100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Begrippenlijst Wetenschapsfilosofie €5,99
In winkelwagen

Overig

Begrippenlijst Wetenschapsfilosofie

 44 keer bekeken  5 keer verkocht

Dit document bevat een begrippenlijst voor het vak Wetenschapsfilosofie. Ik vind het zelf fijn om alle begrippen op een rij als overzicht te hebben, hopelijk helpt het jullie ook op deze manier!

Laatste update van het document: 3 jaar geleden

Voorbeeld 3 van de 19  pagina's

  • 14 december 2021
  • 14 december 2021
  • 19
  • 2021/2022
  • Overig
  • Onbekend
Alle documenten voor dit vak (62)
avatar-seller
shimaravdelzen
TiU: Wetenschapsfilosofie: Begrippenlijst (2021/2022)
Shimara van den Elzen


WETENSCHAPSFILOSOFIE

BEGRIPPENLIJST


HOORCOLLEGE 1
Filosofie: kritisch nadenken / kritische reflectie over een onderwerp.

Wetenschapsfilosofie: filosofische reflectie op wat wetenschap is, doet en aan kennis
genereert.

Epistemologie: kennisleer. Stelt 3 vragen:
1. Wat is (zekere) kennis?
2. Hoe kunnen we die kennis rechtvaardigen?
3. Wat is de bron van kennis?

Rationalisme: echte kennis is afkomstig van de ratio, de rede, het verstand. Beantwoordt de
vraag: “Kunnen we echte kennis hebben?”

Empirisme: echte kennis is afkomstig van de zintuiglijke ervaring. Beantwoordt de vraag:
“Kunnen we echte kennis hebben?” Als alle kennis uit de ervaring via de waarneming
voortkomt, is er geen ingeboren kennis.

Scepticisme: stelt dat we niks zeker weten. En zelfs dat we niks zeker weten, weten we niet
zeker. Sceptici stellen dat er geen kennis mogelijk is.

Nativisme: ingeboren kennis bestaat.

Extreem nativisme (rationalisme): stellen dat je bij geboorte alle kennis bezit.

Minder extreem nativisme (rationalisme): stellen dat je bij geboorte wel kennis bezit, maar
nog niet álles.

Anamnèsis: “Als je iets nieuws leert, is het eigenlijk niet iets nieuws leren, maar herinner je
je iets!”. Je doet nooit nieuwe kennis op. Leren = herinneren.

Epistème: echte kennis. Kennis van hoe de dingen zijn.

Doxa: louter overtuiging (niet beargumenteerde overtuiging). Een mening over hoe dingen
zijn.

Twee wereldentheorie: de wereld bestaat uit twee werelden: (1) De wereld die we
waarnemen, van de verschijnselen en van de veranderende dingen. Hier kunnen we geen
kennis van verwerven, want deze wereld verandert continu. Dit is de ‘schaduwwereld’. (2) De
‘echte wereld’ / de wereld van de vormen en de ideeën, waar je ziel thuishoort en al geweest
is.

‘De idee’: het concept. Iets wat onveranderlijk blijft.




1

, TiU: Wetenschapsfilosofie: Begrippenlijst (2021/2022)
Shimara van den Elzen

Allegorie van de grot: stel je voor dat er een groep mensen in een grot zit en die kijken naar
de wand voor hen. Ze zien op die wand schaduwen. Achter hen is een groot vuur, maar dit
vuur kunnen ze niet zien. Ze kunnen ook niet omdraaien, omdat het gevangenen zijn. Achter
hen is ook een weggetje, die ze ook niet kunnen zien. Op dat weggetje lopen mensen die
een stoel houden tussen het vuur en de muur. Dan zien de gevangenen een schaduw van
de stoel op de muur. Dat houdt in: de gevangenen hebben nooit de stoel achter zich gezien,
ze zien alleen de schaduwstoel en ze denken daarom dat de schaduwstoel de echte stoel is.
Ze gebruiken hun zintuigen en denken daarom: wat ik zie, is echt.

Common sense opvatting: als je wil weten hoe iets zit, moet je kijken, luisteren, etc. De
bron van kennis is de ervaring die je hebt opgedaan via zintuiglijke waarneming.

Empiristisch: verwijst naar het empirisme, de opvatting dat kennis voortkomt uit de
zintuiglijke waarneming. Empiristisch staat tegenover rationalistisch.

Empirisch: verwijst naar de wetenschappelijke methode, waarbij men gebruik maakt van
observeerbare of experimentele gegevens om conclusies te trekken over de wereld.
Empirisch bewijsmateriaal voor een theorie is dus het bewijsmateriaal dat verkregen is door
observatie en experimenten. Empirisch staat tegenover hypothetisch of theoretisch.

Tabula rasa: de mens is een blanco vel papier. In jouw geest zit nog geen kennis op het
moment dat je geboren wordt.

Perpathische principe: Nihil est in intellectu quod non prius fuerit in sensu (niets is in het
intellect dat zich niet eerst in de zintuigen bevond).

Inductie: van individueel begrip naar algemeen begrip. Dus: specifiek → algemeen. Inductie
is dus: als bij individuele gevallen die je hebt waargenomen A op B volgt, concluderen dat A
altijd op B volgt.

Intuïtieve inductie: inzicht. Je moet via je onfeilbare intellectuele capaciteit van de geest
(nous) inzien dat abstracties als ‘alle mensen zijn sterfelijk’ noodzakelijke waarheden zijn.

Theorie over vorm en stof: stof (materie, zoals een stuk marmer) is in aanleg iets (dat kan
iets worden). Pas door het vorm te geven wordt het ook werkelijk iets (zo is een beeld
eigenlijk al mogelijk aanwezig in een stuk marmer). Het beeld kan ook weer stuk. De
beeldhouwer kapt het beeld uit het stuk steen en vervolgens gaat dat beeld ook weer stuk.
Dit is dus een proces van ontstaan en vergaan.

Eerste oorzaak: er is ooit een onbewogen beweger geweest die de wereld in gang heeft
gezet, zonder dat deze onbewogen beweger bewogen werd om dit te doen. Deze
onbewogen beweger zou God geweest zijn. Dingen ontstaan en vergaan, dit moet ergens
ontstaan zijn. Volgens Aristoteles is het ontstaan bij de eerste oorzaak.

HOORCOLLEGE 2
Nieuwe methode: we moeten onze epistemologische / kennistheoretische vooroordelen
laten varen. We moeten de empirische methode gebruiken, niet alleen d.m.v. observatie,
maar ook d.m.v. experimenteren met gebruik van inductie.

Idols / false conceptions: (tegenwoordig noemen we dit bias) hardnekkige
epistemologische vooroordelen die mensen hebben. Deze staan in de weg bij het proberen
te verwerven van kennis.



2

, TiU: Wetenschapsfilosofie: Begrippenlijst (2021/2022)
Shimara van den Elzen

Idols of the tribe / idola tribus: vooroordelen die we als mensen hebben, omdat we
geneigd zijn om typisch menselijke fouten te maken.

Confirmation bias: het zoeken naar bevestiging en het negeren van weerleggingen van wat
je gelooft. Oftewel: de neiging om nieuwe informatie zo te interpreteren dat het overeenkomt
met onze reeds bestaande overtuigingen.

Idols of the cave / idola specus: vooroordelen die we hebben omdat we tot een bepaalde
(culturele) groep horen.

Idols of the marketplace / idola fori: vooroordelen die we hebben omdat we erover kunnen
praten. Oftewel: wanneer je denkt dat iets bestaat, puur omdat we een woord hebben wat
daarnaar verwijst.

Idols of the theatre / idola theatri: vooroordelen die we hebben omdat autoriteiten zeggen
dat ze kloppen.

Methode van de radicale twijfel: als je ergens aan kan twijfelen, dan weet je het dus niet
zeker.

Cogito ergo sum: “ik denk dus ik ben”. Hier kun je niet aan twijfelen. Een malin genie kan je
niet laten twijfelen aan of je echt bestaat. Als je aan je eigen bestaan zou twijfelen, hoe kan
je dan twijfelen zonder te bestaan? Dit kan niet, twijfelen aan je eigen bestaan impliceert dat
je bestaat.

Methode van helder en duidelijk inzicht: “alles wat ik helder en duidelijk inzie met mijn
verstand, is waar”

Mechanisering van het wereldbeeld: de wereld als grote machine zien.

Empiristisch principe: kennis verwerven we door ervaring. Deze ervaring kan van
waarneming en reflectie (interne waarneming / introspectie) komen.

Enkelvoudige ideeën: ideeën (kennis / concepten) die je niet meer kan splitsen. Ze bestaan
niet uit meerdere ideeën.

Complexe / samengestelde ideeën: ideeën die wel uit meerdere delen bestaan. Dus
concepten die uit meerdere concepten bestaan.

Primaire kwaliteiten / eigenschappen: eigenschappen van de dingen zelf en zijn hiermee
onafhankelijk van de waarnemer.

Secundaire kwaliteiten / eigenschappen: eigenschappen die bestaan bij de gratie van een
waarnemer. Met andere woorden: de eigenschappen bestaan omdat er een waarnemer is
die ze waarneemt.

Esse est percipi: zijn is waargenomen worden.

Idealisme: de filosofische opvatting dat de werkelijkheid essentieel mentaal is.

Kopieer principe / copy principle: je doet impressies op en die resulteren in ideas in de
geest.




3

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper shimaravdelzen. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 56326 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€5,99  5x  verkocht
  • (0)
In winkelwagen
Toegevoegd