niet onder de gewone gang van de huidhouding van art. 1:85 BW, dit valt wel onder art. 1:84 BW.
Dit is echter een grijs gebied, dit is ook bijvoorbeeld afhankelijk van de financiële status.

Als je bij de AH boodschappen bestelt op afbetaling, en die boodschappen worden bezorgd. Is zowel de
man en de vrouw hoofdelijk aansprakelijk voor de schuld bij de AH, dit omdat het onder art. 1:85 BW valt.

Bij art. 1:84 BW is aansprakelijk de echtgenoot die de verbintenis aangaat, de andere partner wordt wel
draagplichtig maar niet aansprakelijk. Dit is anders als die uitgaven ook onder art. 1:85 BW vallen, dan
krijgen we namelijk twee aansprakelijke partijen.
b. Maakt het verschil als Bram en Eva niet in algehele gemeenschap van goederen zijn gehuwd, maar onder het
maken van huwelijkse voorwaarden, inhoudende koude uitsluiting?
Nee, art. 1:85 BW geldt bij elk huwelijksregime. Het geldt dus net zo goed ingeval Bram en Eva in koude uitsluiting
zijn gehuwd. Titel 6 van Boek 1 BW geeft namelijk aan dat het van toepassing is op alle echtgenoten, ongeacht het
huwelijksgoederenregime.
Titel 6 is van toepassing op alle echtgenoten.
Titel 7 is van toepassing op gemeenschap van goederen.
Titel 8 is van toepassing op huwelijkse voorwaarden.

Het hebben van huwelijkse voorwaarden betekent niet dat er geen huwelijksgemeenschap kan ontstaan.
Koude uitsluiting is een mogelijkheid van die huwelijkse voorwaarden, je kan ook in je huwelijkse
voorwaarden bepalen dat er geen algemene gemeenschap gaat bestaan maar dat je goederen aanwijst als
wijze wel een huwelijksgemeenschap. Een voorbeeld wat in de huwelijksgemeenschap kan vallen is de
gemeenschappelijke woning.
c. Hoe is het als ze ongehuwd en zonder geregistreerd partnerschap samenwonen?
Titel 6 van Boek 1 is niet van toepassing op samenwoners. Hierdoor is alleen Eva aansprakelijk op grond van
art. 3:296 BW , zij heeft namelijk de verbintenis gesloten. Art. 1:85 BW is dus niet van toepassing. Het algemene
vermogensrecht is dan van toepassing.
d. (Uitgaande van de casus: Bram en Eva zijn gehuwd in algehele gemeenschap van goederen:) Wat kan Bram
juridisch doen om zichzelf te beschermen tegen het financieel ‘wangedrag’ van Eva?
Op grond van art. 1:86 BW kan een echtgenoot de rechter vragen om opheffing van aansprakelijkheid voor
huishoudelijke schulden. Hiertoe moeten wel gegronde redenen zijn. Deze worden niet snel aangenomen omdat
dit de positie van de derde (schuldeisers) verzwakt.

Kun je niet tussentijds huwelijkse voorwaarden maken waardoor koude uitsluiting ontstaat. Tijdens het
huwelijk kan je huwelijkse voorwaarden maken of wijzigen. Zullen die Bram beschermen? Nee, je komt
weer bij art. 1:85 BW. Dit geldt namelijk voor alle echtgenoten. Art. 1:84 lid 3 BW is een interne regeling.
Het beschermt je niet tegen de externe aansprakelijkheid.

e. Stel dat Bram en Eva gaan scheiden. Hoe zit het met de aansprakelijkheid voor deze schuld na ontbinding van het
huwelijk (dus na echtscheiding)?
Op het moment dat de huwelijk wordt ontbonden, wordt van rechtswege de gemeenschap ontbonden op grond
van art. 1:99 BW. De ontbinding van de gemeenschap vindt plaats op het moment dat het verzoek tot
echtscheiding wordt ingediend. Op basis van art. 1:102 BW blijven Bram en Eva aansprakelijk, want zij waren al
aansprakelijk.

Stel het geen art. 1:85 BW schuld was maar een art. 1:84 BW aansprakelijkheid. Dan is Bram niet extern
aansprakelijk en is het alleen de draagplicht die zal gelden voor de echtgenoten. Art. 1:102 BW is dan ook
van belang, want er ontstaat na echtscheiding wel een aansprakelijkheid. Ook Bram wordt dan voor die
Master
schuld aansprakelijk. Wat is het verschil of die tijdens het huwelijk wel of niet al aansprakelijk was? Als Fiscaal
hij Recht
Semester 1
tijdens het huwelijk niet aansprakelijk was, dan wordt die na huwelijk wel hoofdelijk aansprakelijk voor het
geheel, maar de schuldeiser kan bij hem verhalen op basis van wat hij uit de gemeenschap heeft verkregen.
De schuldeiser kan dan geen beslag leggen op het toekomstige loon.

, Werkcollege Financieel Familie- en erfrecht

CASUS 3
Arend Beukers drijft een succesvol café. Pronkstuk van het café is een prachtige klassieke jukebox. Op een dag krijgt Arend
van één van zijn vaste klanten een onweerstaanbaar aanbod voor de jukebox. Zonder aarzelen aanvaardt Arend het bod en
geeft de jukebox direct mee aan de koper. Enthousiast vertelt hij het nieuws over deze superdeal aan zijn man Willem
Tromp: nu hebben ze eindelijk genoeg geld om in de zomer hun droomreis naar Kirgizië te maken! Willem reageert echter
niet helemaal zoals Arend had verwacht: woedend vraagt hij hoe Arend het in zijn hoofd heeft gehaald om de jukebox, die
Willem van zijn vader had geërfd, zonder zijn toestemming te verkopen!

a. Geef aan of, en zo ja hoe, Willem de jukebox van de koper kan terugeisen.
De jukebox staat in de café, hierdoor is art. 1:88 BW niet van toepassing. Het café behoort niet tot de
leefomgeving van de echtgenoten. De vernietiging van art. 1:89 BW kan hierdoor ook niet worden ingeroepen.

Uit wraak zet Willem een dag later de Javaanse wajangpop die Arend ooit meegenomen heeft van een reis naar Indonesië
op marktplaats. Binnen drie uur is de wajangpop verkocht. Arend schrikt zich rot als hij thuiskomt; hij is erg aan de
wajangpop gehecht.

b. Kan Arend iets tegen de verkoop ondernemen en zo ja wat?
De wajangpop behoort wel tot het inboedel. Hierdoor is art. 1:88 lid 1 sub a van toepassing. Op grond van dit
artikel heeft een echtgenoot de toestemming van de andere echtgenoot nodig. Arend kan proberen de verkoop te
vernietigen op grond van art. 1:89 BW. De kans van slagen is echter heel klein, dit omdat de wederpartij zich kan
beroepen op ter goeder trouw.

c. Maakt het voor het antwoord op de bovenstaande vragen uit of Arend en Willem met elkaar zijn gehuwd, een
geregistreerd partnerschap hebben of samenwonend zijn?
Art. 1:88 BW valt onder titel 6 van Boek 1. Hierdoor geldt het voor alle echtgenoten. Het geldt alleen niet voor de
samenwoners.

d. Stel dat Willem de pop niet had verkocht, maar had weggegeven? Kan Arend hier iets tegen ondernemen?
Op dat moment kan de rechtshandeling vernietigd worden op grond van art. 1:89 lid 2 BW. De goeder trouw
ontbreekt dan en de vernietigingshandeling kan dan worden ingeroepen. Hierin zit een belangrijk verschil.

CASUS 4
Coen en Astrid zijn ongehuwd samenwonend. Coen en Astrid wonen in een twee-onder-één-kap-woning in Breda. De
woning is door Coen en Astrid samen aangekocht; ze hebben samen het eigendom van de woning. De zus van Astrid woont
in de woning naast Coen en Astrid. De zus van Astrid wil in haar achtertuin een tuinhuis neerzetten. De ruimte is net te
krap. Ze bespreekt dit met Astrid. Astrid zegt tegen haar zus dat het tuinhuisje wel voor een deel in de tuin van haar en
Coen mag komen te staan. Astrid vindt dit geen probleem. De tuin is toch groot genoeg.

a. Geef aan of Astrid hiertoe bevoegd is?
Art. 3:170 BW is relevant. Want het is een gemeenschapsgoed. Zij zijn gezamenlijk bevoegd. De woning vormt een
eenvoudige gemeenschap op grond van boek 3. Art. 3:170 BW geeft aan dat ze gezamenlijk bevoegd zijn om
daarover te beslissen en niet Astrid gemeen.
Op het moment dat de huwelijksgemeenschap ontbonden is, gaan de regels voor de eenvoudige
gemeenschap ook spelen voor de ontbonden gemeenschap. Dit is wel relevant want hierdoor kan het
opeens zo zijn dat je alleen maar tezamen bevoegd bent om beslissingen te nemen.

Astrid en Coen hebben aan de voorzijde van de woning een dakkapel. Op een ochtend regent het hard. Bij de dakkapel
ontstaat er een lekkage. Het water stroomt naar binnen. Astrid belt de dakdekker.

b. Wie is bevoegd ter zake van de beslissing tot het laten verhelpen van de lekkage?
Dit wordt aangemerkt als een spoedhandeling. Op grond van art. 3:170 lid 1 BW zijn zowel Coen als Astrid
bevoegd. Het gaat namelijk om facultatief. Ieder van de deelgenoten is bevoegd om de spoedhandeling te
verrichten.




Master Fiscaal Recht
Semester 1

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper moniekvandeven. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 83430 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€7,99  19x  verkocht
  • (4)
  Kopen