● Fiscale rechtsgang
● Bewijs en bewijslastverdeling
De HR kan over de feiten niks meer zeggen. Met feitelijke kwesties kom je niet bij de HR.
De regels zijn te vinden in de AWR. Voor de algemene bestuursrecht is Awb van toepassing.
Enkele bepalingen zijn van toepassing voor de fiscale bestuursrecht. In het belastingrecht
vindt het vaak achter gesloten deuren plaats. Voor een groot deel is de Awb ook van
toepassing voor fiscale procedures.
Fiscale rechtsgang
Het begint in de bezwaarfase. Bij de inspecteur dient je een bezwaarschrift in. Dit kan heel
kort. Het besluit is de aanslag of voor andere vatbare beschikking. Het wordt dus opnieuw
worden bekeken door de bestuursorgaan vaak de inspecteur maar kan ook de
heffingsambtenaar van een gemeente. De behandelaar van het bezwaar mag niet worden
behandeld door degene die het besluit waartegen bezwaar is gemaakt heeft genomen. Als
dat nergens toe leidt en belanghebbende is nog van mening dat hij gelijk heeft kan hij in
beroep gaan bij de rechtbank. De verplichting van informatie verstrekking geldt niet meer
wanneer de beroepsfase is ingesteld. De HR heeft hierover uitgesproken 10 februari 1988.
Het is een uitwerking van equality of arms beginsel. De rechter mag wel om meer informatie
vragen.
Bij wie kan beroep worden ingesteld
- Absolute competentie: de rechtbank is bevoegd in zaken betreffende lokale
heffingen/rijksbelastingen etc.
- Relatieve competentie: Bij lokale heffingen is de zetel van het bestuursorgaan
bepalend. Bij rijksbelastingen is de woonplaats van de indiener bepalend art 8:7
Awb. Indien de indiener niet in Nederland woont dan is het waar de inspecteur is
gevestigd.
- Behandeling vindt plaats door meervoudige of enkelvoudige kamer.
Waartegen kan beroep worden ingesteld
Gesloten stelsel van rechtsbescherming art 26 AWR: lid 1 → belastingaanslagen en voor
bezwaar vatbare beschikkingen, als dat zo is staat dat in de wet ook bij. Bijv 30%
regeling in de loonbelasting maar daarvoor moet je wel aan eisen voldoen, ook
moet je een aanvraag indienen, op zo’n verzoek wordt door de inspecteur beslist
door een voor bezwaar vatbare beschikking. De Belastingdienst stuurt dat
meestal in de correspondentie of het mogelijk is om bezwaar aan te tekenen.
Lid 2 → Voldoening op aangifte, afdracht op aangifte, inhouding. Dit doet zich
voor bij aangiftebelastingen. Dan kan je indien je denkt dat je fout hebt gemaakt,
kan je bezwaar en beroep instellen tegen jouw eigen afdracht. Ook de
werknemer kan bij de inhouding van loonheffing bezwaar maken. Bij afdracht op
aangifte zoals de omzetbelasting dan maak je bezwaar tegen jouw eigen
aangifte. Bij inhouding gaat het om inhouding door de werkgever.
,Bijzondere situaties: Ook bij niet tijdig nemen van een uitspraak kan beroep tegen worden
ingesteld (art 6:2 Awb). De rechter kan hier bepalen dat de inspecteur de bevoegdheid
houdt om informatie te vragen. De indiener kan een dwangsom krijgen voor elke dag dat er
geen uitspraak is gedaan. Er kan ook rechtstreeks beroep of prorogatie (art 7:1a Awb).
Wie kan beroep instellen?
Art 26a lid 1 Awr →
- degene aan wie aanslag is opgelegd
- degene die belasting heeft voldaan of afgedragen
- degene aan wie belasting is ingehouden
- degene tot wie bezwaar vatbare beschikking zich richt
art 26a lid 2 Awr →
- degene van wie inkomens- of vermogensbestanddelen zijn begrepen in voorwerp
aanslag of voor bezwaar vatbare beschikking.
Aan welke vereisten moet beroepschrift voldoen?
Art 6:5 Awb (formele vereisten) →
- naam en adres van de indiener
- dagtekening
- omschrijving van besluit waartegen beroep is gericht
- gronden van beroep
- zo mogelijk: kopie van besluit waartegen beroep is gericht
Art 6:7 t/m 6:12 Awb (tijdig indiening) → Dit kan je niet meer herstellen als de
indiener te laat, tenzij er goede redenen zijn, dit wordt gevraagd. De termijn is 6
weken. Die termijn start op de dag van het besluit. In AWR is die art 22j AWR, daar
begint het op de dag na de dagtekening. Beroepschriften die per post worden ingediend, zijn
ontvankelijk indien het binnen de termijn is verstuurd maar niet later dan een week is
ontvangen. De poststempel is niet altijd bepalend, bij twijfel dan wordt zo’n beroepschrift
tijdig geacht. Indien het duidelijk is dat het te laat is dan wordt gevraagd waarom het te laat
is.
Art 8:41 Awb (heffing griffierecht) → dit dient twee doelen, een kleine bijdragen in
de kosten van de procedure en een kleine financiële drempel of de betrokkenen
wel in beroep wilt gaan. Art 6 EVRM bepaalt dat de griffierecht niet zo hoog is dat het
onmogelijk is om toegang te krijgen tot de rechtspraak. Mensen die geen of bijna inkomsten
hebben kunnen een vrijstelling van griffierechten aanvragen. Hier zijn drie tarieven: voor
zakelijke belastingen geldt 181 euro voor alle ander 49 euro. Voor niet natuurlijke personen
is het 360 euro. Indien de beroep is gegrond dan wordt de griffierechten gegrond door de
bestuursorgaan. Wordt het ongegrond verklaard dan kan in sommige gevallen reden zijn om
alsnog de griffierechten te vergoeden.
Sanctie: niet-ontvankelijkheid na toepassing van art 6:6 Awb.
Vooronderzoek
- indiening beroepschrift
- indiening op zaak betrekking hebbende stukken (art 8:42 Awb). Uitzondering
geheimhouding (art 8:29 Awb).
- indiening verweerschrift (art 8:42 Awb). Meestal een termijn van 4 weken.
- Eventueel conclusies van repliek en dupliek (art 8:43 Awb).
, - comparitie (art 8:44 Awb) om te kijken of informatie of een schikking
- verzoek om schriftelijke inlichtingen (art 8:45 Awb)
- oproeping getuigen (art 8:46 Awb)
- deskundigenonderzoek (art 8:47 Awb)
- Onderzoek ter plaatse (descente) (art 8:50 Awb).
Onderzoek ter zitting
- uitnodiging/oproeping art 8:56 Awb. Dit moet tijdig gebeuren. Het is niet verplicht om
op te dagen maar is wel beter.
- indiening nadere stukken Art 8:58 Awb. Uiterlijk 10 dagen voor de zitting kan stukken
worden ingediend. Bij cruciale stukken dan is het nog een oplossing om de
behandeling van de zaak later in plannen.
- leiding onderzoek/opmaken proces verbaal Art 8:61 Awb. Dit berust bij de rechter of
bij een meervoudige door de voorzitter. De griffier maakt daar een proces verbaal
van. Dit kan ook door een pleitnota, die dan eventueel bij hoger beroep meegaat.
- openbaarheid art 8:62 Awb jo. Art 27c AWR. Het Awb wijkt hier af van het AWR. De
zitting vindt niet in het openbaar plaatst tenzij het over een boete gaat.
- schorsing/sluiting onderzoek art 8:64 jo. 8:65 Awb.
Uitspraak: termijn
- Schriftelijke uitspraak: termijn daarvan is 6 weken (art 8:66 lid 1 Awb).
- Mondeling uitspraak: termijn daarvan is 2 weken (art 8:67 lid 1 Awb jo. art 27d AWR).
Het verschil hangt samen met de complexiteit van de zaak. Eenvoudige zaken zijn
bijvoorbeeld parkeerbelasting. Deze worden vaak mondeling uitgesproken.
Uitspraak: omvang geschil
- grondslag beslissing → beroepschrift, overgelegde stukken, verhandelde
tijdens vooronderzoek en onderzoek ter zitting (art 8:69 lid 1 Awb).
- Ambtshalve aanvulling rechtsgronden en feiten (art 8:69 lid 2 en 3 Awb). Dit is vaak
bij belastingplichtige die voor zichzelf in beroep gaan.
Uitspraak: inhoud
- mondelinge uitspraak → beslissing en gronden en vastgelegd in proces
verbaal
- schriftelijke uitspraak → namen partijen en vertegenwoordigers, gronden,
dictum, namen rechters, dag uitspraak.
Vier mogelijke hoofdbeslissingen:
- rechter is onbevoegd: beroepschrift dat eigenlijk een hoger beroepschrift. Indien de
civiele rechter bevoegd is wordt het niet doorgestuurd want daar is de procedure
anders dan bij belastingzaken. Waar het kan wordt het doorgestuurd.
- beroep is niet-ontvankelijk: als niet aan de formele vereisten niet is voldaan dan is
het beroep niet ontvankelijk. Dit gebeurt ook als de belastingplichtige door het beroep
niet in een gunstiger positie komt. Ook dan is het niet-ontvankelijk. Wel kan er wel
een belang zijn in de vergoeding van proceskosten.
- beroep is gegrond: Indien de rechter bevoegd is en het beroep is ontvankelijk. Dan is
indien de belastingplichtige gelijk heeft gegrond. De rechter kan zelf de
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper eurstudenttaxlaw. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,39. Je zit daarna nergens aan vast.